Wat is het verschil tussen een misdrijf en een overtreding?
Slide 3 - Tekstslide
Instructie
De vijf belangrijkste oorzaken van crimineel gedrag:
Een slechte opvoeding
Groepsgedrag
Alcohol of drugs
Spijbelen en schooluitval
Biologische factoren
Deze oorzaken worden ook wel als riscofactoren gezien. Risicofactoren - dingen die het risico vergroten dat iemand een crimineel wordt.
Slide 4 - Tekstslide
Slechte opvoeding / groepsgedrag
Wanneer mensen in je omgeving, bijvoorbeeld je ouders, familieleden of vrienden, crimineel gedrag vertonen, is de kans groter dat jij dat ook gaat doen.
Als je vrienden regelmatig spullen vernielen, ga je daar misschien aan meedoen.
Dit geldt ook natuurlijk ook voor andere overtredingen en misdrijven.
Slide 5 - Tekstslide
Alcohol / drugs
Onder invloed van alcohol en drugs kun je sneller crimineel verdrag vertonen. Denk bijvoorbeeld aan geweld!
Bij 40 procent van de misdrijven is er alcohol gedronken.
Slide 6 - Tekstslide
Spijbelen en schooluitval
Jongeren zonder diploma en jongeren die vaak spijbelen komen vaker in aanraking met justitie.
Kun jij uitleggen waarom jongeren die veel spijbelen of de school verlaten zonder diploma vaker crimineel worden?
Slide 7 - Tekstslide
Biologische factoren
Sommige mensen hebben een stoornis waardoor ze eerder crimineel gedrag vertonen. Van alle veroordeelden die in de gevangenis hebben gezeten, is 95 procent een man.
Slide 8 - Tekstslide
Maatschappelijke oorzaken
Slechte leefomstandigheden: in sommige gemeentes en wijken is meer armoede, werkloosheid en onderwijsachterstand.
Minder strenge normen: stelen wordt ‘minder erg’ gevonden dan vroeger.
Weinig controle: niet overal hangen bewakingscamera’s; mensen zeggen er niet altijd iets van als ze iemand iets zien stelen.