Nederlands
1 / 30
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
der bruder
Slide 3 - Open vraag
der besuch
Slide 4 - Open vraag
der geburtstag
Slide 5 - Open vraag
der opa
Slide 6 - Open vraag
Der vater
Slide 7 - Open vraag
die mutter
Slide 8 - Open vraag
de uitnodeging
Slide 9 - Open vraag
ik heb
A
ig hebe
B
ich habe
C
ik heb
D
ich heb
Slide 10 - Quizvraag
ik ben
A
ig ben
B
ich bin
C
ich ben
D
ik bin
Slide 11 - Quizvraag
weneer gebruik je das?
Slide 12 - Woordweb
weneer gebruik je der?
Slide 13 - Woordweb
weneer gebruik je die?
Slide 14 - Woordweb
De oma
Slide 15 - Open vraag
De zus
Slide 16 - Open vraag
De verrassing
Slide 17 - Open vraag
Das Einzelkind
Slide 18 - Open vraag
Das enkelkind
Slide 19 - Open vraag
Das fest
Slide 20 - Open vraag
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
2 t/m 20 = getal + ?
A
te
B
tte
C
stee
D
ste
Slide 23 - Quizvraag
vanaf 20 = getal + ?
A
te
B
ste
C
steee
D
ssssttteeeeee
Slide 24 - Quizvraag
wat zijn de uitsonderingen?
A
4,8,11
B
3,2,1,10
C
2,3,8,9
D
1,3,7,8
Slide 25 - Quizvraag
eerste
Slide 26 - Open vraag
tweede
Slide 27 - Open vraag
derde
Slide 28 - Open vraag
vierde
Slide 29 - Open vraag
vijfde
