Fotosynthese: Hoe planten voedsel maken

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Fotosynthese: Hoe planten voedsel maken

Leerdoel

Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat fotosynthese is.

Vertel de leerlingen wat ze aan het einde van de les zullen kunnen begrijpen.

Wat weet jij al over fotosynthese?

Wat is fotosynthese?

Fotosynthese is hoe planten lichtenergie gebruiken om voedsel te maken uit water en koolstofdioxide.

Leg kort uit wat fotosynthese is.

Waar gebeurt fotosynthese?

Fotosynthese gebeurt in de bladeren van planten, in cellen die chloroplasten worden genoemd.

Laat afbeeldingen zien van planten en hun bladeren om te laten zien waar fotosynthese plaatsvindt.

Hoe werkt fotosynthese?

Tijdens fotosynthese absorberen planten lichtenergie met behulp van pigmenten zoals chlorofyl. Ze gebruiken deze energie om water en koolstofdioxide te splitsen en glucose te produceren.

Leg uit hoe fotosynthese werkt en gebruik afbeeldingen en diagrammen om het proces te verduidelijken.

Waarom is fotosynthese belangrijk?

Fotosynthese is belangrijk omdat het de belangrijkste manier is waarop zuurstof wordt geproduceerd en voedsel wordt gemaakt voor bijna alle levende organismen op aarde.

Leg uit waarom fotosynthese belangrijk is voor het leven op aarde en hoe het ons allemaal beïnvloedt.

Fotosynthese in actie

Bekijk deze video van een plant die fotosynthese uitvoert.

Laat een video zien van fotosynthese in actie en vraag de leerlingen om op te letten wat er gebeurt.

Quiz

Test je kennis van fotosynthese met deze quiz!

Laat de leerlingen een korte quiz maken om te zien of ze de belangrijkste concepten van fotosynthese begrijpen.

Samenvatting

Fotosynthese is het proces waarbij planten lichtenergie gebruiken om voedsel te maken uit water en koolstofdioxide. Het gebeurt in de bladeren van planten in cellen die chloroplasten worden genoemd. Fotosynthese is belangrijk omdat het zuurstof produceert en voedsel maakt voor bijna alle levende organismen op aarde.

Vat de belangrijkste punten van de les samen en beantwoord eventuele resterende vragen van de leerlingen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.