2.2 Afronden

Aan het eind van de les weet ik wat delers van getallen zijn
Aan het eind van de les weet ik wat veelvouden zijn
Aan het eind van de les weet ik wat decimale getallen zijn
Aan het eind van de les weet ik hoe ik moet afronden
2.2 Afronden
Maken opdracht 31 t/m 35 en 37 op blz. 70,71 en 72 
Kan ik antwoord geven op het doel
geen huiswerk 
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Aan het eind van de les weet ik wat delers van getallen zijn
Aan het eind van de les weet ik wat veelvouden zijn
Aan het eind van de les weet ik wat decimale getallen zijn
Aan het eind van de les weet ik hoe ik moet afronden
2.2 Afronden
Maken opdracht 31 t/m 35 en 37 op blz. 70,71 en 72 
Kan ik antwoord geven op het doel
geen huiswerk 

Slide 1 - Tekstslide

Herhalen: Waarde van getallen
Het getal 3928,75 bestaat uit 6 cijfers.
  • Het cijfer 3 betekent 3 duizendtallen (dus 3000)
  • Het cijfer 9 betekent 9 hondertallen (dus 900)
  • Het cijfer 2 betekent 2 tientallen (dus 20)
  • Het cijfer 8 betekent 8 eenheden (dus 8)
  • Het cijfer 7 betekent 7 tienden (dus 0,7)
  • Het cijfer 5 betekent 5 honderdsten (dus 0,05)
D   H   T   E  ,  T   H
3    9    2   8  ,  7   5   

Slide 2 - Tekstslide

Herhalen
  • Delers
  • Veelvouden
  • Even of oneven
  • Decimale getallen

Slide 3 - Tekstslide

2.2 Afronden
Op hoeveel decimalen moet je afronden? 
Stel je moet afronden op 2 decimalen dan kijk je naar het 3e decimaal

Slide 4 - Tekstslide

Afronden decimale getallen
Hoe moet je 0,3820404 afronden op twee decimalen?




0 , 3 8 

Slide 5 - Tekstslide

Afronden decimale getallen
Hoe moet je 128,752932 afronden op één decimaal?




1 2 8 , 8

Slide 6 - Tekstslide

Afronden op ronde getallen
Soms is afronden op ronde getallen makkelijker

  • Rond 567 af op honderdtallen
  • Rond 45497 af op duizendtallen

Slide 7 - Tekstslide

Aan de slag
Vorige les:
Maken opdracht 13, 15, 19, 22, 23, 25, 26
Op blz. 62 t/m 65 van je leerboek

Deze les:
Maken opdracht 31 t/m 35 en 37 op blz. 70,71 en 72 

Ben je klaar? 
Laten zien en nakijken

Klaar en nagekeken? Maak de rekenbreak op blz. 68 en 72
timer
1:00

Slide 8 - Tekstslide

Doelen van de les behaald?
Aan het eind van de les weet ik hoe ik moet afronden

Slide 9 - Tekstslide

Huiswerk?


Geen huiswerk :)

Slide 10 - Tekstslide