Les 2 - bezittelijk voornaamwoord

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

On a besoin de quoi?

un stylo

un cahier

le livre (A)

un ordinateur

pas de portable!

Aujourd'hui, on va:

• Hebben jullie app. 4 alvast doorgenomen?
• Répéter l'article (het lidwoord!) 
• Expliquer "mon, ton, son" en de rest (bezittelijk vnw!)
• Faire ex. 16C-D
• Lire?? (we kijken of we tijd hebben)

Aujourd'hui, on va:

• Hebben jullie app. 4 alvast doorgenomen?
• Répéter l'article (het lidwoord!) 
• Expliquer "mon, ton, son" en de rest (bezittelijk vnw!)
• Faire ex. 16C-D
• Lire?? (we kijken of we tijd hebben)

..... amis de Clémence
de vrienden van Clémence

1. la
2. le
3. des
4. les

Il y a ..... maisons dans la rue.
Er staan .... huizen in de straat.

1. les
2. des
3. la
4. une

Tu es à ....hôtel?
Ben jij in het hotel?

1. le
2. l'
3. la
4. une

On est dans .... même classe!
We zitten in dezelfde klas!

1. le
2. l'
3. la
4. une

C'est .... fille ou .... garçon?
Is het een meisje of een jongen?

1. un, une
2. le, la
3. la, le
4. une, un

Mémorisez bien:

fils

classe

hôtel

amis

le

la

l'

les

Mémorisez bien:

fils

classe

hôtel

amis

le

la

l'

les

le is mannelijk omdat fils mannelijk is. 

la is vrouwelijk omdat classe vrouwelijk is 

l' is afgebroken omdat hôtel met een h begint

les is meervoud omdat amis meervoud is

Mémorisez bien:

fils

classe

hôtel

amis

le

la

l'

les

Je moet altijd kijken naar het woord dat er direct achter staat!

le is mannelijk omdat fils mannelijk is. 

la is vrouwelijk omdat classe vrouwelijk is 

l' is afgebroken omdat hôtel met een h begint

les is meervoud omdat amis meervoud is

Aujourd'hui, on va:

• Hebben jullie app. 4 alvast doorgenomen?
• Répéter l'article (het lidwoord!) 
• Expliquer "mon, ton, son" en de rest (bezittelijk vnw!)
• Faire ex. 16C-D
• Lire?? (we kijken of we tijd hebben)

Est-ce qu'on va...

...écouter la prof? 

...travailler en silence?

... ou travailler ensemble?

On va...

...travailler en silence!

Instruction

Quoi: Vertaal de zinnen op de volgende slide naar het Nederlands

Comment: Hou apprendre 4 ernaast (p. 69 of 75) en noteer de vertaling in je schrift.

Le but: Erachter komen wat alle dikgedrukte vormen betekenen in de zin

Combien de temps: 5 minutes! (Dus: concentratie, stil doorwerken!)

Vertaal:

1. Ça, c'est le fils unique de ma voisine. C'est son seul enfant. 

2. C'est ton copain là-bas? - Oui, c'est mon copain. 

3. Voilà Julien. Sa nouvelle chambre est très sympa.

4. Tes oncles et tantes viennent tous à ta fête? 

Vertaal:

1. Ça, c'est le fils unique de ma voisine. C'est son seul enfant. 

Dat is de enige zoon van ..................... buurvrouw. Het is ................. enige kind.

2. C'est ton copain là-bas? - Oui, c'est mon copain. 

Is dat .................... vriend daar? - Ja, dat is ....................... vriend.

3. Voilà Julien. Sa nouvelle chambre est très sympa.

Daar is Julien. .........................  nieuwe kamer is heel leuk. 

4. Tes oncles et tantes viennent tous à ta fête? 

Komen ................... ooms en tantes allemaal naar ...................... feest?

Vertaal:

1. Ça, c'est le fils unique de ma voisine. C'est son seul enfant. 

Dat is de enige zoon van mijn buurvrouw. Het is haar enige kind.

2. C'est ton copain là-bas? - Oui, c'est mon copain. 

Is dat jouw vriend daar? - Ja, dat is mijn vriend.

3. Voilà Julien. Sa nouvelle chambre est très sympa.

Daar is Julien. Zijn nieuwe kamer is heel leuk. 

4. Tes oncles et tantes viennent tous à ta fête? 

Komen jouw ooms en tantes allemaal naar jouw feest?

