Hulp bieden bij de uitscheiding

Hulp bij uitscheiding
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hulp bij uitscheiding

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

lesdoelen 
Je kunt aan het einde van deze les 
Observatiepunten benoemen bij hulp bieden bij uitscheiding

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hulp bieden bij de uitscheiding 
Wat valt er allemaal onder uitscheiding? 
  • urine
  • faeces
  • zweet
  • braaksel
  • sputum 
  • mentruatie

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Urine

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn jouw aandachtpunten bij het observeren van urine?

Slide 5 - Open vraag

  • frequentie (blaasontsteking, nervositeit, braken, nierfunctiestoornis?)
  • hoe vaak per 24 uur 
  • hoeveelheid (1,5 liter / 24 uur) hangt ook af van de intake
  • kleur. 
  • helderheid, troebel = infectie bacterie, eiwitten
  • geur. normaal ammoniak. diabetes naar aceton/zoetig
  • manier van urineren. zwangerschap, vergrote prostaat. 
Testen met strips en Soortelijk gewicht.

Slide 6 - Tekstslide

soortelijk gewicht is 1 liter is 1000 gr. 
urine is water en opgeloste stoffen. 
SG van urine is hoger dan SG van water. 

Wanneer is SG hoger?  als iemand weinig drinkt. 


Wat is urineretentie?

Slide 7 - Woordweb

ophoping urine in de blaas door:
  • lichamelijke aspecten bv vergrote prostaat, verzakking 
  • psychische aspecten, angst, ongemakkelijk voelen. 
Wat kun jij doen? 
natuurlijk mogelijk houding aannemen
waterkraan laten lopen 
voldoende privacy
tijd gunnen aan zorgvrager

Wanneer spreek je van incontinentie?

Slide 8 - Woordweb

ongewenst onwillekeurig verlies 
1 op de 20 
ook jongeren 
vaker vrouwen dan mannen
stress incontinentie
inspannignsincontinentie, verslapping van bekkenbodemspieren, plotselinge drukverhoging, hoesten, niezen.
functionele incontinentie
vaakbij ouderen. blaasfunctie is nog goed, maar mobiliteit is slecht. 
urge incontinentie
aandrang, de urine komt meteen

Slide 9 - Tekstslide

8 soorten 
  • stress 
  • urge 
  • overloop
  • druppel
  • reflex (stoornis zenwuwstelsel)
  • psychische oorzaak (dementie)
  • hormonale incon
  • functionele incon.
Welke zorg kun jij verlenen bij incontinentie?

Slide 10 - Open vraag

juiste inco materialen bij verschillende soorten incontinentie. 
hygiene
bescherming van bed / kleding 
urineopvangsystemen
(verblijfs CAD, externe CAD, supra-pubische CAD)
Is incontinentie te behandelen?
A
Ja
B
Nee
C
soms

Slide 11 - Quizvraag

bekkenbodem oefeningen 

elektrisch impuls 
blaastraining 
zelf katheterisatie
chirurgisch ingrijpen 
medicatie Bij (incontinentie)klachten van de bekkenbodem worden soms medicijnen voorgeschreven zoals oestrogenen, spasmolytica en laxeermiddelen.


Ontlasting 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn jouw observatiepunten bij ontlasting ?

Slide 13 - Woordweb

kleur,
 geur, 
consistentie
frequentie; 1/24 uur of 3/pweek 

Welke zorgproblemen kun jij tegenkomen als het om def gaat?

Slide 14 - Open vraag

aars maden 
diarree
obstipatie 
incontinentie

obstipatie; voeding, laxantia.  aambeien (uitgezette adertjes rondom anus door bv persen) 




Transpiratie

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom transpireren we?

Slide 16 - Open vraag

meestal normaal , gezonde reactie van het lichaam. 
kan ook aanwijzing zijn dat er iets mis is met je zorgvrager. 

We zweten meestal om ons lichaam af te koelen, een proces dat thermoregulatie wordt genoemd. Onze hersenen sturen een signaal naar meer dan drie miljoen klieren in ons lichaam om zweet af te geven (een heldere vloeistof van water, zouten en eiwitten). Door verdamping van deze vloeistof daalt onze lichaamstemperatuur.
Transpireren is een ongezonde reactie van het lichaam...

A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe komt het dat iedereen verschillend ruikt als je zweet?

Slide 18 - Open vraag

zweet zelf is reukloos. 
het komt in aanraking met bacterie op je huid (warme plek = oksel) en daardoor gaat het ruiken. 

99% is water, 1% is afvalstof / zout en mineralen

Wat is onze belangrijkste warmtebron?

A
vetweefsel
B
hart
C
spieren
D
lever

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Transpiratie is een vorm van…

A
convectieve afvoer
B
verdamping
C
stralingsafvoer
D
geleidingsafvoer

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn jouw aandachtspunten bij een transpirerende zorgvrager?

Slide 21 - Open vraag

  • Goede rapportage
  • omgevinstemp. verlagen 
  • tocht voorkomen 
  • regelmatig opfrissen 
  • kleding/beddengoed regelmatig verschonen
  • extra drinken geven (bouillon) 
  • decubitus en smetten voorkomen 
  • begrip tonen

Menstruatie

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sputum 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onder gezonde omstandigheden wordt er geen sputum geproduceerd

A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quizvraag

slijm is normaal. 
sputum is verhoogde slijmproductie. 

