Israël les 2

Het conflict tussen Israël en de Arabische wereld



Les 2 Over de diaspora en het antisemitisme
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Het conflict tussen Israël en de Arabische wereld



Les 2 Over de diaspora en het antisemitisme

Slide 1 - Tekstslide

Tekst
Welk plaatje hoort bij welk monument?
Heilige grafkerk
Al Aqsa Moskee
Rotskoepel
Klaagmuur

Slide 2 - Sleepvraag

Wat is geen buurland van Israël?
A
Syrië
B
Egypte
C
Jordanië
D
Irak

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Video

Doelen:
Ik ken de grote lijn van de geschiedenis van het Joodse volk vanaf de Romeinse tijd tot de Eerste Wereldoorlog.

Ik ken de volgende begrippen:
  • diaspora
  • antisemitisme
  • pogrom
  • zionisme

Slide 5 - Tekstslide










Het Romeinse Rijk (1e eeuw)

Slide 6 - Tekstslide

Joden in het Romeinse Rijk 
  • Leefden in de provincie Judea

  • Romeinen veroveren dit gebied rond het jaar 1

  • Spanningen tussen Romeinen en Joden: Romeinen geloven in meerdere goden, Joden maar in één god. 

Slide 7 - Tekstslide

Joden in het Romeinse Rijk 
  • Joden erkennen de Romeinse goden niet. Ze aanbidden de Romeinse Keizer ook niet.

  • Julius Caesar maakt uitzondering voor Joden, maar dan moeten ze wel extra belasting betalen

  • Extra belastingen zorgen voor onrust, opstanden en uiteindelijk oorlog (Joodse Oorlog: 66-70 n. Chr.)

Slide 8 - Tekstslide














Verovering en vernietiging van Jeruzalem door de Romeinen

Slide 9 - Tekstslide

De diaspora
  • Steeds meer Joden trekken/vluchten weg uit de Romeinse provincie Judea (latere naam: Palestina)

  • De verspreiding van het Joodse volk over de hele wereld heet diaspora (letterlijk: 'verstrooiing')

Slide 10 - Tekstslide

Antisemitisme in de Middeleeuwen
  • Antisemitisme betekent: haat tegen Joden

  • Oorzaken zijn o.a. dat Joden houden sterk vast aan hun eigen gewoonten/tradities, en dat ze gezien worden als 'moordernaars van Jezus'

  • Gevolgen: verbod op het bezit van eigen grond, uitgesloten worden van verschillende soorten banen (Joden moeten andere, gevaarlijke, niet populaire beroepen gaan uitoefenen: bankier of juwelier)

  • Joden worden bij rampen gezien als schuldigen (zondebok) Zo kregen ze de schuld van de pestepidemie in 1348.

Slide 11 - Tekstslide

Pogroms
Eeuwenlang zijn er pogroms geweest:
Pogrom = uitbarsting van Jodenhaat

Slide 12 - Tekstslide

Zionisme
Veel Joden zijn de het zat en willen weer een eigen land: Zionisme.

zionisme = Joods nationalisme, waarbij getreefd wordt naar een eigen land voor het Joodse volk.

Slide 13 - Tekstslide

Joods nationalisme =
A
antisemitisme
B
diaspora
C
pogrom
D
zionisme

Slide 14 - Quizvraag

Jodenhaat =
A
antisemitisme
B
pogrom
C
zionisme
D
diaspora

Slide 15 - Quizvraag

De gedwongen verspreiding van Joden over de wereld noem je:
A
zionisme
B
diaspora
C
antisemitisme
D
pogrom

Slide 16 - Quizvraag

Een uitbarsting van haat tegen Joden noem je:
A
zionisme
B
pogrom
C
antisemitisme
D
diaspora

Slide 17 - Quizvraag

Voor het begin van onze jaartelling (Romeinse Rijk) woonden er al Joden in het gebied, dat toen Palestina werd genoemd. Door de Diaspora raakten de Joden over de hele wereld verspreid.

Vooral in Oost-Europa werden joden aan het eind van de 19de eeuw zwaar vervolgd (pogroms). Daarop ontstond het verlangen naar een eigen joodse staat. (zionisme) Dat "thuis" kon alleen in Palestina gevestigd worden, want dat was volgens de Joden het beloofde land.


Samengevat:

Slide 18 - Tekstslide