Wat betekenen "mon", "ma" en "mes"?

1. mijn
2. jouw
3. zijn
4. haar

Wat betekenen "ton", "ta" en "tes"?

1. mijn
2. jouw
3. zijn
4. haar

Wat betekenen "son", "sa" en "ses"?

1. mijn
2. jouw
3. zijn
4. haar

Est-ce qu'on va...

...écouter la prof? 

...travailler en silence?

... ou travailler ensemble?

On va...

...écouter la prof!

... ou vos camarades de classe?

Wanneer gebruik je wat?

de/het	mijn	jouw	zijn/haar
le	mon	ton	son	copain
la	ma	ta	sa	voisine
l' l'	mon mon	ton ton	son son	enfant (m) adresse (v)
les les	mes mes	tes tes	ses ses	oncles (m) tantes (v)

Mémorisez bien:

fils

classe

hôtel

amis

mon

ma

mon

mes

Je moet altijd kijken naar het woord dat er direct achter staat!

mon is mannelijk omdat fils mannelijk is. 

ma is vrouwelijk omdat classe vrouwelijk is 

mon eindigt niet meer op een klinker omdat hôtel met een h begint (en sommige andere woorden met een klinker)

mes is meervoud omdat amis meervoud is

(mijn zoon)

(mijn klas)

(mijn hotel)

(mijn vrienden)

Mémorisez bien:

fils

classe

hôtel

amis

ton

ta

ton

tes

Je moet altijd kijken naar het woord dat er direct achter staat!

ton is mannelijk omdat fils mannelijk is. 

ta is vrouwelijk omdat classe vrouwelijk is 

ton eindigt niet meer op een klinker omdat hôtel met een h begint (en sommige andere woorden met een klinker)

tes is meervoud omdat amis meervoud is

(jouw zoon)

(jouw klas)

(jouw hotel)

(jouw vrienden)

Mémorisez bien:

fils

classe

hôtel

amis

son

sa

son

ses

Je moet altijd kijken naar het woord dat er direct achter staat!

son is mannelijk omdat fils mannelijk is. 

sa is vrouwelijk omdat classe vrouwelijk is 

son eindigt niet meer op een klinker omdat hôtel met een h begint (en sommige andere woorden met een klinker)

ses is meervoud omdat amis meervoud is

(zijn zoon of haar zoon)

(zijn klas of haar klas)

(zijn hotel of haar hotel)

(zijn vrienden of haar vrienden)

Instruction

Quoi: Ex. 16C et -D (p. 59 ou 64)

Comment: Kijk naar de uitleg boven 16C of kijk op Classroom voor een stappenplan waar je niet fout mee kunt gaan! 

Le but: Weten wanneer je welk Franse bezittelijk voornaamwoord moet gebruiken

Combien de temps:  plus: 3 minutes  /  hv: 5 minutes

Est-ce qu'on va...

...écouter la prof? 

...travailler en silence?

... ou travailler ensemble?

On va...

...travailler en silence pour une minute!

... et puis travailler ensemble.

Instruction

Quoi: Ex. 16C (p. 59 ou 64)

Comment: Kijk naar de uitleg boven 16C of kijk op Classroom voor een stappenplan waar je niet fout mee kunt gaan! 

Le but: Weten wanneer je welk Franse bezittelijk voornaamwoord moet gebruiken

Combien de temps:  plus: 3 minutes  /  hv: 5 minutes

Quand tu as fini: Commencez avec 16D

Exercice 16C - hv

1 

a v          ma

 b m       ton

 c mv     tes

 d m       son

 e mv     ses

2

a Mijn moeder heet Laura.

 b Woont jouw oom in Parijs?

 c Waar zijn jouw grootouders?

 d Boris houdt van zijn hond.

 e Daar is Eva met haar vrienden.

3

a mon

 b ton

 c tes

 d sa

 e son

Exercice 16C - plus

1 a v                  ma

 b m                  ton

 c mv                tes

 d m                  son

 e mv                ses

2

1 mon

 2 ton

 3 tes

 4 sa

 5 son

 6 son

Merci et à la prochaine! 

Et n'oubliez pas les devoirs:

Leren app. 4 (p. 69)

Ex. 16D p. 60

Merci et à la prochaine! 

Et n'oubliez pas les devoirs:

Leren app. 4 (p. 75)

Ex. 16D p. 65; 16G p. 83