Klaar? laten zien, nakijken, verbeteren, laten zien
Maak *3 en *5 opdracht of ga lezen
Doel behaald?
Vragen?
Slide 2 - Tekstslide
Samenhang in teksten
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen
Je leert over samenhang in teksten.
Je weet wat signaalwoorden zijn.
Slide 4 - Tekstslide
Voegwoorden
Woorden die zinnen samenvoegen.
Want, maar, en, of, omdat, doordat, als ect.
Slide 5 - Tekstslide
Signaalwoorden
Ik heb nieuwe kleren gekocht.
Ik heb ook nog nieuwe schoenen gekocht!
En een nieuwe winterjas.
Slide 6 - Tekstslide
Samenhang
Bij teksten is het belangrijk dat er samenhang is.
Zinnen en alinea's staan in een bepaalde volgorde, ze hebben allemaal met elkaar te maken.
Slide 7 - Tekstslide
Zoek de signaalwoorden
Slide 8 - Tekstslide
Eerst haal je alle materialen uit de doos. Vervolgens check je de handleiding. Daarna check je of alles aanwezig is. Ten slotte zet je het product in elkaar.
Slide 9 - Tekstslide
Eerst haal je alle materialen uit de doos. Vervolgens check je de handleiding. Daarna check je of alles aanwezig is. Ten slotte zet je het product in elkaar.
Slide 10 - Tekstslide
Tegenstelling
Desi eet graag koekjes. Echter Kiki houdt meer van chocola.
Slide 11 - Tekstslide
Tegenstelling
Desi eet graag koekjes. Echter Kiki houdt meer van chocola.
Slide 12 - Tekstslide
Tegenstelling
Iedereen zegt dat sporten gezond is, maar er ontstaan wel altijd erg veel blessures.
Slide 13 - Tekstslide
Tegenstelling
Iedereen zegt dat sporten gezond is, maar er ontstaan wel altijd erg veel blessures.