Taalcompleet thema 2 (A1) - nieuw
1 / 38
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Sam ... naar school
A
gaat
B
heeft
C
binnen
D
buiten
Slide 2 - Quizvraag
... ! Ik ben juf Mirjam.
A
Samen
B
Buiten
C
Pauze
D
Welkom
Slide 3 - Quizvraag
De ... zegt: 'Goedemorgen!'
A
pauze
B
docent
C
school
D
leerlingen
Slide 4 - Quizvraag
De leerlingen praten ... in de pauze.
A
lopen
B
docent
C
samen
D
welkom
Slide 5 - Quizvraag
Zestien
A
15
B
60
C
16
D
61
Slide 6 - Quizvraag
Vier
A
3
B
4
C
5
D
8
Slide 7 - Quizvraag
twintig
A
2
B
12
C
30
D
20
Slide 8 - Quizvraag
twaalf
A
2
B
12
C
30
D
20
Slide 9 - Quizvraag
zeventien
A
10
B
12
C
17
D
7
Slide 10 - Quizvraag
A
de school
B
de week
Slide 11 - Quizvraag
A
schrijven
B
begrijpen
Slide 12 - Quizvraag
A
lopen
B
zitten
Slide 13 - Quizvraag
A
moeilijk
B
makkelijk
Slide 14 - Quizvraag
A
staan
B
liggen
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Vul in:
________ woon jij?
________ woon jij?
Slide 17 - Open vraag
Vul in:
________ ben jij?
________ ben jij?
Slide 18 - Open vraag
Vul in:
______ is je naam?
______ is je naam?
Slide 19 - Open vraag
Vul in:
______ dagen heeft een week?
______ dagen heeft een week?
Slide 20 - Open vraag
Vul in:
_____ is het vakantie?
_____ is het vakantie?
Slide 21 - Open vraag
januari, februari, maart, ......
A
december
B
april
C
november
D
mei
Slide 22 - Quizvraag
oktober, ........, december
A
augustus
B
november
C
januari
D
september
Slide 23 - Quizvraag
De eerste maand van het jaar is ....
A
januari
B
december
Slide 24 - Quizvraag
De laatste maand van het jaar is ....
A
januari
B
december
Slide 25 - Quizvraag
Welk getal hoor je?
Slide 26 - Open vraag
Welk getal hoor je?
Slide 27 - Open vraag
Welk getal hoor je?
Slide 28 - Open vraag
Welk getal hoor je?
Slide 29 - Open vraag
Welk getal hoor je?
Slide 30 - Open vraag
De vrouw wil thee. Ze zegt:
A
Thee bedankt
B
Thee alsjeblieft
Slide 31 - Quizvraag
Je krijgt iets. Je zegt:
A
Graag gedaan.
B
Dank je wel
Slide 32 - Quizvraag
Wil je mij helpen, .......?
A
alsjeblieft
B
bedankt
Slide 33 - Quizvraag
Ik _____ het niet.
A
begrijp
B
begrijpen
Slide 34 - Quizvraag
Wij _____ het antwoord.
A
typt
B
typen
Slide 35 - Quizvraag
........ jij koffie? (drinken)
A
drink
B
drinkt
Slide 36 - Quizvraag
Hij ........ naar de docent.
A
luisteren
B
luistert
Slide 37 - Quizvraag
Dit was thema 2
De ......
De ......
