In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Automatics -
Bunter
Slide 1 - Tekstslide
Automatics
Hier volgen wat vragen over wat je als bunter zou doen in bepaalde situaties. Laat je een bal gaan? Speel je hit en run? etc etc. Ga er bij iedere vraag vanuit dat de genoemde pitch in de buurt van de slag zone is (tenzij anders vermeld)
Slide 2 - Tekstslide
Stel: 2e inning, 0 uit, groene loper op 1, count is 1-0 (1 wijd - 0 slag). Wat doe je in principe bij de 2e pitch?
A
Slaan
B
Laten gaan
C
Run & hit
D
Bunt
Slide 3 - Quizvraag
uitleg
In principe laat je de bal gaan om de loper de kans te geven om te stelen.
Slide 4 - Tekstslide
Stel: 3e inning, 1 uit, blauwe loper op 1, count is 1-1 (1 wijd - 1 slag). Wat doe je in principe bij de 3e pitch?
A
Slaan
B
Laten gaan
C
Run & hit
D
Run & Bunt
Slide 5 - Quizvraag
Uitleg
Voor jouw als bunter geldt dat je in deze situatie run & bunt speelt. Run & Slash zou ook een optie kunnen zijn alleen moet je de bal raken in dat geval . Het is een oneven inning vandaar automatics op een oneven pitch
Slide 6 - Tekstslide
Stel: 3e inning, 0 uit, Lars staat op 2, Dion staat op 1, count is 1-1 (1 wijd - 1 slag). Wat doe je in principe bij de 3e pitch?
A
Slaan
B
Laten gaan
C
Run & hit
D
Bunt
Slide 7 - Quizvraag
Uitleg
Voor jouw als bunter geldt dat je in deze situatie een bunt neerlegt richting 1. Het is een oneven inning vandaar automatics op een oneven pitch
Slide 8 - Tekstslide
Stel: 5e inning, 0 uit, groene loper op 2, rode loper op 1, count is 3-1 (3 wijd - 1 slag). Wat doe je in principe bij de 5e pitch?
A
Slaan
B
Laten gaan
C
Run & hit
D
Run & bunt
Slide 9 - Quizvraag
Uitleg
In deze situatie met een groene of blauwe loper op twee en een count van (3-0/2-1/ 3-1) wordt het een double steal + bunt op een oneven pitch
Slide 10 - Tekstslide
Stel: 1e inning, 2 uit, groene loper op 1 , 1e pitch, Wat doe je in principe bij deze pitch?
A
Slaan
B
Laten gaan
C
Run & hit
D
Bunt
Slide 11 - Quizvraag
Uitleg
Er zijn 2 uit dus geen automatics. Zowel slaan als laten gaan zijn de opties die je hebt
Slide 12 - Tekstslide
Stel: 5e inning, 0 uit, Johan op 1, Mark op 2, count is 2-1 (2 wijd - 1 slag) Wat doe je in principe bij de 4e pitch?
A
Slaan
B
Laten gaan
C
Run & hit
D
Bunt
Slide 13 - Quizvraag
Uitleg
Het is een even pitch in een oneven inning dus geen automatics bij deze pitch. Aangezien de pitcher in de buurt van de slagzone gooit is slaan de meest logische optie
Slide 14 - Tekstslide
Stel: 5e inning, 1 uit, Dion op 3, count is 1-1 (1 wijd - 1 slag), stand is 4 tegen 5. Wat doe je in principe bij de volgende pitch?
A
Slaan
B
Laten gaan
C
Run & hit
D
Squeeze
Slide 15 - Quizvraag
Uitleg
Als bunter wordt er in deze situatie verwacht dat je een squeeze speelt. Je hebt een groene loper op 3 en het verschil in runs is minder dan 3.
Slide 16 - Tekstslide
Stel: 6e inning, 1 uit, Lars op 1, 2e pitch, count is 0-1 (0 wijd - 1 slag), stand is 1 tegen 9. Wat doe je in principe bij deze pitch recht door de pijp?
A
Slaan
B
Laten gaan
C
Run & hit
D
Squeeze
Slide 17 - Quizvraag
Uitleg
Als bunter is slaan in dit geval de meest logische optie. Automatics staan uit want het verschil in stand is meer dan 7 punten.