Staatsexamen bespreking 2014

Staatsexamen bespreking
2013
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Staatsexamen bespreking
2013

Slide 1 - Tekstslide

2013
Wat zijn moeilijke woorden? 
Wat zijn belangrijke woorden? 
Schrijf de woorden op.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

1. Waarom is de studiekeuze van Wiger Gommers bijzonder in vergelijking met de andere studenten?
A
A
B
B
C
C

Slide 4 - Quizvraag

2. Voor welke richting kiezen de meisjes op deze opleiding het meest?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 5 - Quizvraag

3. Hoe reageren de vrienden van Wiger Gommers op zijn studiekeuze?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 6 - Quizvraag

4. Hoe vinden vrouwen het volgens Wiger om een mannelijke kraamverzorger te hebben?
A
A
B
B
C
C

Slide 7 - Quizvraag

5. Bij zijn stage in het verzorgingstehuis was Wiger de eerste man. Wie was eerst bang dat het niet goed zou gaan?
A
A
B
B
C
C

Slide 8 - Quizvraag

6. Hoe ging het uiteindelijk met Wiger in het verzorgingstehuis?
A
A
B
B
C
C

Slide 9 - Quizvraag

7. Welke titel is het meest geschikt voor het artikel?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 10 - Quizvraag

Tekst 2
Onderwijsassistent of klassenassistent?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat zijn moeilijke woorden?
Wat zijn de belangrijke woorden?


Schrijf ze op! 

Slide 13 - Tekstslide

8. Wat doen onderwijsassistenten in het project: 'weer samen naar school'?
A
A
B
B
C
C

Slide 14 - Quizvraag

9. Pedro werkt als onderwijsassistent op een basisschool. Hij wil blijven werken en tegelijk leren een pabo. Kan dat bij alle pabo's?
A
A
B
B
C
C

Slide 15 - Quizvraag

10. Mariska wil klassenassistent worden.
Wat is het verschil tussen onderwijs assistent en klassenassistent.
A
A
B
B
C
C

Slide 16 - Quizvraag

11. Is de opleiding tot onderwijsassistent hetzelfde als de opleiding tot klassenassistent?
A
A
B
B

Slide 17 - Quizvraag

Tekst 3
Als werkgevers vinden dat u te oud bent

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Welke woorden ken je niet? 

Slide 20 - Tekstslide

12. Hoe kun je de vijf tips onder: 'U bent te oud' het beste samenvatten?
A
A
B
B
C
C

Slide 21 - Quizvraag

13. Voor wie zijn de drie tips van regel 25 tot en met 35 bedoeld?
A
A
B
B
C
C

Slide 22 - Quizvraag

14. Welke rol speelt leeftijd bij verkopers volgens Kees?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 23 - Quizvraag

15. Hoe kunt u de tips van Herrie en Jean het beste samenvatten?
A
A
B
B
C
C

Slide 24 - Quizvraag