In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Nederlands
Schrijven
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Terugblik
Doel v/d les
Opdracht
Kennis ophalen
Theorie
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen Les 1
Je weet dat een werkstuk een uitgebreid verslag is met een vaste opbouw
Je weet wat een titelblad is.
je kunt een titelblad maken voor jouw werkstuk
Je weet wat een inhoudsopgave is
Je kunt een inhoudsopgave maken voor jouw werkstuk
Slide 3 - Tekstslide
Terugblik vorige lessen
In hoofdstuk 3 hebben we het gehad over: mening, argument, leesdoelen en leesstrategieën.
We hebben ook besproken dat een schrijver een hoofdgedachte heeft bij het schrijven van een tekst.
Daarnaast hebben we homoniemen, synoniemen en antoniemen besproken.
Je gaat nu zelf een tekst schrijven
Slide 4 - Tekstslide
Opdracht
Je gaat een werkstuk maken.
Een werkstuk is een uitgebreid verslag met een vaste opbouw.
Het onderwerp van het werkstuk is "Toekomst".
Slide 5 - Tekstslide
Wat vind je van een werkstuk maken?
Slide 6 - Open vraag
Wat heb je nodig om een werkstuk maken?
Slide 7 - Open vraag
Een stappenplan en tips!
Titelblad
Inhoudsopgave
Inleiding
De hoofdstukken
Nawoord
Bronvermelding
Denk aan de lay out (ziet mijn werkstuk er mooi uit)?
Maak gebruik van plaatjes en foto's (van jezelf)?
Slide 8 - Tekstslide
Wat is een werkstuk?
Een werkstuk is een uitgebreid verslag is met een vaste opbouw. Een dun boekje.
Er staat tekst in over een bepaald onderwerp, bijvoorbeeld corona , een sport of in dit geval je toekomst.
Slide 9 - Tekstslide
Vaste opbouw
Titelblad
Inhoudsopgave
Inleiding of voorwoord
De hoofdstukken
Nawoord
Bronvermelding
Slide 10 - Tekstslide
De inhoudsopgave
De inhoudsopgave is bedoeld om heel snel te kunnen zien wat op welke plek in het werkstuk staat.
Slide 11 - Tekstslide
Het titelblad
Net als de voorkant van een boek, laat de voorkant van een werkstuk zien waar de tekst over gaat. Door een goed titelblad willen anderen je werkstuk gaan lezen.
Slide 12 - Tekstslide
De inleiding
In de inleiding schrijf je kort iets over de keuze voor het onderwerp en iets over de inhoud van het werkstuk. Je schrijft dit meteen na de inhoudsopgave.
Slide 13 - Tekstslide
De hoofdstukken
Na de inleiding komen de hoofdstukken. Hierin staat alle informatie die je hebt gevonden.
Slide 14 - Tekstslide
Nawoord
In het nawoord schrijf je hoe je het werkstuk hebt aangepakt. Je vertelt wat er goed ging en wat beter kon.
Slide 15 - Tekstslide
De bronvermelding
Het is belangrijk om je bronnen te noemen. Dan weet de docent dat je alle informatie hebt opgezocht en waar je hebt gezocht en dat je het niet zelf hebt bedacht.
Slide 16 - Tekstslide
Aan de slag!
Maak gebruik van de stappenplannen en tips!
Opdracht 1 en 2- blz 269 t/m 274
Maak een titelblad voor jouw werkstuk
Maak een inhoudsopgave voor jouw werkstuk.
Slide 17 - Tekstslide
Maak een titelblad
Weet je nog?
Net als de voorkant van een boek, laat de voorkant van een werkstuk zien waar de tekst over gaat. Door een goed titelblad willen anderen je werkstuk gaan lezen.
Slide 18 - Tekstslide
Op je titelblad zet je:
het onderwerp van je werkstuk
een passende afbeelding bij het onderwerp
je naam
je klas
de naam van je docent
de datum waarop je het werkstuk inlevert.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Maak de inhoudsopgave
Weet je nog?
De inhoudsopgave is bedoeld om heel snel te kunnen zien wat op welke plek in het werkstuk staat.
Slide 21 - Tekstslide
De Hoofdstukken (Toekomst)
De volgende 9 hoofdstukken moeten in je werkstuk verwerkt worden:
Voorwoord
Wie ben ik ( wie ben ik, hoe zie ik eruit, waar woon ik, met wie ga ik om) ?
Wat zijn mijn talenten?
Wat wil ik later worden?
Wat is mijn droombaan?
Wat zijn mijn toekomstdromen?
Hoe ziet mijn leven eruit als ik 30 ben?
Nawoord
Bronvermelding
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Video
Hoe kijk je er nu tegenaan om een werkstuk te gaan maken?
Slide 24 - Open vraag
Zelfstandige verwerking titelblad
Maak het titelblad van jouw werkstuk op de computer.
Gebruik één of meerdere afbeeldingen om het titelblad mooier te maken.
Sla het document op de computer op.
Slide 25 - Tekstslide
Zelfstandige verwerking inhoudsopgave
Maak de inhoudsopgave van jouw werkstuk op de computer.