‹Terug naar zoeken

Questions & Negations

Questions & Negatives
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Questions & Negatives

Slide 1 - Tekstslide

After this lesson, you can...
  • Make questions in English
  • Make a sentence negative in English 

Slide 2 - Tekstslide

Video
We gaan een video kijken over questions en negatives. Tijdens de video komen er vragen die je gaat beantwoorden. Deze gaan over de regel die erbij hoort. Let dus goed op op wat je ziet!

Slide 3 - Tekstslide

4

Slide 4 - Video

01:41
Wat zou de standaard regel zijn als je een zin negatief wilt maken?
timer
0:30

Slide 5 - Open vraag

01:46
Wat gebeurt er met 'to do' en de 's' bij he/she/it?
timer
0:30

Slide 6 - Open vraag

02:23
Wat voeg je toe aan een zin als je hem vragend wilt maken? Waar zet je dit neer?
timer
0:30

Slide 7 - Open vraag

02:37
Wat gebeurt er met 'to do' en de 's' in het hele werkwoord bij he/she/it in een vraag?
timer
0:30

Slide 8 - Open vraag

Dus, bij een question met een normaal werkwoord (zoals 'play') ...


... voeg je 'to do'  toe voor de subject pronoun (I/you/we/etc.).
            You play basketball.                     Do you play basketball?
Zit er he/she/it in de zin?
         --> de 's' verdwijnt, 'does' verschijnt!
         She plays basketball.                         Does she play basketball?

Slide 9 - Tekstslide

'Hè, hoe zit dat dan met interrogative pronouns??'

Bij interrogative pronouns (what, when, who, where, which, why & how) komt de interrogative pronoun voor do/does:

Who do you play football with?
Which do you prefer?

Slide 10 - Tekstslide

Welke subject pronouns horen er bij welke vorm van 'to do'  als je een vraagzin maakt?
timer
1:00
Do
Does
I
You 
We
They
You (mv)
He
She
It

Slide 11 - Sleepvraag

Welke vraagzinnen zijn goed? (meerdere antwoorden
mogelijk!)
timer
0:30
A
Do he like her?
B
Does he like her?
C
Do you hate school?
D
Hate you school?

Slide 12 - Quizvraag

Welke vraagzin is goed?
timer
0:30
A
Do she go to school by bike?
B
I go to school by bike?
C
Go we to school by bike?
D
Do we go to school by bike?

Slide 13 - Quizvraag

Maak nu de volgende zin in een vraag: 'She learns for her tests.'
timer
1:00

Slide 14 - Open vraag

Bij het maken van een negatieve zin...

... Voeg je don't toe voor het werkwoord
                                        You don't play football.
Zit er he/she/it in de zin?
    --> de 's' verdwijnt, doesn't verschijnt!
                                        He doesn't play football.

Slide 15 - Tekstslide

Welke subject pronouns horen er bij welke vorm van 'to do'  als je een vraagzin maakt?
timer
1:00
Don't
Doesn't
I
You 
We
They
You (mv)
He
She
It

Slide 16 - Sleepvraag

Welke negatives zijn goed?
(er zijn meerdere antwoorden mogelijk!)
timer
0:30
A
He don't like that very much.
B
He doesn't like that very much.
C
We don't enjoy detention.
D
We doesn't enjoy detention.

Slide 17 - Quizvraag

Maak van de volgende zin een negative:
'He runs after the ball.'
timer
1:00

Slide 18 - Open vraag

Let op!
In het Engels hebben we een paar werkwoorden waarbij er geen vorm van 'to do' bij komt:

  • To be: You are 12 years old. Are you 12 years old?
  • Can --> I can borrow your notebook. Can I borrow your notebook?
  • May --> I may go to the bathroom. May I go to the bathroom?
  • Will -->We will leave soon. Will we leave soon?

Slide 19 - Tekstslide

Let op! (pt. 2)
Dit geldt ook voor negatives:

  • To be --> You are not / aren't 12 years old.
  • Can -->  You cannot/ can't borrow my notebook.
  • May --> We may not go to the bathroom.
  • Will --> We will not leave soon.

Slide 20 - Tekstslide

Bij welke werkwoorden komt er to do bij, en welke niet, bij een question/negative?
timer
1:00
can
may
will
have
love
 want
Er komt 'to do' bij.
Er komt geen 'to do' bij.
dislike
do

Slide 21 - Sleepvraag

Maak van de volgende zin een question & een negative:
'We are classmates.'
timer
1:00

Slide 22 - Open vraag

Maak van de volgende zin een question en een negative:
'The cat can run very fast.'
timer
1:00

Slide 23 - Open vraag

Well done everyone!

Slide 24 - Tekstslide

Hoe makkelijk/moeilijk vind je dit?
timer
0:10
Ik vind het erg moeilijk
Ik vind het een beetje moeilijk
Ik vind het prima te doen
Ik vind het een beetje makkelijk
Ik vind het erg makkelijk

Slide 25 - Poll

Denk je dat je nu questions & negative sentences kan maken?
timer
0:10
Nee, ik kan er geen maken
Ik kan alleen questions maken, maar niet negatives
Ik kan alleen negatives maken, maar geen questions
Ja, ik kan ze allebei maken.

Slide 26 - Poll

Time to practice!
Homework for next lesson (9 november):
Stepping Stones Exercise 30, 31, 32, 33. (p. 101, 102, 103)
Start working on your homework by yourself in silence.

Klaar? Maak exercise 34


Vind je dit lastig? Op Stepping Stones online staan videos die het nog eens uitleggen. Kijk deze nog eens goed door.
Stepping Stones Online > Chapter 2 > Rechterbalk- het kopje Grammar clips > Questions/negations in the present simple (zowel Engels/Nederlands)


Slide 27 - Tekstslide

Meer lessen zoals deze

Questions & Negations

- Les met 21 slides
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Present Simple Q & N

- Les met 38 slides
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Recap past simple

- Les met 28 slides
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Tag questions

- Les met 26 slides
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

10-10-2024 (2Hc)

- Les met 19 slides
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

2M - Tag questions

- Les met 35 slides
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

year 1 - question tags -

- Les met 37 slides
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Tag questions

- Les met 27 slides
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2