P2/week 48

1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

strafwerk
Achraf en Nijdar- na de lessen- aula - onregelmatige werkwoorden opschrijven van "to be"t/m "to cut"/ blz. 213- 
 

Schrijf elk werkwoord 5 keer op - 1ste, 2de en 3 vorm + Nederlandse vertalling

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goals for today
  • Homework check
  • Revision Chapter 3( I know how to use adjectives in a sentence; I know how to form and use Present Perfect )

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Homework check
Make: p. 162/ex. 60 a,b

onregelmatige werkwoorden/blz.213 ( van TO BE t/m TO EAT)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

showbiz

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

SHOWBIZ = bedrijven die zich richten op het amuseren van mensen /de entertainment-industrie

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Answer this question:

Zou je in deze film willen spelen? Ja / Nee en waarom?
Would you like to play in this movie?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

film (adjectives)

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

1. look/ They/ in/ costumes/ awesome/their

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. He/ bought/ car/ new/ has/a

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

verschil tussen Past simple/Present perfect

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

He has been to Spain.
A
Present Perfect
B
Past Simple

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

He lived in Barcelona when he was a child.
A
Past Simple
B
Present Perfect

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Exercise
Put the words in brackets into the Present Perfect.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. He ___ (drive) a Maserati before.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2. I ____ (not-eat) yet.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Homework
Vocabulary/p. 166,167

Grammar 6 Present Perfect/p. 161
Grammar 5 Adjectives/p. 145

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goals for today
  • I know what I will learn in Chapter 4
  • I can use words,sentences that I already know
  • I can understand people talking about their town or city and watch intensively

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chapter 4 IN THE CITY

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

p.10

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

p.12

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WATCHING
page 12/ex. 6 b + c

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

p. 12

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

p. 12

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

CITY

Slide 29 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

homework
Study: Vocabulary A/page 48
Make: page 13 /ex.8

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goals for today
  • Homework check
  • I know shopping words, adverbs of frequency and I can use them correctly. ( B THEME WORDS/ page 14-17)

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

homework check
Study: Vocabulary A/page 48
Make: page 13 /ex.8

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

THEME WORDS
p. 14,15/ex. 11,13

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Answers

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ADVERBS OF FREQUENCY?
What does this mean?

Slide 38 - Tekstslide

Met een bijwoord van frequentie (adverb of frequency) kun je bijvoorbeeld aangeven hoe vaak je iets doe/niet doet of gebruikt/niet gebruikt. Een adverb of frequency is bijvoorbeeld always(altijd), never (nooit), never of usually (meestal). 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Make
Theme words/page 14 - vertallen
exercise /page 15

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kies 5 adverbs of frequency en maak zinnen.

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Homework
Study: Theme words/blz. 14,16
Make: ex. 13/blz. 15,16

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies