THEORIE + OPDRACHTEN 6.4 PERIODIEKE VERBANDEN deel 1

LEERDOELEN
  • Ik herken periodieke grafieken.
  • Ik kan het periodieke verband aangeven bij een periodieke grafiek.
  • Ik kan de periode bij periodieke grafieken benoemen.
  • Ik kan het maximum en minimum in een periodieke grafiek aflezen.




1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

LEERDOELEN
  • Ik herken periodieke grafieken.
  • Ik kan het periodieke verband aangeven bij een periodieke grafiek.
  • Ik kan de periode bij periodieke grafieken benoemen.
  • Ik kan het maximum en minimum in een periodieke grafiek aflezen.




Slide 1 - Tekstslide

INSTRUCTIE LES 6  (par. 6.4)

Slide 2 - Tekstslide

Periodieke verbanden

Bij een periodiek verband 
herhaalt de grafiek zich steeds


Er is een periodiek verband 
tussen tijd en hoogte.






Slide 3 - Tekstslide

Periodieke verbanden
PERIODE
Er is een periodiek verband 
tussen tijd en hoogte.

Na hoeveel seconden herhaalt 
de grafiek van de attractie?


Hoeveel perioden zijn er getekend?

Periode is 4 seconden 
2,5 perioden

Slide 4 - Tekstslide

Periodieke verbanden

Op welke hoogte is de attractie na 1,5 minuut?

1,5 minuten = 90 seconden
De hoogte na 1,5 minuut bereken je zo:
  • de periode is 4 seconden.
  • 4 seconden past 22 keer in 90 seconden.
  • Je houdt 90 - 22 x 4 = 2 seconden over.
  • In de grafiek lees je bij 2 seconden een hoogte van 9 m af. 

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het maximum van de grafiek?

Slide 6 - Open vraag

Wat is het minimum van de grafiek?

Slide 7 - Open vraag

Wat is de periode?

Slide 8 - Open vraag

Hoeveel perioden zijn er getekend?

Slide 9 - Open vraag

Op welke hoogte is Luuk na 225 seconden?

Slide 10 - Open vraag

Op welke hoogte is Luuk na 9,5 minuten?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

QUIZ 5

AFSPRAKEN:
- Schrijf eerst de berekening in je schrift en
 typ daarna het antwoord in. 





Slide 13 - Tekstslide

Waaraan herken je een periodiek verband?

Slide 14 - Open vraag

Wat is de periode?

Typ: getal-spatie-uur

Slide 15 - Open vraag

Wat is de periode?

Typ: getal-spatie-uur

Slide 16 - Open vraag

Wat is het maximum?

Typ: getal-spatie-m

Slide 17 - Open vraag

Wat is het minimum?

Typ: getal-spatie-m

Slide 18 - Open vraag

Wat is de periode?

Typ: getal-spatie-minuten

Slide 19 - Open vraag

Hoeveel is de hoogte na 30 minuten.

Typ: getal-spatie-m

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Waarover gaat de grafiek?
A
De grafiek gaat over de maximale longinhoud van Marieke.
B
De grafiek gaat over de minimale longinhoud van Marieke.
C
De grafiek gaat over de longinhoud van Marieke.

Slide 22 - Quizvraag

Wat is het maximum?

Typ: getal-spatie-liter

Slide 23 - Open vraag

Wat is het minimum?

Typ: getal-spatie-liter

Slide 24 - Open vraag

Wat is de periode?

Typ: getal-spatie-seconden

Slide 25 - Open vraag

Hoeveel lucht zit er in de longen na 25 seconden?

Typ: getal-spatie-liter

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide

Hoeveel lucht zit er in de longen na 37 seconden?

Typ: getal-spatie-liter

Slide 28 - Open vraag

Slide 29 - Tekstslide

Waaraan herken je een periodiek verband?


Slide 30 - Open vraag

Wat is het maximum van de grafiek?

Typ het getal-spatie-m

Slide 31 - Open vraag

Wat is het minimum van de grafiek?

Typ het getal-spatie-m

Slide 32 - Open vraag

Wat is de periode?

Typ het getal-spatie-seconden.

Slide 33 - Open vraag


Hoeveel hele perioden zijn getekend?

Slide 34 - Open vraag


Hoe hoog is de grafiek na 2,5 minuten?

Typ het getal-spatie-m.

Slide 35 - Open vraag

Slide 36 - Tekstslide