blok 4 week 4 les 1

• Spelling
• Basisschool
• Groep 8

het kost weinig

1. tt
2. vt
3. vd

het kost weinig
Nu in de vt: (hele zinnetje)

het kost weinig
Nu in de vd: (hele zinnetje)

wij kruiden

1. tt
2. vt
3. vd

wij kruiden
nu in vt: (hele zinnetje)

wij kruiden
nu in vd: (hele zinnetje)

zij verbond

1. tt
2. vt
3. vd

zij verbond
nu in tt: (hele zinnetje)

zij verbond
nu in vd: (hele zinnetje met hebben)

jullie lazen voor

1. tt
2. vt
3. vd

jullie lazen voor
nu in t.t (hele zinnetje)

jullie lazen voor
nu in vd (hele zinnetje)

slaan
t.t. De timmerman..........op de spijker

vinden
Hij..............zijn werk leuk om te doen.

bouwen
v.t. De kleuters.............een mooi bouwwerk.

noemen
v.t. Vroeger...........wij dat anders.

plukken
v.d. Wij hebben bloemetjes ..........

staan
v.d. Wij hebben op het podium.......

plukken
b.n. De..........bloemetjes

opdrinken
De.............thee