Paragraaf 2.4 - Verzekeringen, hoezo?

Succes met het maken van deze stilteopdracht!
Wat ga je doen? 
  • Bekijk de slides met de herhaling van de lesstof van de vorige lessen
  • Beantwoord de vragen in stilte met je rekenmachine
  • Schrijf de antwoorden in je aantekeningenschrift
Denk aan de afspraak; een stilte opdracht voer je zelfstandig uit Je bent dus stil en vraagt niemand om hulp. 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Succes met het maken van deze stilteopdracht!
Wat ga je doen? 
  • Bekijk de slides met de herhaling van de lesstof van de vorige lessen
  • Beantwoord de vragen in stilte met je rekenmachine
  • Schrijf de antwoorden in je aantekeningenschrift
Denk aan de afspraak; een stilte opdracht voer je zelfstandig uit Je bent dus stil en vraagt niemand om hulp. 

Slide 1 - Tekstslide

Wat heb je vorig lesuur geleerd?
Je weet waarom je een verzekering afsluit.
Je weet hoe een verzekering werkt en bij wie je die afsluit. Je kunt met behulp van informatie de premie vaststellen.
Dit ga je vandaag leren
Dit leer je nu
Doen
Terugkijken

Slide 2 - Tekstslide

2.4 Verzekeren, hoezo? 
Verzekeren
  • je verzekert je tegen het risico van schade
  • als je verzekert bent en je hebt schade, dan wordt dit vergoed door de verzekering
  • verplichte verzekeringen, bijv. zorgverzekering, WA-verzekering
  • vrijwillige verzekeringen, bijv. reisverzekering, fietsverzekering

Slide 3 - Tekstslide

2.4 Verzekeren, hoezo? 
Premie
  • Als bewijs dat je de verzekering hebt afgesloten, ontvang je een polis. Daarin staat wat je verzekerd hebt en hoe hoog de premie is. 
  • Premie is het bedrag dat je voor de verzekering moet betalen. 
  •  Bij de polis hoort een bijlage met uitleg over je verzekering. Dat zijn de polisvoorwaarden


Slide 4 - Tekstslide

2.4 Verzekeren, hoezo? 
  • Als je verzekerd bent en je hebt een keer schade, dan krijg je een schadevergoeding
  • Soms moet je een deel van de schade zelf betalen. Dat heet het eigen risico. Voor een verzekering met een eigen risico betaal je minder premie. Dat komt doordat de verzekeraar in zo’n geval ook minder schadevergoeding hoeft te betalen.

Slide 5 - Tekstslide

Je sluit een verzekering af. Dan ben jij de ………(verzekeraar/verzekerde).
A
verzekeraar
B
verzekerde

Slide 6 - Quizvraag

In de polisvoorwaarden staan
A
het eigen risico dat de verzekerde betaalt
B
de dekking van de verzekering
C
alleen de rechten en plichten van de verzekeraar
D
rechten en plichten van de verzekeraar en verzekerde

Slide 7 - Quizvraag

Wanneer je een verzekering afsluit betaal je als verzekeraar premie aan de verzekerde.
A
Onjuist
B
Juist

Slide 8 - Quizvraag

De premie is vergoeding die de verzekeraar betaald om verzekerd te zijn.
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een polis?
A
Een overzicht van de kosten voor een verzekering.
B
Een bewijsstuk van de verzekering.
C
Een brief voor de belastingdienst
D
Een bewijs van uitbetaling

Slide 10 - Quizvraag

Je bent klaar met het maken van deze stilteopdracht!
Wat ga je nu doen? 
  • Open in It's learning de methode pincode 
  • Bekijk of je alle opdrachten van dit hoofdstuk hebt afgemaakt
  • Maak de rekenopdrachten in de rekenparagraaf
Denk aan de afspraak; een stilte opdracht voer je zelfstandig uit Je bent dus stil en vraagt niemand om hulp. En je blijft stil totdat de 10minuten voorbij zijn. 

Slide 11 - Tekstslide