Ontwikkeling 2.4.

• Onderwijsassistenten
• MBO
• Studiejaar 1

Ontwikkeling 2.4.

Voor dat we beginnen..

• Maak 2 gelijke groepen 
• Zet de tafels in het lokaal bij elkaar en vorm 2 groepen

Vang de bal

• Hoe kun je aandacht hebben voor seksueel gedrag?
• Op je 17e levensjaar ben je emotioneel gerijpt? Juist/onjuist?
• Een 6/9 jarige weet het verschil tussen jongens en meisjes? Juist/onjuist?

Lesdoelen 2.4.

• Je weet wat creativiteit betekent
• Je weet wat je kan doen om de creativiteit te begeleiden
• Je weet wat design thinking inhoudt
  

paragraaf 5.1.

Wat betekent
Creativiteit?

Creatief leren zijn

Je moet je kunnen uiten

Belangrijke eigenschappen:

- nieuwsgierigheid

- vindingrijk (open houding)

- vasthoudendheid (positiviteit) 

- samenwerken

- zelfvertrouwen

Opdracht creativiteit stimuleren

• 3 opdrachten
• Voor iedere opdracht heb je 2 minuten
• Let op! Zorg dat de andere groep jullie antwoorden niet horen

benodigdheden:

2 vellen schrijf papier & pen

Opdracht creativiteit stimuleren

benodigdheden:

- 2 vellen schrijf papier

- pen

Opdracht 1

schrijf het antwoord op:

'Stel je voor: Je doet mee aan een hardloopwedstrijd.

Je haalt de 2e plek in. Op welke plek loop jij dan?

Opdracht 2

Verbind de 9 stippen:

- gebruik 4 rechte lijnen

- laat de pen niet los van het papier

Opdracht 3

Schrijf zoveel mogelijk antwoorden op:

Bedenk verschillende activiteiten wat je met het voorwerp baksteen kunt doen.

Uitslag en uitleg

• Wie is de winnaar?
• Wat heeft invloed gehad op jullie creativiteit?

Beoordelen van de oefening

• prikkelende omgeving
• ruimte voor experimenteren
• eisen stellen
• evalueren

creativiteit is..

1. oplossingsgericht denken
2. originele ontwerpen maken
3. muziek, dans en beeldvorming
4. alle antwoorden zijn goed

Creativiteit kun je stimuleren door tussendoor te evalueren

1. waar
2. niet waar

Eindopdracht 3

1. Beschrijf hoe de samenwerking in het algemeen is verlopen.

2. Beschrijf welke creatieve kwaliteiten jij hebt laten zien tijdens de samenwerking. Onderbouw!

3. schrijf voor iedere medestudent in je groep een creatieve kwaliteit op die je terug hebt gezien tijdens de creativiteit test.

4. Onderbouw per student waarom jij voor die creatieve kwaliteit kiest