Sputum bevat vaak bacterien

A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quizvraag

slijmvliezen van de ademhalingswegen zijn ontstoken. 
Tijdens het hoesten wordt er slijm opgegeven. Hoe noem je dit?
A
productieve hoest
B
slijmende hoest
C
geinfecteerde hoest
D
normale hoest

Slide 26 - Quizvraag

opvangen voor onderzoek:  steriele opvangpot. 
Wat zijn jouw observatiepunten bij sputum?

Slide 27 - Woordweb

kleur en consistentie. 
slijmerig = ontsteking bovenste luchtwegen

taai; bronchitis en pneumonie.  kan oranjebruin zijn. 

etterig; groen bij infectie

bloederig; longbloeding is rood schuimend.
Braken 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er bij braken?

A
je maag keert zich om
B
peristaltiek gaat te snel
C
peristaltiek gaat andersom
D
geen peristaltiek

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar ligt je braakcentrum
A
in je hersenen
B
in je trachea
C
in je maag
D
in je galblaas

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen oorzaak van braken
A
vergiftiging
B
angst
C
zwangerschap
D
overprikkeling van de galblaas

Slide 31 - Quizvraag

wel oorzaak: 
  • prikkeling van maagslijmvlies door bv besmet voedsel
  • hersenaandoening , bv hersenschudding
  • vergiftiging door medicijnen 
  • nervositeit, angst
  • aangeboren afwijking
  • zwangerschap 
Wat is het grootste gevaar bij een brakende zorgvrager?
A
maagpijn
B
longontsteking
C
galblaas ontsteking
D
darmklachten

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke handeling voer je uit om een longontsteking te voorkomen?
A
rechtop laten zitten
B
rugligging
C
zijligging
D
op zijn rug kloppen

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is explosief braken?
A
plotseling braken
B
spuitend braken
C
kokhalzen
D
braakneigingen zonder resultaat

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is fecaal braken?

Slide 35 - Open vraag

bij darmafsluiting kan er ook 
darminhoud in de maag komen
voeding            en 
maaltijdambiance

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom aandacht voor voeding?
  • we hebben voedingsstoffen nodig
  • om gezond te kunnen blijven 
  • aandacht voor gewicht 

Slide 37 - Tekstslide

Voeding is brandstof voor energie en raparatie processen in ons lichaam. 

gewicht / BMI 
berekenen, hoe doe je dat? 
De BMI (Body Mass Index) is een internationaal gebruikte meetmethode die laat zien of je een gezond gewicht hebt in verhouding tot je lengte. Je kunt de BMI berekenen voor vrouwen, mannen en kinderen vanaf 2 jaar. De BMI is minder geschikt voor als je heel gespierd bent, zwanger bent, borstvoeding geeft of van Aziatische afkomst bent.

https://www.voedingscentrum.nl/nl/bmi-meter.aspx


Slide 38 - Tekstslide


Hoe zit het met jullie zorgvragers en voeding? 


https://www.voedingscentrum.nl/nl/gezond-eten-met-de-schijf-van-vijf.aspx

GROEN groenten en fruit;  verlaagt kans op hart e vaatziekten, darmkanker , diabetes 2. 
ORANJE volkoren;  zelfde als groenten 
ROZE; meer plantaardig; is minder vlees. is goed voor mileu. varieer met vis, peulvruchten, vlees, noten en ei
GEEL; zachte en vloeibare vetten. Onverzadigd vet is goed voor je bloedvaten. Olie en halvarine
BLAUW; drinken zonder suiker, water, koffie en thee 



Hoeveel en wat kun je eten?

welke problemen met een maaltijd kun je tegenkomen?

Slide 39 - Woordweb

oorzaken van problemen kunnen zijn: 

slikproblemen 
ondervoeding
obesitas
uitdroging 
eenzijdige voeding 

wat is jouw rol als verzorgende? 

  • signaleren 
  • rapporteren 
  • meten is weten  

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

herkennen van slikproblemen
  • verslikken, hoesten, kuchen tijdens het eten 
  • speeksel, eten of drinken loopt uit de mond 
  • moeite met kauwen 
  • achterblijven van voeding in de mond 
  • langzaam eten 
  • alleen vloeibaar willen eten 
  • moe worden van eten 
  • andere stem 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wat is jouw rol als verzorgende bij slikproblemen?

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

https://hulpmiddelenwijzer.nl/


Slide 44 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hoe belangrijk is de omgeving waarin gegeten wordt?
  • maaltijd ambiance (ervaringskaarten) 
  • kleur & geur (complementaire zorg)
  • servies
  • fingerfood

Slide 46 - Tekstslide

Fingerfood
Mieke: “Het concept is heel eenvoudig: eten en drinken dat mensen goed herkennen en zonder bestek kunnen consumeren. Een warme maaltijd bestaat dan uit beetgare stukjes groenten, vlees en bijgerechten - zoals spruitjes, gehaktballetjes en gekookte aardappelen in stukjes - en soep en dessert in een drinkbeker. Het ontbijt bijvoorbeeld uit een in stukjes gesneden dubbele boterham. En voor tussendoor stukjes fruit of koek.
fingerfood          
fingerfood 

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Einde van de theorie LE 1 , op naar LE 2 

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies