V3_Chemisch rekenen_Wk43

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Opening les
  • Controle boeken en huiswerk
  • Weektaak
  • Leerdoelen
  • Keuze momenten
  • Aan opdrachten werken
  • Afsluiten les

Slide 2 - Tekstslide

Weektaak week voor de vakantie
- Uitwerken Practicum adsorptie
- Uitwerken Practicum 8 – Rendement zuivering strooizout (blz 19)

- Bestuderen H1.5 (blz 25 t/m 27, 3vwo)
- Keuze begrippenlijst of opdrachten (advies om beide te doen):
> Maken begrippenlijst H1.5
> Maken opdracht 38, 39, 41 en 42 (blz 27, 3vwo)


Slide 3 - Tekstslide

Weektaak
- Bestuderen H1.5 (blz 25 t/m 27, 3vwo)
- Maken opdracht 45, 47 en 50 (blz 28, 3vwo)

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen
- Ik kan de concentratie van een stof berekenen uitgedrukt in gram per liter.
- Ik kan uitleggen wat oplosbaarheid en een verzadigde oplossing is.


Slide 5 - Tekstslide

Ding vooraf (1)
Chromatografie

Slide 6 - Tekstslide

Ding vooraf (1)
Chromatografie

Slide 7 - Tekstslide

Ding vooraf (2)
Opdracht:
- Teken een doorsnede van:
1. Bekerglas
2. Erlenmeyer
3. Horlogegals
4. Reageerbuis

Slide 8 - Tekstslide

Dichtheid
  • Stofeigenschap
  • Massa per volume

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht
Wat is het volume in mL van 1 gram goud?
Dichtheid (goud) = 19,3 gram / mL

Slide 10 - Tekstslide

Dichtheid
BINAS:
- Tabel 8 t/m 12
- Gegeven in kg/m3
- Maar...we werken meestal in gram en liter.

m3kg=1000dm31000gram=103dm3103gram=103L103gram=Lgram

Slide 11 - Tekstslide

Grootheden en eenheden
Een grootheid is de beschrijving van wat je meet.
- Gewicht geven we aan in massa, symbool m
- Inhoud  geven we aan in volume, symbool V

Een eenheid is de maat waarin je een grootheid uitdrukt.
- De grootheid massa drukken we uit in de eenheid gram
- De grootheid volume drukken we uit in de eenheid Liters

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht
Zoek de dichtheid op van benzine en de dichtheid van methaan.

- Wat valt je op?

- Zet beide dichtheden om naar gram/mL

Slide 13 - Tekstslide

Rekenmethoden
Balansmethode (standaard)
- Rekenkundige manier
- z = x/y

Verhoudingstabellen

Driehoekjes

Slide 14 - Tekstslide

Rekenmethoden
Balansmethode (standaard)
- Stap 1: Wat is de formule: 

- Stel je weet de formule niet meer...kijk naar de eenheid



ρ=Vm
m3kg=volumemassa=Vm

Slide 15 - Tekstslide

Rekenmethoden
Stap 2: Invullen wat is gegeven en kijken wat is gevraagd.
Bereken het volume in Liter van 10 gram goud
ρ=Vm
19,3103m3kg=V10gram

Slide 16 - Tekstslide

Rekenmethoden
Stap 2: Invullen wat is gegeven en kijken wat is gevraagd.
Bereken het volume in Liter van 10 gram goud
ρ=Vm
19,3103m3kg=V10gram
m3kg=103L103gram=Lgram
19,3103Lg=V10gram

Slide 17 - Tekstslide

Rekenmethoden
Stap 2: Invullen wat is gegeven en kijken wat is gevraagd.
Bereken het volume in Liter van 10 gram goud
19,3103Lg=V10gram
3=26
2=36
6=23
V=19,3103Lg10gram=5,2104L
ρ=Vm
V=ρm
m=Vρ

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht
Bereken de massa van 0,50 liter olijfolie.

Slide 19 - Tekstslide

Concentratie



De hoeveelheid opgeloste stof geef je in gram (g)
Het volume van het oplosmiddel geef je in Liter (L)
concentratie=volumevanoplosmiddelhoeveelheidopgelostestof

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht
Wat is de concentratie als 5 gram keukenzout wordt opgelost in 0,125L?




De hoeveelheid opgeloste stof geef je in gram (g)
Het volume van het oplosmiddel geef je in Liter (L)
concentratie=volumevanoplosmiddelhoeveelheidopgelostestof

Slide 21 - Tekstslide

Oplosbaarheid en verzadiging
Je kan niet oneindig veel van een stof oplossen in een oplosmiddel.
EN
Je kan ook niet elke stof oplossen in een oplosmiddel.

De oplosbaarheid van een stof wordt gegeven in gram stof dat oplost per liter (g/L) 

Slide 22 - Tekstslide

Lost zand op in water?
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quizvraag

Lost suiker op in water?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quizvraag

Lost krijt op in water?
A
Ja
B
Nee

Slide 25 - Quizvraag

Verzadigd of onverzadigd
Verzadigde oplossing
In een verzadigde oplossing is zoveel van een stof opgelost, dan je geen extra stof erbij kan oplossen.

Onverzadigde oplossing
In een onverzadigde oplossing kan je nog stof oplossen.

Slide 26 - Tekstslide

Gebruik tabel 1.3, blz 26.
Ik wil 220 gram soda oplossen in 1 liter water. Lost alles op?
A
Ja
B
Nee

Slide 27 - Quizvraag

Gebruik tabel 1.3, blz 26.
Ik wil 2500 gram suiker oplossen in 2 liter water. Lost alles op?
A
Ja
B
Nee

Slide 28 - Quizvraag

Aan opdrachten werken
Maken opdracht 45, 47 en 50 (blz 28, 3vwo)

Slide 29 - Tekstslide

Opdrachten bespreken
Maken opdracht 45, 47 en 50 (blz 28, 3vwo)

Slide 30 - Tekstslide

Weektaak
- Bestuderen H1.5 (blz 25 t/m 27, 3vwo)
- Maken opdracht 45, 47 en 50 (blz 28, 3vwo)

Slide 31 - Tekstslide

Leerdoelen
- Ik kan de concentratie van een stof berekenen uitgedrukt in gram per liter.
- Ik kan uitleggen wat oplosbaarheid en een verzadigde oplossing is.


Slide 32 - Tekstslide

Vragen over toets
Toets gaat over H1.1, H1.2, H1.3, H1.4 en H1.5:
- Soorten mengsels
- Zuiver of mengsel
- Scheidingsmethoden
- Chemisch rekeken

Slide 33 - Tekstslide

Tips voor het leren
1. Gebruik de leerdoelen
2. Maak een begrippenlijst
3. Oefen met rekenopdrachten
4. Maak moeilijke opgaven opnieuw
5. Maak de toepassing H1.6 en Proefwerkopgaven (blz 33)
De proefwerkopgaven lijken niet op de vragen in de toets.

Slide 34 - Tekstslide

Vragen over toets
Toets gaat over H1.1, H1.2, H1.3, H1.4 en H1.5:
- Soorten mengsels
- Zuiver of mengsel
- Scheidingsmethoden
- Chemisch rekeken

Slide 35 - Tekstslide