Herhalingsles §2.3 en §2.4

§2.3 Een ontwikkelde cultuur

In deze paragraaf leer je kenmerken van de Egyptische godsdienst.
In deze paragraaf leer je hoe Egyptenaren voor hun doden zorgden.
In deze paragraaf leer je wat bijzonder was aan de Egyptische kunst.
In deze paragraaf leer je waarop de Egyptische wetenschap was gericht.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

§2.3 Een ontwikkelde cultuur

In deze paragraaf leer je kenmerken van de Egyptische godsdienst.
In deze paragraaf leer je hoe Egyptenaren voor hun doden zorgden.
In deze paragraaf leer je wat bijzonder was aan de Egyptische kunst.
In deze paragraaf leer je waarop de Egyptische wetenschap was gericht.

Slide 1 - Tekstslide

Geef een omschrijving van de volgende begrippen: beschaving, norm, waarde, offer

Slide 2 - Open vraag

Waarom kun je de cultuur van de Egyptenaren een beschaving noemen?
A
Alle Egyptenaren gingen op een beschaafde manier met elkaar om
B
De cultuur van de Egyptenaren ontwikkelde steeds meer door kunst en wetenschap
C
De Egyptenaren woonden in een landbouw-stedelijke samenleving
D
Jagen en verzamelen was niet meer het belangrijkste bestaansmiddel van de Egyptenaren

Slide 3 - Quizvraag

Noteer de letters van de juiste zin. Let op: twee zinnen zijn goed.
A
De grafkamer was bedoeld om grafrovers af te leiden van het graf
B
De ziel van de dode kon de grafkamer als huiskamer gebruiken
C
In de grafkamer werden dode familieleden van de dode begraven
D
Er werden spullen in de grafkamers gelegd die de dode kon gebruiken in het hiernamaals

Slide 4 - Quizvraag

Goed zorgen voor het lichaam van doden was een grote waarde van de Egyptenaren. Leg het begrip waarde uit aan de hand van dit voorbeeld.

Slide 5 - Open vraag

Veel Egyptische kunst had te maken met het geloof in het hiernamaals. Noteer:
A een gevolg voor de Egyptenaren toen;
B een gevolg voor de huidige wetenschap van het Oude Egypte.

Slide 6 - Open vraag

Het hiernamaals speelde een belangrijke rol in de godsdienst van de Egyptenaren.
In welke zin staat een direct gevolg van het geloof in het hiernamaals?
A
De Egyptenaren gingen in meerdere goden geloven
B
Graven werden steeds mooier gemaakt en grafgiften werden meegegeven
C
Priesters werden minder belangrijk in de Egyptische samenleving
D
Traditie en wetenschap werden hierdoor heel belangrijk

Slide 7 - Quizvraag

Leg uit
Leg uit waarom grafgiften en mooiere graven een gevolg was van het geloven in het hiernamaals. 

Slide 8 - Tekstslide

§2.4 Hoog en laag in de samenleving

In deze paragraaf leer je welke lagen er in de Egyptische samenleving waren.
In deze paragraaf leer je hoe sociale verschillen zichtbaar waren.
In deze paragraaf leer je hoe Egyptenaren hogerop konden komen in de samenleving.

Slide 9 - Tekstslide

Geef een omschrijving van de volgende begrippen: adel, krijgsgevangene en slaaf

Slide 10 - Open vraag

Leg uit waarom de piramidevorm goed past bij de indeling van de Egyptische samenleving.

Slide 11 - Open vraag

Pottenbakker
Boer
Edelman
Zoon van de farao
Hoge ambtenaar
Priester
Slaven

Slide 12 - Sleepvraag

Noem twee manieren waarop de sociale verschillen tussen de vrouwen is afgebeeld

Slide 13 - Open vraag

Welke zin is juist? Let op: twee zinnen zijn juist.
A
Als schrijver in het Oude Egypte had je een mogelijkheid om een hogere status te krijgen
B
Bijna alle kinderen in het Oude Egypte namen het beroep van hun ouders over
C
In het Oude Egypte kon je gemakkelijk je sociale positie veranderen
D
Voor boeren en ambachtslieden was opklimmen in het Oude Egypte niet mogelijk

Slide 14 - Quizvraag

De Egyptische samenleving was een oneerlijke samenleving als je kijkt naar de sociale indeling. Welke zin is een argument voor deze stelling? Er zijn twee antwoordmogelijkheden.
A
De verschillen in sociale positie waren op heel veel manieren te zien
B
Vaak stond bij je geboorte al vast tot welke sociale groep je behoorde
C
Vrouwen vormden de laagste groep enkel en alleen omdat ze vrouw waren
D
Zelfs als je heel goed was in je werk, kon je niet naar een hogere sociale groep

Slide 15 - Quizvraag

Wat is geen middel van bestaan in de oude Egyptische samenleving?
A
Ambachten uitoefenen
B
Landbouw bedrijven
C
Handelen
D
Jagen en verzamelen

Slide 16 - Quizvraag

Hadden de oude Egyptenaren een landbouwsamenleving of een landbouw-stedelijke samenleving? Leg je antwoord uit.

Slide 17 - Open vraag

Gebruik de bron hiernaast. Uit welke laag van de piramide komt de persoon uit de bron waarschijnlijk?
A
De eerste laag
B
De tweede laag
C
De derde laag
D
De vierde laag

Slide 18 - Quizvraag

Noem het bronelementen waaruit blijkt dat de schrijver van deze bron veel aanzien had.

Slide 19 - Open vraag