ademhalingsstelsel

Gaswisseling
Herhaling van ademhalingsstelsel
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Gaswisseling
Herhaling van ademhalingsstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Waar vindt gaswisseling precies plaats?
A
Luchtpijp
B
Long
C
Keelholte
D
Longblaasje

Slide 2 - Quizvraag

Bronchiën
Luchtpijp
Luchtpijptakjes
longblaasjes

Slide 3 - Sleepvraag

longblaasjes
long
Bronchië
Luchtpijp-
takje
luchtpijp

Slide 4 - Sleepvraag

strottenhoofd
bronchiën
longblaasjes
luchtpijptakje
keelholte
luchtpijp
middenrif

Slide 5 - Sleepvraag

Slide 6 - Tekstslide

De luchtpijp vertakt zich in......
A
bronchiën
B
longblaasjes
C
luchtpijpvaten
D
luchtpijptakjes

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Hoe heten de delen die de luchtpijp stevigheid bieden
A
kraakbeenringen
B
strottenhoofd
C
kraakbeenbotjes
D
ribben

Slide 9 - Quizvraag

Welke delen van het ademhalingsstelsel zijn verstevigd door kraakbeenringen.

A
Longblaasjes en bronchiën
B
Strottenhoofd en luchtpijp
C
Bronchiën en luchtpijp

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de functie van de kraakbeenringen in de slokdarm?

Slide 11 - Open vraag

Let goed op de huig en strotklepje

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Deze afbeelding hoort bij...
A
Ademhalen
B
Slikken
C
Verslikken

Slide 15 - Quizvraag

Wat is de functie van de huig
A
neusholte afsluiten tijdens slikken
B
keelholte afsluiten tijdens slikken

Slide 16 - Quizvraag

Bij slikken staat het strotklepje:
A
Open
B
Dicht

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Waarom is neusademhaling beter?

Slide 20 - Woordweb

Slide 21 - Tekstslide

kraakbeenringen
In je luchtpijp en bronchiën heb je kraakbeenringen. Deze zorgen ervoor dat je luchtpijp en bronchiën altijd open blijven zodat er gaswisseling kan plaatsvinden. 

K

Slide 22 - Tekstslide

Huig en strottenklep
In je keelholte heb je 2 kleppen. De huig sluit de neusholte af en het strottenklepje zorgt dat de luchtpijp afgesloten wordt. 
1. Adem je dan staan deze kleppen open. 2. Slik je dan gaan deze twee kleppen dicht. 

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

longblaasjes
 Als het bloed de longblaasjes bereikt is het gehalte CO2 hoog en O2 laag. CO2 gaat vanuit het bloed de longblaasjes in en vanuit de longblaasjes gaat het zuurstof het bloed in. Nadat het bloed voorbij de longblaasjes zijn is het CO2 gehalte laag en zuurstof gehalte hoog. 

Slide 25 - Tekstslide

Longblaasje met bloedvat 1 cellaag dik! 
Longblaasje met bloedvat: 1 cellaag dik

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

veel koolstofdioxide
veel zuurstof
koolstofdioxide afgegeven
zuurstof opgenomen

Slide 28 - Sleepvraag

Slide 29 - Tekstslide

Aan de slag
  1. Opdrachten basisstof 3 helemaal af (op samenvatting na)

  2. Maken tekening van het ademhalingsstelsel met functie

Slide 30 - Tekstslide