Schrijven 3F (betoog + zakelijk schrijven)

Examenvoorbereiding  Schrijven
betoog
 zakelijk schrijven
Sollicitatiebrief
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1-3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Examenvoorbereiding  Schrijven
betoog
 zakelijk schrijven
Sollicitatiebrief

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
1. Weet je hoe je stap-voor-stap een betoog moet schrijven.

2. Ken je de conventies die horen bij een betoog.

3. Kun je je eigen mening omtrent een actueel onderwerp op papier formuleren.
4. Herhalen we de zakelijke brief



Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Betoog
  • Schrijf je om de lezer te overtuigen van jouw mening
  • Schrijfdoel: overtuigen
  • Bestaat uit: inleiding, kern en slot

Slide 5 - Tekstslide

Betoog
  • Titel
  • Inleiding:  je introduceert het onderwerp en geeft je mening
  • Stelling
  • Kern: je onderbouwt je mening met 2 argumenten
    Je geeft ook 1 tegenargument en je weerlegt een tegenargument
  • Slot: conclusie en/of samenvatting

Slide 6 - Tekstslide

Dus in een betoog probeert de schrijver je .........
A
aan het denken te zetten
B
te overtuigen

Slide 7 - Quizvraag

De schrijver probeert bij een betoog ook de tegenpartij af te zwakken en geeft daarom
A
argumenten
B
meningen

Slide 8 - Quizvraag

Een goede schrijver bedenkt in zijn betoog al tegenargumenten. Waarom zou hij dit doen?
A
Het haalt zijn eigen stuk onderuit.
B
Hij kan direct aangeven waarom dit niet zo is.
C
Hij kan zijn argumenten daardoor zwaarder laten wegen.
D
Hij houdt wel van een beetje tegengas.

Slide 9 - Quizvraag

Herhalen zakelijk schrijven 3F
- Correspondentie
- Formulieren invullen, berichten, advertenties
- Verslagen, artikelen


Slide 10 - Tekstslide

Het slot van een betoog is vaak een .....
A
tegenargument
B
conclusie
C
opsomming
D
mening

Slide 11 - Quizvraag

Zakelijke brief
Zakelijke correspondentie op examens gaat vaak over een 
-Klacht (je bent het ergens niet mee eens en wil daar aandacht voor en een oplossing)
-Het bepleiten van een zaak (je moet met je brief de ontvanger, de lezer overtuigen door goede argumenten aan te voeren)
 


Slide 12 - Tekstslide

Opbouw van een zakelijke brief
Briefconventies zijn de algemene regels die gelden voor het opstellen en schrijven van een officiële brief.


Slide 13 - Tekstslide

Briefconventies - Zakelijke brief

Slide 14 - Woordweb

Slide 15 - Tekstslide

Welk antwoord is goed?
A
Apeldoorn, 13-01-2019
B
Apeldoorn 13 januari 2019
C
Apeldoorn, 13 jan. 2019
D
Apeldoorn, 13 januari 2019

Slide 16 - Quizvraag

Welk antwoord is goed?
A
Betreft: uitnodiging presentatie
B
Betreft: Uitnodiging presentatie
C
Betreft: uitnodiging presentatie.
D
Betreft: Uitnodiging presentatie.

Slide 17 - Quizvraag

Welk antwoord is goed?
A
t.a.v. mevrouw De Vries
B
T.a.v. Mevrouw de Vries
C
T.a.v. mevrouw De Vries
D
T.a.v. Mevrouw De Vries

Slide 18 - Quizvraag

Welke afsluiting bij een zakelijke brief is goed?
A
Met vriendelijke groet, Naam + Achternaam
B
met vriendelijke groet, Naam + Achternaam
C
Mvg, Naam + Achternaam
D
Naam + Achternaam

Slide 19 - Quizvraag

Welk antwoord geeft de juiste volgorde van de conventies (opbouw) van een zakelijke brief aan:
1. plaats, datum
2. jouw adres
3. adres bedrijf
4. betreft
5. aanhef
A
23145
B
21345
C
31245
D
31254

Slide 20 - Quizvraag

De inleiding van een zakelijke brief mag met 'ik' beginnen.
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Video

De sollicitatiebrief
Een sollicitatiebrief heeft een vaste opbouw. Vaak kan je drie onderdelen onderscheiden.

De opening
Het middenstuk
De afsluiting

Slide 23 - Tekstslide

Inleiding:

Slide 24 - Tekstslide

Openingszinnen

Slide 25 - Tekstslide

Middenstuk van je brief
In dit stuk vertel jij waarom jij de geschikte kandidaat bent voor de baan.

Maar welke informatie geef je in het middenstuk?

Slide 26 - Tekstslide

We volgen de volgende stappen
Motivatie.

Waarom ben jij de geschikte kandidaat?

STAR methode.




Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Een extra 
R?

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

De afsluiting van je brief.
Ter afsluiting van je brief

         Afsluitende groet

     Wat moet je niet doen?

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide