sollicitatiebrief leerjaar 1

Solliciteren in de praktijk
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Solliciteren in de praktijk

Slide 1 - Tekstslide

0

Slide 2 - Video

Unique Selling Points (USP)
Wat heb jij, of wat heeft het bedrijf dat anderen niet hebben.
Waar ligt jouw onderscheidend vermogen? Waarin ben jij uniek? Wat is jouw Unique Selling Point? 
Wat jou uniek maakt:
  • je bedoeling en passie
  •  je persoonlijkheid
  • je talenten, 
  • je doelen en meningen 

De kans dat je iemand tegenkomt die precies hetzelfde is als jij is nul %.’

Slide 3 - Tekstslide

Bedenk minstens 1 USP
Wat maakt jou uniek, waarin of waardoor onderscheid jij je van de rest?

Slide 4 - Open vraag

0

Slide 5 - Video

Het voelt al snel als opscheppen.....
Best moeilijk, een goede USP verzinnen

Slide 6 - Tekstslide

Kennen, kunnen, zijn en willen

Slide 7 - Tekstslide

Wat is kennis? (kennen, weten)
Kennis is dat wat geweten wordt, wat geleerd is (en opgeslagen) en dat waar een individu inzicht in heeft. Kennis omvat informatie, beschrijvingen hiervan of vaardigheden die door ervaring of opleiding zijn verkregen.
Er bestaan vele soorten kennis, bijvoorbeeld zelfkennis, vakkennis en wetenschappelijke kennis.

Slide 8 - Tekstslide

Wat zijn vaardigheden? (kunnen)
De definitie van een vaardigheid is: 'een bepaalde taak of activiteit waarin iemand erg bedreven is'. Vaardigheden worden ontwikkeld – én geperfectioneerd – door oefening en praktische ervaring. Het is meer dan alleen theoretische kennis.

Slide 9 - Tekstslide

 De door werkgevers meest gewaarde vaardigheden
Besluitvaardigheid.
Betrouwbaarheid.
Communicatieve vaardigheden.
Doorzettingskracht.
Flexibiliteit.
Klantgerichtheid.
Leidinggeven.
Loyaliteit.

Slide 10 - Tekstslide

Persoonlijke eigenschappen, gedrag (zijn)
Persoonlijke eigenschappen zijn kwaliteiten, valkuilen, sterktes en zwaktes waar jij over beschikt als mens. 
Voorbeelden van persoonlijke eigenschappen kunnen zijn: gedisciplineerd, gedreven, enthousiast, gestructureerd, flexibel, empathisch, bazig, verlegen, etc.

Slide 11 - Tekstslide

Kwaliteiten
positief aanwezig
ambitieus
bescheiden
behulpzaam
creatief
direct
doelgericht
inlevingsvermogen
luisteren
zelfstandig
rustig
serieus
kritisch




Valkuilen
bazig
teveel willen
gevoelloos
onzichtbaar zijn
chaotisch
koppig
impulsief
te meelevend
ongeremd
te weinig voor jezelf opkomen
wantrouwend
passief
verlegen





Slide 12 - Tekstslide

Motivatie (willen)
Motivatie is de ervaring of beleving van iets willen (of niet willen). 
Het is onze drijfveer tot acties.
Wanneer je gemotiveerd bent, kom je in beweging, doe je dingen.
Vrij vertaald betekent dit: waar doet iemand het voor? 
Waarvoor komt hij zijn bed uit? 
Waarvoor levert hij elke dag een inspanning? 
En waarvoor zet hij een stapje meer? 
In een motivatiebrief vertel je dus waarom je zo graag wilt stagelopen in het bedrijf dat je aanschrijft.

Slide 13 - Tekstslide

Motivatie voor stage
Bij het schrijven van jouw motivatie zijn er twee vragen die van belang zijn en die aan elkaar verbonden dienen te worden:

Waarom wil jij deze stageplek invullen?
Waarom wil jij deze stageplek bij dit bedrijf invullen?

Slide 14 - Tekstslide

welke onderdelen heeft een motivatiebrief voor stage?
A
vakkennis, je goede eigenschappen, je motivatie
B
wat je kan, wat je al weet, hoe je bent en waarom je graag wilt
C
je motivatie waarom je graag wilt
D
wat je wil leren en wat jouw goede eigenschappen zijn

Slide 15 - Quizvraag

Dus nog 1x de vier onderdelen:

kennen (kennis)
kunnen (vaardigheden)
zijn (eigenschappen)
willen (motivatie)

Slide 16 - Tekstslide

Verschil motivatiebrief en sollicitatiebrief?

Slide 17 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een sollicitatiebrief en een motivatiebrief?

Slide 18 - Open vraag

0

Slide 19 - Video

Mogelijke opbouw

1. Solliciteren, omdat...

2. Beeld schetsen van jezelf / voorstellen (opleiding enz.)

3. Ingaan op functie-eisen

4. Interesses

5. Toekomstbeeld

6. Beleefde afsluiting


Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

1. Eigen gegevens

2. Plaats, datum

3. Gegevens bedrijf

4. Betreft: sollicitatie stageplek

5. Aanhef: Geachte

6. Inleidende zin:

7. Alinea 1: stel jezelf voor + vertel met wie (welke functie) je mee wilt lopen

8. Alinea 2: aanleiding + reden sollicitatie 

9. Alinea 3: motivatie functie

10. Uitleg juiste kandidaat

11. Afsluitende zin: verwijs naar persoonlijke gegevens + sollicitatie toelichten in gesprek

 

1. Voornaam achternaam
Straatnaam huisnummer

Postcode Plaats

2. Enschede, 13 juni 2017

3. Naam bedrijf

*t.a.v. mevrouw Food

Straatnaam huisnummer

Postcode Plaats

4. Betreft: sollicitatie vacature docent muziek

5. Geachte mevrouw Food,

6. Op de website indeed.com las ik uw vacature voor docent Nederlands en ik was meteen geïnteresseerd. Graag zou ik willen solliciteren naar deze functie

7. Mijn naam is... en ik ben ..... jaar oud. Ik zit in klas....  

op het Bonhoeffer College locatie WBS.

8. Waarom solliciteer je naar deze functie.

9. Waarom juist deze functie

10. Uitleggen waarom jij de juiste kandidaat bent

11. Voor meer informatie over mezelf verwijs ik naar mijn cv. Graag zou ik mijn sollicitatie toe willen lichten in een gesprek.

Slide 23 - Tekstslide

Eigen adresgegevens
Dagtekening
Adresgegevens bedrijf
Betreft
Aanhef
Alinea 1, 2 en 3
Slot
Groet
Ondertekening
Bijlage
De aanhef is de groet van een brief.

- Je begint altijd met Geachte...... ,
- Je noemt NOOIT iemands voornaam bij een formele brief
- Spreek de ander aan met heer of mevrouw

Geachte heer Spek,
Geachte mevrouw Van de Wiel,

- Weet je niet wie je brief leest, dan gebruik je een algemene aanspreekvorm

Geachte heer, mevrouw,

Slide 24 - Tekstslide

Eigen adresgegevens
Plaatsnaam, datum voluit
Adresgegevens bedrijf
Betreft:
Aanhef
Alinea 1, 2 en 3
Slot
Met vriendelijke groet,
Ondertekening
Bijlage
Alinea 1:
- Vertellen naar welke baan je solliciteert
- Vertellen waar je de baan hebt ontdekt
- 'Graag kom ik voor deze functie in aanmerking'.

Alinea 2:
- Stel jezelf voor (naam, leeftijd, opleiding, hobby's, werk)

Alinea 3 (motivatiealinea):
- Ga in op de functie-eisen
- Noem je sterke kanten (waarom moeten ze jou kiezen)

Slide 25 - Tekstslide



Slide 26 - Tekstslide