Kies 1 Thema Veiligheid les 3+4
1 / 32
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Vorige les?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
De straffen in Nederland zijn te laag
Ja
Nee
Slide 15 - Poll
Jongeren moeten dezelfde straffen krijgen als volwassenen.
Ja
Nee
Slide 16 - Poll
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Hoe noem je een regel waaraan iedereen zich moet houden?
A
Een strafblad
B
Een taakstraf
C
Een wet
D
De rechter
Slide 22 - Quizvraag
Wanneer bega je een overtreding?
A
Als je je niet aan een wet of regel houdt.
B
Als je je onveilig voelt op straat.
C
Als je slachtoffer van crimineel gedrag bent.
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Welke woorden passen bij de afbeelding?
Vink de twee juiste antwoorden aan.
Vink de twee juiste antwoorden aan.
A
crimineel gedrag
B
misdrijf
C
privacy
D
veiligheidsmaatregel
Slide 25 - Quizvraag
Slide 26 - Tekstslide
Over welk gevolg van crimineel gedrag gaat de strip?
A
Als je crimineel gedrag vertoont, krijg je een strafblad.
B
Mensen die een misdrijf plegen kunnen daarvoor worden gestraft.
C
Mensen kunnen zich onveilig voelen door crimineel gedrag.
Slide 27 - Quizvraag
Wat zijn voorbeelden van een taakstraf?
Vink de twee juiste antwoorden aan.
Vink de twee juiste antwoorden aan.
A
een boete van duizend euro
B
een gevangenisstraf van een maand
C
graffiti van een bushokje verwijderen
D
in de keuken van een verzorgingstehuis helpen
Slide 28 - Quizvraag
Hoe noem je het document waarin staat dat je de wet hebt overtreden?
A
Een misdrijf
B
Een strafblad
C
Een wetboek
Slide 29 - Quizvraag
Slide 30 - Tekstslide
Wie heeft bepaald welke straf Gökmen T. krijgt?
A
de politie
B
een advocaat
C
een rechter
