Syndroom van Rett, Down, Fas, Prader Willi, Fragile X

Syndroom van Rett, Syndroom van Down, FAS, Pader Willi, Fagile X
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Syndroom van Rett, Syndroom van Down, FAS, Pader Willi, Fagile X

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van de les weet je
- wat het syndroom van Down inhoudt
- wat het syndroom van Rett inhoudt
- wat FAS inhoudt
- wat het Prader Willi syndroom inhoudt
- wat Fragile X inhoudt

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het
- je wordt er mee geboren, alleen meisjes
- ontwikkeling blijft staan, na ongeveer 6-12 maanden
- in zichzelf gekeerd
- verliezen van vaardigheden
- epilepsie
- zeldzaam
- 1 op de 10.000
8 per jaar

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaak
- fout op x-chromosoom
- overgeërfd

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolg
- hersenontwikkeling voor de geboorte anders
- hersenstam werkt minder goed, dus bijzondere manier van ademhalen
- vetstofwisseling verloopt anders

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen symptoom van het syndroom van Rett?
A
Scoliose
B
stereotiepe handbewegingen
C
geen vooruitgang in ontwikkeling
D
kleinere schedel

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel meisjes per jaar worden geboren met het syndroom van rett
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is het erfelijk?
A
Ja
B
Nee
C

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn typische kenmerken van het syndroom van Rett?
A
Lage spierspanning, overmatig eten en een vertraagde groei
B
Ongebruikelijke gelaatstrekken, communicatieprobleem en overmatig eten
C
Verlies van vaardigheden, handenwringen en ademhalingsproblemen
D
Vertraagde taalontwikkeling, sociale angst en intellectuele beperkingen

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uit hoeveel fasen verloopt de ontwikkeling bij het syndroom van Rett
A
1 fase: stilstand
B
2 fasen: stilstand en stabiele periode
C
3 fasen: stilstand, achteruitgang en afname van mobiliteit
D
4 fasen: stilstand, achteruitgang, stabiele periode en afname van mobiliteit

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Syndroom van Down
Aangeboren afwijking die gepaard gaat met een verstandelijke beperking, typerende uitwendige kenmerken en bepaalde medische problemen, veroorzaakt door een extra chromosoom (trisomie) 21.



Mensen met het syndroom van Down kunnen heel verschillend zijn, maar worden vaak getypeerd als vriendelijk en goedaardig, ze zijn eigenwijs en ondeugend, verkeren graag in gezelschap van anderen en zijn aanhankelijk. Door een wat trage motoriek worden zij als rustig of zelfs gemakzuchtig ervaren.


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen syndroom van Down
hartafwijking 
Soms maag/darm afwijking
Meer kans op ademhaling- en luchtwegproblemen bijv. slaapapneu
Vatbaarder voor infecties 
Worden gemiddeld 60 jaar oud

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het syndroom van Down ontstaat door
A
Eén chromosoom nr 21
B
Twee chromosomen nr 21
C
Drie chromosomen nr 21
D
Vier chromosomen nr 21

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een uiterlijk kenmerk van het syndroom van down?
A
Veel haar
B
Ondergewicht
C
Lange vingers en tenen
D
Een grote tong

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Iemand met syndroom van Down heeft meer kans op vervroegde veroudering
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Trisomie 21 is
A
Syndroom van Rett
B
Syndroom van Turner
C
Syndroom van Down

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel mensen met een verstandelijke beperking heeft het syndroom van Down?
A
25%
B
10%
C
30%

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een vlokkentest?
A
Bloedonderzoek over lichamelijke afwijkingen
B
onderzoek op zeldzame ziektes
C
biopt die informatie geeft over chromosoomafwijkingen

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel procent van de mensen hebben hartafwijkingen met het syndroom van Down?
A
50-70%
B
34-40%
C
23-30%

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De kans op Down neemt toe naarmate de moeder ouder is....
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Foetaal alcohol syndroom (FAS)

Slide 28 - Tekstslide

Naast alcohol, kunnen ook nicotine van sigaretten, drugs stoffen door de placenta naar de foetus toe. Dit kan zelfs leiden tot een miskraam

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Het Foetaal alcohol syndroom

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Foetaal alcoholsyndroom (FAS)
Moeilijke te herkennen syndroom. 

Ontstaan voor de geboorte door overmatig alcohol 
gebruik van de moeder. 
Niet altijd een verstandelijke beperking tot gevolg. 

Mate van beschadiging en functiestoornissen hangt af van de hoeveelheid drank, tijdstip van inname en individuele aanleg. 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken FAS
Uiterlijke kenmerken: 
  • Microcefalie: Klein hoofd 
  • Ver uit elkaar staande ogen 
  • Platte neusbrug 
  • Kleine wipneus 
  • Smalle bovenlip 
  • kleine terugwijkende kin 
  • Geen geultje tussen neus en bovenlip 
  • Kleine misvormde handen, vingers , armen en tenen. 
  • Groeistoornis (Klein voor hun leeftijd) 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gezichtsafwijkingen FAS

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken FAS 
Verstandelijke kenmerken:
  • Concentratieproblemen
  • Slechte geheugen 
  • Een verstandelijke beperking is mogelijk, maar ook 'alleen maar' leerproblemen komt voor 
Overige kenmerken:
  • Impulsief 
  • Open en lief karakter, ook naïef 
  • Gemakkelijk beïnvloedbaar 
  • Weinig inzicht in de gevolgen van hun handelen 
  • Handelen is soms gewetenloos 
  • (licht) Hyperactief 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen FAS
  • Vaak: niet zonder begeleiding kunnen wonen
  • Psychische klachten
  • Schoolverlating
  • Aanvaringen met justitie, gevangenisstraf
  • Psychiatrische opname 
  • Seksuele afwijkingen
  • Alcohol- en drugsproblemen

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen FAS
Problemen kunnen nog bestaan op volwassen leeftijd. FAS heb je namelijk je leven lang. Net als alle andere vormen van hersenbeschadiging. De problemen verschillen per levensfase. Doordat de hersenen al in een vroeg stadium van de ontwikkeling zijn beschadigd, kun je het zien als een vorm van aangeboren hersenletsel.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Video

Deze slide heeft geen instructies

                                           Fragile X

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fragile X
erfelijke aandoening
licht verstandelijk beperkt
op autisme gelijkend gedrag

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uiterlijke kenmerken
- lang, smal gezicht, grote oren
- platte voeten
- vergrote testikels
-Verlaagde spierspanning

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

- tijdens jeugd vaak oorontstekingen
- stereotype bewegingen zoals fladderen bij opwinding of stress
- schuw gedrag of vermijden oogcontact (autisme)
- adhd achtig gedrag bij mannen, depressie bij vrouwen

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chromosoom gebonden

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diagnose
- DNA via bloedonderzoek
-  vooraf vruchtwater of placentavlokken

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

FMR1-gen
- gen dat betrokken is bij de ontwikkeling en functie van de hersenen
- bij mutatie aandoening die intellectuele en gedragsproblemen veroorzaakt

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Video

Deze slide heeft geen instructies