Chp 2 # Past simple vs past continuous

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Agenda
Past Simple   VS   Past Continuous

- wanneer gebruik je welke?
- oefeningen 

Slide 2 - Tekstslide

Today's goals

- I can identify when to you use the Past Simple or Past Continuous

Slide 3 - Tekstslide

Past Simple  VS  Past Continuous
Welke activiteit duurde het langst?

1. I was cycling to school when I saw Billy. 

2. He was playing a game when his mum came home.

3. I dropped my phone while I was taking a selfie. 

Slide 4 - Tekstslide

                     Past Simple

wanneer:

vorm:

zin:

vraagzin:

ontkennende zin:
                 Past Continuous

wanneer:

vorm:

zin: 

vraagzin:

ontkennende zin:



Slide 5 - Tekstslide

Past Simple vs Past continuous
-   Als twee gebeurtenissen tegelijk gebeurden , dan kun je beide tijden 
samen in één zin gebruiken.
Bijv:  1. He was watching a movie when his uncle knocked on the door. ​
           2. I dropped my phone while I was taking a selfie. 
         
       
         

       Past Simple
    Past Continuous
kortere activiteit
langere activiteit
wordt gebruikt na "when"
wordt gebruikt na "while"

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Past Simple            VS
Past Continuous

Slide 8 - Tekstslide

Past Simple vs Past Continuous:

Hoe zet je een werkwoord in de Past Simple vorm?
A
werkwoord + (e)d
B
werkwoord + ing
C
werkword + was/were +ing
D
werkwoord + t

Slide 9 - Quizvraag

Past Simple vs Past Continuous:

Hoe zet je een werkwoord in de Past Continuous vorm?
A
werkwoord + (e)d
B
werkwoord + ing
C
was/were + werkwoord -ing
D
werkwoord + t

Slide 10 - Quizvraag

Past Simple vs Past Continuous:

He went to the cinema.
A
Past Simple
B
Past Continuous

Slide 11 - Quizvraag

Past simple vs. Past continuous:

I ______ (fall) asleep, while I ________ (watch) TV.
A
fell - watched
B
was falling - was watching
C
was falling - watched
D
fell - was watching

Slide 12 - Quizvraag

Past simple vs. Past continuous:

He ____ (break) his leg, when he _____ (play) frisbee.
A
breaks - played
B
broke - was playing
C
was breaking - played
D
broke - played

Slide 13 - Quizvraag

Extra oefeningen 
Past Simple VS Past Continuous
timer
10:00

Slide 14 - Tekstslide

In class work
Past simple vs. past continuous

Ex. 36   a  /  c  (p. 97 - 98)

Ex. 37 (p. 98 – 99)



timer
7:00

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Agenda
Past Simple   VS   Past Continuous

- Recap
- SlimStampen

Slide 18 - Tekstslide

Past simple VS Past continuous
1. Max .............. (break) his arm two weeks ago at the park.

2. He .................... (cycle) to school when the storm began. 

Slide 19 - Tekstslide

Luister naar het fragment en beantwoord de vragen.
1.  What was Adam doing at 3 o'clock?​

2.  What was Adam doing at 5?​
3.   Why didn't Adam reply to her messages?​
4.   What was it that she wanted to talk to Adam about?


Slide 20 - Tekstslide

Past simple VS Past continuous
Stepping Stones online

Chapter 2: Part E (Grammar & Writing)

SlimStampen: Complete Grammar 3A  &  3B

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide