Reflectie HS 4
1 / 26
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat voor soort landen hebben een lage armoedegrens?
Slide 2 - Open vraag
Globalisering
Slide 3 - Woordweb
Hoeveel keer zwaarder is een aardbeving van 6 op de schaal van richter dan een 4?
A
10x
B
100x
C
2x
Slide 4 - Quizvraag
Kern
Mantel
Buitenkern
Slide 5 - Sleepvraag
Wat is de grootste natuurlijke bedreiging in Nederland?
Slide 6 - Open vraag
Wat is niet een gevolg van plaatbewegingen
A
De aarde warmt op
B
Gebergtevorming
C
Aardbevingen
D
Vulkanisme
Slide 7 - Quizvraag
Vulkanisme
Slide 8 - Woordweb
Wat is niet een rede waarom gezinnen in armere landen groter is?
A
Kinderen kunnen werken
B
Kinderen overlijden jong, dus mensen nemen meer kinderen
C
Je lijkt belangrijker met veel kinderen
D
Armere mensen houden willen meer kinderen
Slide 9 - Quizvraag
Migratie valt onder natuurlijke bevolkingsgroei
Waar
Niet waar
Slide 10 - Poll
Wat is volgens jouw cultuur?
Slide 11 - Woordweb
Hoeveel talen bestaan er ongeveer op aarde?
A
5.000
B
7.000
C
6.000
D
8.000
Slide 12 - Quizvraag
Redelijk dichtbevolkt
Dunbevolkt
Zeer dichtbevolkt
West-Europa
Zuid-Europa
Noord- en Oost-Europa
Slide 13 - Sleepvraag
Weer en klimaat betekenen hetzelfde
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quizvraag
Welke van de foto's past bij het klimaat direct rondom de evenaar?
Slide 15 - Poll
Wat voor klimaat is er in Nederland?
Slide 16 - Woordweb
Klimaatverandering
Slide 17 - Woordweb
Wat gebeurt er met de tempratuur hoe hoger je komt?
Slide 18 - Open vraag
Vloeibaar
Gas
Vast
Slide 19 - Sleepvraag
Wat kun je zeggen over deze foto?
Slide 20 - Open vraag
De alfabetiseringsgraad is ...
A
het percentage van de totale inwoners dat kan lezen en schrijven
B
de hoeveelheid mensen dat een middelbare school diploma heeft
C
het percentage mensen tussen de 15-65 jaar die kunnen lezen en schrijven
D
het percentage mensen tussen de 15-65 jaar die een middelbare school diploma heeft
Slide 21 - Quizvraag
In welke landen is de levensverwachting het hoogst?
A
Centrum landen
B
Semiperiferie landen
C
Periferielanden
Slide 22 - Quizvraag
In welke landen werkt de meerderheid in de industrie?
A
Centrum landen
B
Semiperifierie
C
Periferie landen
Slide 23 - Quizvraag
Wat weet je over semi-periferie landen
Slide 24 - Woordweb
Een MNO is een bedrijf dat in meerdere landen kantoren heeft staan
A
Juist
B
Onjuist
Slide 25 - Quizvraag
Heb je nog een tip en een top voor mij?
