T4H6 GV

Gesprekken voeren
discussie/werkoverleg
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Gesprekken voeren
discussie/werkoverleg

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bedenk een situatie waarin jij een overleg hebt gevoerd. Wat was het doel van dit overleg?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe droeg jij bij aan het bereiken van het doel tijdens het overleg?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer houd jij een goed gevoel over aan het voeren van een overleg?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind je moeilijk als je een overleg voert?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat doe je als je tijdens een overleg niet aan het woord komt?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Overleg
Een overleg voorbereiden
Een overleg voeren

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overleggen
  • Je moet op school of op je werk regelmatig overleggen met anderen. 
  • Soms voer je een discussie tijdens zo’n overleg. Dit doe je als er een probleem is dat opgelost moet worden of als er een kwestie is waarover een besluit moet worden genomen en waarover de meningen zijn verdeeld. 
  • In zo’n discussie geeft iedereen argumenten voor de oplossing of keuze die hij de beste vindt. 
  • Uiteindelijk moet je samen tot een besluit komen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiden
  1. Ga na welke oplossingen of keuzes er zijn. 
  2. Je weegt bij elke oplossing of keuze de voordelen en de nadelen af.
  3. Vervolgens bedenk je welke oplossing of keuze jouw voorkeur heeft en welke argumenten je voor deze oplossing of keuze kunt geven.
  4. Ook ga je na hoe je de eventuele nadelen van jouw oplossing of keuze kunt verantwoorden

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiden
Ook ga je na hoe je de eventuele nadelen van jouw oplossing of keuze kunt verantwoorden

  • Dit kun je bijvoorbeeld doen door uit te leggen dat het nadeel relatief klein is of dat het nadeel in de praktijk erg meevalt. 
  • Eventueel kun je voor het nadeel ook een oplossing bedenken, waardoor het nadeel niet meer opgaat.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een overleg voorbereiden
  • Starttaal 3F
  • Thema 4 hoofdstuk 6
  • Maak opdracht 6 
timer
10:00

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een overleg voeren
  • Bij een overleg is er meestal een voorzitter en een notulist.
  • De voorzitter zorgt ervoor dat iedereen aan het woord komt.
  • De notulist maakt aantekeningen van het overleg. Deze aantekeningen noem je notulen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe verloopt een overleg?
  • Aan het begin doen de deelnemers voorstellen voor een oplossing of een besluit. Als duidelijk is welke voorstellen er zijn, begint de discussie. 
  • Tijdens de discussie krijgen de deelnemers ieder de kans om argumenten te geven voor hun voorstel door de voordelen van het voorstel te noemen. De anderen kunnen hiermee instemmen of juist nadelen noemen van het voorstel. 
  • Als de gesprekspartners het erover eens zijn dat de nadelen van een voorstel groter zijn dan de voordelen, zal dat voorstel afvallen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe verloopt een overleg?
  • Uiteindelijk moet er een keuze worden gemaakt uit de voorstellen die nog over zijn. 
  • Op het werk beslist vaak een leidinggevende, op basis van de genoemde voor- en nadelen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een overleg voeren
  • Starttaal 3F | thema 4 hoofdstuk 6 | opdracht 8
  • Maak groepen van 4 studenten.
  • Bepaal wie de voorzitter en wie de notulist is.
timer
8:00

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reflecteren
  • Starttaal 3F 
  • Thema 4 hoofdstuk 6 
  • Maak opdracht 8c, d en e.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gesprekken voeren les 2

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een overleg bekijken

Slide 18 - Tekstslide

WB Taak 4 Gesprekken voeren
Maak opdracht 3.
Starttaal compact 3F WB
blz. 313
Situatie
Ron en zijn collega's hebben een werkoverleg. Een van de agendapunten is op tijd komen op het werk. Ze willen hier afspraken over maken.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van dit overleg?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wordt het doel volgens jou bereikt? Leg je antwoord uit.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geef de deelnemers een tip voor het volgende overleg.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe verloopt een overleg?
  1. Probleem
  2. Voorstellen voor een oplossing of een besluit inventariseren
  3. Reageren:
    Tijdens de discussie krijgen de deelnemers ieder de kans om argumenten te geven voor hun voorstel door de voordelen van het voorstel te noemen. De anderen kunnen hiermee instemmen of juist nadelen noemen van het voorstel. 
  4. Besluit

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een overleg voeren
  • Bereid het overleg voor.
  • Maak drietallen.
  • Voer het overleg
  • Reflecteer.
timer
10:00

Slide 24 - Tekstslide

WB Gesprekken voeren taak 4 opdracht 6 (blz. 316) starttaal compact 3F

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe verloopt een overleg?
  1. Probleem
  2. Voorstellen voor een oplossing of een besluit inventariseren
  3. Reageren:
    Tijdens de discussie krijgen de deelnemers ieder de kans om argumenten te geven voor hun voorstel door de voordelen van het voorstel te noemen. De anderen kunnen hiermee instemmen
    of juist nadelen noemen van het voorstel. 
  4. Besluit
timer
8:00

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenexamen
  • Ga naar studiemeter.nl, Starttaal 3F, Examentraining instellingsexamens, hoofdstuk 4 oefenexamens > Oefenexamen gesprekken voeren 1
  • Bereid het overleg voor (15 minuten).
  • Maak groepen van 3 studenten.
  • Voer het overleg (8 tot 12 minuten).
timer
15:00

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning examens

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies