G6BE - Les 43,44,45 Week 6

Bedrijfseconomie G6
KSF, BSC, ETC?
Week 6 2023
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Bedrijfseconomie G6
KSF, BSC, ETC?
Week 6 2023

Slide 1 - Tekstslide

            Voorspelbaar gedrag?
De les is begonnen, als ik ben begonnen (er staat wat op het (digi)bord geprojecteerd/geschreven).  
Te laat? Haal een groene kaart,  niet mopperen, hoort bij onze maatschappij.

Iedereen heeft eigen device, dat werkt en opgeladen is. Vaker dit niet voor elkaar 
(volgens mijn grillen ;-)) -> uit de les, verwijderd/boeken vergeten melding.
Device is keiharde noodzaak! Verder hou ik van technologie en ben ik een beetje hypocriet. Want hoewel ik mijn mobiel soms zal gebruiken wil ik die van jullie niet zien. Behalve als ik er expliciet naar vraag. Kan je er niet vanaf blijven? Dan mag het in de telefoontas. Ik wil ook niet waarschuwen, mobiel zien = inleveren en oranje kaart halen, zonder mopperen. Dat kan best oncomfortabel voor je zijn, dus hou dit zelf in de gaten. Gebruik de telefoontas.

Geen eten/drinken (flesje water is ok, geen kauwgum, blikjes cola, zakken chips, broodjes gezond...etc eten/drinken
doe je in de pauze.).
Elke regel, in het kader van Wim's wil is wet in het klaslokaal, die je met goede reden wil breken, bespreek je VOORAF.
Verder ben ik best redelijk.... vind ik zelf ;-)  

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Na vandaag, 
weet je (weer):
- waar zijn we




Spoorboekje

  • Introductie
  • Voorspelbaargedrag
  • Het Resultaat H7
  • KPI
  • KSF
  • BSC
  • Social accounting
  • Leerdoelen check



Slide 3 - Tekstslide

Balanced scorecard: KSF
Om op lange termijn succesvol te zijn formuleren ondernemingen kritische succesfactoren (KSF) 

Wat moeten we goed doen om op lange termijn succesvol te kunnen zijn? 

Slide 4 - Tekstslide

Kritische succesfactoren
Bepaal per perspectief bij de strategische doelen de kritische succesfactoren (KSF) 

Definitie:
Een kritische succesfactor is een factor die van kritisch belang is voor het succesvol realiseren van de strategische doelen. 

Slide 5 - Tekstslide

Linkje naar opdrachten
timer
10:00

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Balanced scorecard (BSC) 
Model gebruikt voor strategisch management en het behalen van langetermijndoelstellingen.  Ondernemingen meten met indicatoren die invloed hebben op de onderneming. 

  • intern communicatie- en informatiemiddel om doel van de onderneming aan alle medewerkers door te geven.

Slide 8 - Tekstslide

Balanced Scorecard

Slide 9 - Tekstslide

BSC: de stappen

Slide 10 - Tekstslide

Kritische succesfactoren
Bepaal per perspectief bij de strategische doelen de kritische succesfactoren (KSF) 

Definitie:
Een kritische succesfactor is een factor die van kritisch belang is voor het succesvol realiseren van de strategische doelen. 

Slide 11 - Tekstslide

BSC: KSF + KPI
timer
5:00

Slide 12 - Tekstslide

KSF'en voor luchtvaartmaatschappij
“Twee vliegtuigmaatschappijen hebben als doelstelling voor het
komende jaar het vergroten van hun marktaandeel – het uitvoeren
van meer vluchten.

Beide denken zij na over de manier hoe zij dat kunnen
bewerkstelligen: zij proberen hun succesfactoren te definiëren.

De ene vliegtuigmaatschappij heet Ryanair en de ander KLM.”

Welke succesfactoren zijn voor elk van de maatschappijen kritiek?
Zijn er verschillen te constateren?

