Kwakernaak Hoofdstuk 2

Vakdidactiek 2
Hoofdstuk 2

Vreemdetalenonderwijs en natuurlijke taalverwerving

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
VakdidactiekHBOStudiejaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vakdidactiek 2
Hoofdstuk 2

Vreemdetalenonderwijs en natuurlijke taalverwerving

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen van de bijeenkomst
Je kunt een aantal aspecten noemen waarin het VTO in het voor-of nadeel is t.o.v. natuurlijke taalverwerving.
Je bent je bewust van het doseren van taken en feedback.
Je kunt een aantal criteria benoemen die belangrijk zijn voor het gebruik van doeltaal-voertaal in je les.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vaardigheden staan centraal in jouw lessen?  Noteer je antwoord.

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke factor is voor jou het meest bepalend voor de manier waarop jij je les vormgeeft?
A
Uitgangspunten van Communicatief Talen Onderwijs
B
Eindtermen
C
De leidraad van mijn leergang
D
Visie van de school

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Er wordt vaak gezegd dat een taal leren in een natuurlijk omgeving veel beter is. Toch is het vreemdetalenonderwijs op een aantal punten in het voordeel.

Geef aan hoe het VTO in het voordeel is t.a.v. natuurlijke vreemde taalverwerving voor wat betreft het volgende aspect: leertempo

Slide 5 - Open vraag

VTO kan het leerproces vergemakkelijken en versnellen door:
goede dosering van de leerstof
systematische oefening(herhaling) in weinig beschikbare tijd
systematische/persoonlijke feedback
Doeltaal

=

Voertaal/Leertaal

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doeltaal = leertaal
Bekijk het filmpje (tot ong 2.30) en schrijf op: 
Welke technieken gebruikt deze docent om de doeltaal te kunnen gebruiken?

Slide 7 - Tekstslide

Herformuleren van een vraag in andere woorden.
Veel herhaling (in vraag)
Herhaling van het antwoord
Spreektempo aanpassen
Differentiatie (betere lln langer gesprek, moeilijker onderwerp)
Noteer de technieken die je hebt waargenomen

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Feedback bij taalproductie
Je kunt op verschillende manieren feedback geven in de klas. 

In de volgende slide zie je vier verschillende manieren waarop een docent feedback geeft. 

Koppel de uitspraak (rechts) aan de juiste techniek.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Communicatieve feedback
Taalgerichte feedback
Recast
Sorry, ik heb het niet goed verstaan
Je bedoelt het kindje is lief
Inderdaad, het kindje is echt lief
Zo zeggen ze dat niet in het Duits

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kijk naar het volgende filmpje
1. Geef een voorbeeld van recast, taalgerichte feedback en communicatieve feedback die de docent gebruikt.

2. De docent bespreekt de uitdagingen van het gebruik van doeltaal-voertaal. Schrijf twee tips op die je meeneemt voor je eigen lessen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Welke tips heb je gehoord? Schrijf je antwoorden op.

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag met keuzeopdracht
Vorm een groepje van 3. 
1. Maak en bespreek de opdrachten van het werkblad (toepassing theorie)

2. Bespreek de stellingen/bespreekpunten n.a.v. de theorie (verwerking theorie zie #OO)

Klaar: maak de Socrative op #OO

Op de werkplek: observeer een les m.b.v. het observatieformulier.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk volgende week
Bestudeer hoofdstuk 3

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies