23-11 sujets difficiles, rédaction, conversation

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 36 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Programme
récapitulation
nakijken le bilan
voorbereiden toets

Le programme d'aujourd'hui:
  • la présentation 
  • la prononciation
  • sujets difficiles: 
  • travailler à la rédaction
  • pratiquer la conversation 
Le but: à la fin de ce cours:

  • je sais la prononciation des mots pour la conversation finale
  • je comprends les articles, les prépositions et l'adjectif possessif
  • j'ai travaillé à la rédaction et/ou
  • j'ai pratique la conversation

Slide 4 - Tekstslide

Shriya Luca
Iedereen met een F of D:
3 x oefenen in de pauze met WRTS/Quizlet

Slide 5 - Tekstslide

la prononciation

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

keuzemenu
  • écoute l éxplication des 
      sujets difficiles

  • travailler à la rédaction (H)

  • pratiquer la conversation (I)

Slide 9 - Tekstslide

La prononciation du vocabulaire

Slide 10 - Tekstslide

les sujets difficiles 
  • l'article
  • l'adjectif possessif (bezittelijk voornaamwoord)
  • les prépositions (voorzetsels)

Slide 11 - Tekstslide

Les articles

Slide 12 - Tekstslide

De lidwoorden 'de' en 'het' (bepaalde lidwoorden)
Le garçon
La fille
DE jongen
HET meisje
Les femmes
Les hommes
DE mannen
DE vrouwen

Slide 13 - Tekstslide

De lidwoorden 'de' en 'het'
L'hotel
L'homme
HET hotel
DE man
L'entrée
DE entrée/ ingang
LET OP!
DENK AAN DE KLINKERBOTSING!

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Meervoud van zelfstandige naamwoorden
Les hommes
DE mannen
L'homme
DE man

Slide 16 - Tekstslide

Meervoud van zelfstandige naamwoorden
Les femmes
DE vrouwen
La femme
DE vrouw

Slide 17 - Tekstslide

Dus bij het meervoud: 
Le/la/les                     wordt LES     

Achter het zelfstandig naamwoord komt een "S"

Le livre                      LES livres      
La table                      LES livres   

Slide 18 - Tekstslide

Het lidwoord "een" 
Le garçon
La fille
DE jongen
HET meisje
Un garçon
EEN jongen
Une fille
EEN meisje

Slide 19 - Tekstslide

Onbepaalde lidwoorden ( een)
LE père                UN père
LA mère             ..... mère
               LE frère                .... frère               
     LA famille           ....  famille
 LE bébé               ..... bébé

Slide 20 - Tekstslide

Onbepaalde lidwoorden ( een)
LE père                UN père
    LA mère               UNE mère
                LE frère                UN frère               
        LA famille            UNE  famille
 LE bébé                UN bébé

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

L'adjectif possessif

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Let op!
Het bezittelijk voornaamwoord slaat op het ZELFSTANDIG NAAMWOORD in de zin, en NIET op de PERSOON die het zelfstandig naamwoord bezit.

Dus: HAAR broer --> broer is MANNELIJK --> SON frère

Slide 25 - Tekstslide

koffers

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Link

Slide 28 - Link

Les prépositions

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Link

Slide 32 - Link

Slide 33 - Link

Slide 34 - Link

Slide 35 - Tekstslide

le prochain cours:
  • le vocabulaire
  • être & avoir
  • ecouter
  • travailler rédaction


Slide 36 - Tekstslide