Slide 13 - Tekstslide

KSF'en voor luchtvaartmaatschappij
bron:jmsadvies.com

Slide 14 - Tekstslide

Social accounting 
Maatschappelijke verslaggeving: informeren van én verantwoording afleggen aan stakeholders over de impact van de onderneming op de maatschappij. 

Slide 16 - Tekstslide

Social accounting - MVO  
3 P's 
  • people
  • planet
  • profit

Slide 17 - Tekstslide

Social accounting 
  • Geen verplichting m.u.v. 100 bedrijven (beursgenoteerd, banken en verzekeraars) 
  • stimulering d.m.v. jaarlijkse transparantiebenchmark 500 grootste ondernemingen. 

Slide 18 - Tekstslide

People
  • Werkomstandigheden
  • Kinderarbeid
  • Diversiteitsbeleid 


Planet 
  • Duurzame energie 
  • Recycling 
  • Circulariteit 
  • Bestrijdingsmiddelen

Slide 19 - Tekstslide

KSF staat voor
A
Kentucky'S Fried
B
Kritische sociale factor
C
Klant SatisFaction
D
Kritische succesfactor

Slide 20 - Quizvraag

PvA voor 'the last mile'
Laatste SE op 15 Maart (SE3)
(CE start op Dinsdag 14 mei) 
CE Bedrijfseconomie op woensdag 22 mei 2024
PvA tot SE3
PvA tussen SE3 en CE
Wie is de PIP? (primus inter pares)

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Het marketing plan
Marktonderzoek (21.3)
  • Trends en ontwikkelingen 
  • Doelgroep
  • Marktgrootte 
  • Concurrentieanalyse
Positioneren
  • Positioneren ten opzichte van concurrentie 
  • Top of mind worden bij de doelgroep (21.5)
  • Klantwaardepropositie is de korte krachtige boodschap die daarbij hoort
Marketingmix (21.2)
  • Combinatie van marketinginstrumenten voor de marketingstrategie
  • 4 P's:
    Product, plaats, prijs en promotie
  • Dienen op elkaar afgestemd te worden.

Slide 24 - Tekstslide

Aankoopgedrag 
Routinematig aankoopgedrag

  • Convenience goods
  • Unsought goods
Beperkt probleemoplossend aankoopgedrag 
  • Shopping goods
Uitgebreid probleemoplossend aankoopgedrag
  • Specialty goods
Tekst

Slide 25 - Tekstslide

Het verkoopresultaat
verkoopresultaat = (verkoopprijs - standaardkostprijs) x afzet

verkoopresultaat + bezettingsresultaat = nettowinst

(totale omzet - totale kosten = nettowinst)


Slide 26 - Tekstslide

Kostprijsberekeningen

Voorcalculatie
  • standaard kostprijs
  • begroot bedrijfsresultaat = verkoopresultaat +/- budgetresultaten




nacalculatie                      
  • werkelijk bedrijfsresultaat = verkoopresultaat +/ - budgetresultaten


Slide 27 - Tekstslide

Maak opgaven uit H6
Het Resultaat 3e druk -> H6 

Lezen C-5
Maken C-6
Lezen C-7
Maken C-8 









timer
20:00

Slide 28 - Tekstslide

Budgetresultaat
Bij de begroting stel je vast wat het budget voor de komende periode is voor de begrote productie. 

Na afloop stel je de werkelijke kosten vast. Het verschil ten opzichte van de begroting wordt uitgesplitst in budgetresultaten. 

Budgetresultaat = efficiencyresultaat + prijsresultaat + bezettingsresultaat

Slide 29 - Tekstslide

Efficiencysresultaten
Heb je meer of minder gebruikt van een productiemiddel ten opzichte van begroting standaardkostprijs ? 
  • Hoeveelheid grondstoffen
  • Aantal uren arbeid

Formule: (sh - wh) x sp       of                sh x sp 
                                                                       - wh x sp 
                                                                       = efficiencyresultaat

s = standaard
h = hoeveelheid
w = werkelijk 
p = prijs

Slide 30 - Tekstslide

Prijsresultaten
Welke prijsverschillen zijn er ten opzichte van de begrote standaardkostprijs? 

