Je weet wat je bij alle punten van een onderzoeksverslag moet noteren.
Slide 2 - Tekstslide
Titel:
* Je maakt een pakkende titel voor je onderzoeksverslag.
* De titel geeft aan waar je onderzoek over gaat.
* De titel is 1 zin.
Slide 3 - Tekstslide
Onderzoeksvraag:
* De vraag bestaat uit 1 zin.
* De vraag gaat over het onderzoek.
* De vraag geeft 1 variabele aan.
* De vraag is een open vraag( je kan geen ja/nee antwoorden op de vraag)
Slide 4 - Tekstslide
Hypothese:
* Dit maak je voordat je het onderzoek gaat doen( je weet dus nog niet zeker wat het antwoord gaat zijn, maar dat is niet erg).
* Geeft antwoord op de onderzoeksvraag.
* Bestaat uit 1 korte zin.
* Bevat GEEN uitleg.
Slide 5 - Tekstslide
Verwachting:
* Geeft aan wat je in je resultaat gaat waarnemen( zien/ horen/ proeven/ enz.)
* Je herhaalt de hypothese
* ziet er als volgt uit:
Als ( herhalen hypothese) dan zie ik in mijn reslutaat dat ( aangeven hoe je resultaat eruitziet/ hoort/ proeft/ enz.)
Slide 6 - Tekstslide
Benodigdheden experiment:
* Alle materialen, stoffen, enz. wordt genoteerd.
* Hoeveel je van alles gebruik maakt wordt genoteerd.
Slide 7 - Tekstslide
experiment:
* Aangeven wat je in het experiment hebt gedaan.
* In stappen aan geven wat je hebt gedaan.
* Noteren in gebiedende wijze. ( doe dit, pak dit, vul de reageerbuis, leg de watjes in het petrischaaltje, enz. )
Slide 8 - Tekstslide
Reslutaat
* Maak een beschrijving van het resultaat.
* Maak ook een tabel.
* Maak ook een grafiek (lijn of staaf grafiek)
Slide 9 - Tekstslide
Conculsie
* Herhaal de onderzoeksvraag.
* Geef antwoord op de onderzoeksvraag.
* Herhaal de hypothese
* Geef aan of de hypothese juist of onjuist is, en leg uit waarom dit zo is aan de hand van het resultaat.
Slide 10 - Tekstslide
Discussie:
* Noem 2 punten die goed gingen tijdens je experiment.
* noem 2 verbeterpunten, leg uit wat er niet goed ging, leg uit wat je de volgende keer anders moet doen, en leg uit wat voor een effect het op je resultaat en/of conclusie heeft gehad.
Slide 11 - Tekstslide
Controle!
Controleer je verslag.
Lees je verslag nog een keer door en leg deze presentatie er naast. Heb je alle punten erin?