2B - Week 2 - H2.7 woordsoorten herhalen

Welkom!
1
WELKOM!
2
Werkboek
  Laptop
Leg op tafel:
Log in:
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
1
WELKOM!
2
Werkboek
  Laptop
Leg op tafel:
Log in:

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende week: SO H1.7 en H1.8
Test jezelf: H1.7 en H1.8
Versterk jezelf -> leestekens -> vraagteken, punt,
  uitroepteken
Versterk jezelf -> werkwoordspelling -> OTT
NUMO: maak de oefentaken die klaar staan.
  Deze week

  • Spelling H2.8 afronden
  • Grammatica H2.7 herhalen
  • D-toets H2.7




  Volgende week

  • Fictie: korte verhalen
  •  en creatieve opdrachten

    Slide 2 - Tekstslide

    Ik zal een aantal herhalingstaken klaarzetten in NUMO voor het SO.
    Je kunt herkennen in een zin/tekst:

    • Lidwoorden (LW)
    • Werkwoorden (ww)
    • Telwoorden (tw)
    LESDOELEN
    • Voorzetsels (vz)
    • Zelfst. naamwoorden (ZN)
    • Bijvoeglijk naamwoorden (BN)

    Slide 3 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies




    • Huiswerk bespreken
    • Woordsoorten herhalen
    • Samen afsluiten
    Vandaag
    NUMO-taken:
    Woordsoorten + spelling
     Huiswerk:
    Programma:

    Slide 4 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Niet (af)gemaakt:

    Arliene
    Dylan

    Huiswerk voor vandaag: H2.8 - opdracht 7 t/m 11
    Gemaakt in boek:

    Miracle

    Gemaakt online:

    Andrew
    George
    Fien
    Joy
    Mees
    Mohamad
    Noa
    Roos
    Thijs
    Twan
    Umut







    Slide 5 - Tekstslide

    Hierna kan een aantal leerlingen naar het leerplein. Ze krijgen hun leesboek mee of de kahoot-opdracht.
    Even herhalen. Wat is ook alweer?
    WW
    BN
    ZN
    LW
    VZ
    TW

    Slide 6 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Zelfstandige naamwoorden
    Hoe vind je die?
    - Je kan er altijd de/het voor zetten.
    - Je kan het woord verkleinen.
    - Je kan het woord in het meervoud zetten. 


    Welke categorieën zijn er ook alweer allemaal?

    Slide 7 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Wat moet op de stippellijn staan?
    Jim kreeg een gitaar ..... zijn verjaardag.
    A
    een bijvoeglijk naamwoord
    B
    een zelfstandig naamwoord
    C
    een voorzetsel
    D
    een werkwoord

    Slide 8 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Benoem bn, zn en lw.
    De blije jongen hing zijn ingelijste diploma aan de muur.

    Slide 9 - Open vraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Wie heeft de code van Lesson-up al gekregen?
    A
    lidwoord
    B
    zelfstandig naamwoord
    C
    werkwoord
    D
    voorzetsel

    Slide 10 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Wie heeft de code van lesson-up al gekregen?
    A
    lidwoord
    B
    zelfstandig naamwoord
    C
    werkwoord
    D
    voorzetsel

    Slide 11 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Wie heeft de code van lesson-up al gekregen?
    A
    lidwoord
    B
    zelfstandig naamwoord
    C
    werkwoord
    D
    voorzetsel

    Slide 12 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.
    _______
    A
    werkwoord
    B
    zelfstandig naamwoord
    C
    bijvoeglijk naamwoord
    D
    voorzetsel

    Slide 13 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    De brand heeft het oude boerderijtje verwoest.
    ______________
    A
    werkwoord
    B
    zelfstandig naamwoord
    C
    bijvoeglijk naamwoord
    D
    voorzetsel

    Slide 14 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Waar zegt het bijvoeglijk naamwoord iets over?
    A
    Zelfstandig naamwoord
    B
    Bijwoord
    C
    Werkwoord
    D
    Bijvoeglijk naamwoord

    Slide 15 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Wat is het voorzetsel in de zin?

    'Hij liep hard tegen de tafelpunt aan.'
    A
    hard
    B
    tafelpunt
    C
    er staat geen voorzetsel in de zin
    D
    tegen

    Slide 16 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    SLEEP DE WOORDSOORTEN NAAR DE GOEDE PLEK
    De ouders van Bilal zijn erg aardige en behulpzame mensen.
    zelfstandig naamwoord
    bijvoeglijk naamwoord
    werkwoord
    lidwoord
    ouders
    de
    aardige
    mensen
    Bilal
    zijn
    behulpzame

    Slide 17 - Sleepvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    In de garage staat voor de kast een emmer die vroeger met de bezem van mijn moeder achter de garage stond.
    In deze zin zitten ...... voorzetsels.

    A
    2
    B
    3
    C
    4
    D
    5

    Slide 18 - Quizvraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
    Aan de slag!
    Maak de test jezelf van H2.7 en H2.8
    Wat?
    Met wie?
    Hulp?

    Eerder klaar?
    En daarna?


    Zelfstandig
    timer
    10:00
    Stel vragen in teams
    Maak de sprongtoets grammatica (numo)
    Samen afsluiten
    De camera en geluid mogen uit.
    Houd de chat in de gaten!

    Slide 19 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Video over
    de PV in de VT
    Video over het trema

    Slide 20 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies

    Bedenk een toetsvraag over H2.7 of H2.8.

    Slide 21 - Open vraag

    Deze slide heeft geen instructies

    Tot ziens!
    Morgen d-toets:
    • H2.8 en H2.7

    Oefenen kan via:
    • Talent (test jezelf)
    • NUMO (werkwoordspelling of grammatica)

    Slide 22 - Tekstslide

    Deze slide heeft geen instructies