Formule: (sp - wp) x wh                  of             sp x wh
                                                                                 - wp x wh
                                                                                 = prijsresultaat

Slide 31 - Tekstslide

Bezettingsresultaat
Het bezettingsresultaat geeft aan in welke mate de constante kosten worden gedekt (terugverdiend).

Formule bezettingsgraad (voorcalculatie):  


 

Slide 32 - Tekstslide

Bezettingsresultaat in grafiek
voorcalculatie

nacalculatie

Slide 33 - Tekstslide

Kostprijs
Wordt bepaald in voorcalculatie dmv de verwachte/begrote kosten

In de nacalculatie worden deze kosten vergeleken met de werkelijke kosten

Kostprijs = standaardkostprijs
Bevat alleen de toegestane/standaard kosten (kosten die onderneming moet maken als productie onder normale omstandigheden plaatsvindt)


Slide 34 - Tekstslide

Budgetresultaat
Budgetresultaat bestaat uit:
-efficiencyresultaat (vanuit variabele kosten)
-prijsresultaat (vanuit variabele kosten/constante kosten)
-bezettingsresultaat (vanuit constante kosten)


Slide 35 - Tekstslide

Prijsresultaat op constante kosten

Toegestane constante kosten bij de normale productie en/of afzet verminderd met de werkelijke constante kosten. 

  • verhoging huur
  • stijging hypotheekrente 
  • aanschaf nieuwe machine 

Slide 36 - Tekstslide

Maak opgaven uit H6
Het Resultaat 3e druk -> H6 

Lezen 1
Maken 2
F verder 









timer
20:00

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

SE inzage
Zelf opgaven bekijken in duo's uitwerking digitaal
timer
1:00

Slide 39 - Tekstslide

Het bezettingsresultaat bereken je als volgt:
timer
1:00
A
(B-C)*N/B
B
(B-C)/(N*B)
C
(B-C)+(N/B)
D
(B-N)*C/N

Slide 40 - Quizvraag

T.a.v. het bezettingsresultaat
als (B-N) > 0 dan is er sprake van
A
onderbezetting
B
overbezetting
C
winst
D
verlies

Slide 41 - Quizvraag

Efficiencysresultaten
Heb je meer of minder gebruikt van een productiemiddel ten opzichte van begroting standaardkostprijs ? 
  • Hoeveelheid grondstoffen
  • Aantal uren arbeid

Formule: (sh - wh) x sp       of                sh x sp 
                                                                       - wh x sp 
                                                                       = efficiencyresultaat

s = standaard
h = hoeveelheid
w = werkelijk 
p = prijs

Slide 42 - Tekstslide

Prijsresultaten
Welke prijsverschillen zijn er ten opzichte van de begrote standaardkostprijs? 

Formule: (sp - wp) x wh                  of             sp x wh
                                                                                 - wp x wh
                                                                                 = prijsresultaat

Slide 43 - Tekstslide

Bezettingsresultaat
Het bezettingsresultaat geeft aan in welke mate de constante kosten worden gedekt (terugverdiend).

Formule bezettingsgraad (voorcalculatie):  


 

Slide 44 - Tekstslide

Bezettingsresultaat in grafiek

Slide 45 - Tekstslide

Budgetresultaat
Bij de begroting stel je vast wat het budget voor de komende periode is voor de begrote productie. 

Na afloop stel je de werkelijke kosten vast. Het verschil ten opzichte van de begroting wordt uitgesplitst in budgetresultaten. 

Budgetresultaat = efficiencyresultaat + prijsresultaat + bezettingsresultaat

Slide 46 - Tekstslide

Prijsresultaat op constante kosten

Toegestane constante kosten bij de normale productie en/of afzet verminderd met de werkelijke constante kosten. 

  • verhoging huur
  • stijging hypotheekrente 
  • aanschaf nieuwe machine 

Slide 47 - Tekstslide

Aan de slag
Donderdag verder!



Slide 48 - Tekstslide