H4 les 5 eurozone

Eurozone
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Eurozone

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
 - Ik kan de voor- en nadelen van de eurozone benoemen. 
- Ik kan uitleggen wat de invloed van de euro is op de economie van de EMU-landen.

Slide 2 - Tekstslide

Programma
  1. Hoe was het ook al weer... paar vragen
  2. Nakijken opdrachten
  3. Beetje uitleg 
  4. Weer een paar vragen
  5. Zelfstandig aan het werk

Slide 3 - Tekstslide

Een paar vragen

Slide 4 - Tekstslide

In Frankrijk, Duitsland, Spanje, Griekenland kun je met de euro betalen.
A
Onjuist
B
Juist

Slide 5 - Quizvraag

Noem een voordeel van vrijhandel.

Slide 6 - Open vraag

Wat zijn kenmerken van een land met een open economie?
A
Weinig invoer (import) en uitvoer (export) in verhouding tot de productie.
B
Veel invoer (import) en veel uitvoer (export) in verhouding tot de productie.

Slide 7 - Quizvraag

Import is
A
Het uitvoeren van binnenlandse producten
B
In eigen land producten kopen.
C
Het invoeren van buitenlandse producten
D
In eigen land producten verkopen

Slide 8 - Quizvraag

Programma
  1. Hoe was het ook al weer... paar vragen
  2. Nakijken opdrachten
  3. Beetje uitleg 
  4. Weer een paar vragen
  5. Zelfstandig aan het werk

Slide 9 - Tekstslide

vervolg programma
  1. Hoe was het ook al weer... paar vragen
  2. Nakijken opdrachten
  3. Beetje uitleg 
  4. Weer een paar vragen
  5. Zelfstandig aan het werk

Slide 10 - Tekstslide

Wat is de eurozone
De eurozone is een verzameling landen binnen de EU die de euro als munt hebben.

De Europese Centrale Bank(ECB) is verantwoordelijk voor het monetair beleid binnen de eurozone.

Slide 11 - Tekstslide

Eurozone in kaart

Slide 12 - Tekstslide

0

Slide 13 - Video

Nadeel van de euro binnen de eurozone

  • De eurolanden moeten hun economisch beleid op elkaar   afstemmen. Goede samenwerking is belangrijk.

  • De regeringen van de eurolanden willen geen grote staatsschuld of grote tekorten op hun rijksbegroting.

Slide 14 - Tekstslide

Taken Europese Centrale Bank.   (de ECB)

  • Zorgen voor prijsstabiliteit (behouden koopkracht Euro)
  • Bepalen rente voor de banken
  • In omloop brengen bankbiljetten

Slide 15 - Tekstslide

Nadeel bij hoge koers €

- Je betaalt meer, waardoor de kosten hoger zijn
- Daardoor niet aantrekkelijk om uit dit land te gaan importeren
- Is goed voor onze concurrentiepositie, want wij zijn goedkoper
- Dus export EU zal daardoor stijgen
Voordeel bij lage koers €

- Je kan meer koper dan voorheen, waardoor kosten lager zijn
- Daardoor is importeren aantrekkelijk, dus meer import
- Is slecht voor onze concurrentiepositie, want wij zijn te duur.
- Dus onze export EU zal daardoor dalen

Slide 16 - Tekstslide

Bij een stijging van de wisselkoers van buitenlands geld:
= de prijs van de dollar, pond, yen enz. gaat omhoog: dan
  • kost import meer = stijgende importprijzen = dalende import
  • betalen consumenten meer voor geïmporteerde producten
  • dalende exportprijzen (de € is voor andere landen juist goedkoop)
  • brengt export meer op = stijgende export = stijgende werkgelegenheid

Slide 17 - Tekstslide

Invoerrechten
Invoerrechten zijn een belasting op importproducten.

De importproducten worden hierdoor duurder.

Bij handel buiten de EU krijg je te maken met invoerrechten.
Door het heffen invoerrechten beschermt de Europese Unie de werkgelegenheid.

Slide 18 - Tekstslide

Rekenen met invoerrechten
Invoerrechten worden berekent over de invoerprijs inclusief verzendkosten

BTW wordt berekend over de prijs inclusief verzendkosten en invoerrechten.

Slide 19 - Tekstslide

Voorbeeld berekening invoerrechten
Invoerprijs                                                                                       € 100,00
Verzendkosten                                                                              €   10,00+
Totaal                                                                                                 € 110,00
10% invoerrechten (110/100 x 10)                                          €    11,00+
Totaal inclusief invoerrechten                                               € 121,00
21% BTW (121/100x21 =                                                              €  25,41+
Totaal inclusief invoerrechten en BTW                              € 146,41

Slide 20 - Tekstslide

vervolg programma
  1. Hoe was het ook al weer... paar vragen
  2. Nakijken opdrachten
  3. Beetje uitleg 
  4. Weer een vraag
  5. Zelfstandig aan het werk

Slide 21 - Tekstslide

Noem twee voordelen van de Euro binnen de EU?

Slide 22 - Open vraag

Noem een nadeel van de euro binnen de EU?

Slide 23 - Open vraag

welke situatie op de betalingsbalans, hoort bij welke Eurokoers?
De koers van de Euro gaat omhoog
De koers van de Euro gaat omlaag.
De koers van de Euro blijft hetzelfde.
Stel, NL heeft een overschot op de betalingsbalans.
Stel, NL heeft een tekort op de betalingsbalans.
Stel, NL heeft een evenwicht op de betalingsbalans.

Slide 24 - Sleepvraag

De importprijs van koffie is € 41.000. Het tarief invoerrechten is 7,5%.
Bereken het bedrag inclusief invoerrechten en exclusief BTW, dat de importeur moet betalen. Geef de berekening.

Slide 25 - Open vraag

vervolg programma
  1. Hoe was het ook al weer... paar vragen
  2. Nakijken opdrachten
  3. Beetje uitleg 
  4. Weer een paar vragen
  5. Zelfstandig aan het werk

Slide 26 - Tekstslide

maken
§6 opdrachten 1 tot en met 5, 7 en 12  


Slide 27 - Tekstslide

klaar met al het huiswerk 
De antwoorden staan in SOM

Slide 28 - Tekstslide

oefenen voor de toets
Er staan twee oefen toetsen klaar in SOM

Slide 29 - Tekstslide