Hoe maak je de present perfect simple?
have/has + voltooid deelwoord
Wanneer gebruik je de present perfect simple?
- Iets in het verleden begonnen en nu nog bezig:
I've lived in the Netherlands all my life. (Ik woon er nog steeds)
He has worked here for three years. (hij werkt er nog steeds)
- Iets is gebeurd en heeft nog een effect in het hier en nu: I’ve just lost my keys and can’t open my front door now. (Ik ben net mijn sleutels verloren en kan nu mijn voordeur niet openen.)