Beeldspraak asyndetisch, homerisch en synesthesie

Beeldspraak en stijlfiguren
Wat kennen we?
Stijlfiguren: repetitio / enumeratie / opsomming in drieën / drieslag / climax / omgekeerde climax / understatement / hyperbool / litotes / eufemisme
Beeldspraak: metafoor, vergelijking, personificatie, metonymie
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Beeldspraak en stijlfiguren
Wat kennen we?
Stijlfiguren: repetitio / enumeratie / opsomming in drieën / drieslag / climax / omgekeerde climax / understatement / hyperbool / litotes / eufemisme
Beeldspraak: metafoor, vergelijking, personificatie, metonymie

Slide 1 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een eufemisme

Slide 2 - Open vraag

Wat is het verschil tussen een hyperbool en een understatement?

Slide 3 - Open vraag

Wie het antwoord op deze vraag weet, is NIET DOM.
Wat voor stijlfiguur is dit?

Slide 4 - Open vraag

Nog meer beeldspraak
Asyndetische vergelijking;  verbindingswoord tussen beeld en object, bijvoorbeeld als, zoals, lijken​​, is weggelaten:
– Mark, die magere lat, zou wat beter moeten eten.

Homerische vergelijking; beeld is breed uitgewerkt:
– Rij na rij bewogen de Grieken zich voorwaarts. Zoals de golven der zee dicht na elkander aanrollen op de ruisende kust, gezweept door de wind uit het westen – (…) zo dicht opeen rukten de rijen gestaag in de strijd op. (Ilias IV)

Synesthesie; combinatie van twee zintuiglijke indrukken
– de warme klanken van de hoorn

Slide 5 - Tekstslide

Deze zomer zijn schreeuwende kleuren in de mode.
A
asyndetische vergelijking
B
homerische vergelijking
C
synesthesie

Slide 6 - Quizvraag

Karel, een echte angsthaas, was snel weg.
A
asyndetische vergelijking
B
homerische vergelijking
C
synesthesie

Slide 7 - Quizvraag

Zijn hoofd, een biet, sprak boekdelen.
A
asyndetische vergelijking
B
homerische vergelijking
C
synesthesie

Slide 8 - Quizvraag

Zoals in de bergen een havik, vlugger vliegend dan al wat er vliegt, op een schichtige duif komt gestreken – deze wiekt zijdelings weg, maar de havik, telkens weer stotend, schiet op haar af met snerpende kreten: zijn vraatzucht spoort hem tot grijpen – zo snelde toen ook Achilles naar voren.
A
asyndetische vergelijking
B
homerische vergelijking
C
synesthesie

Slide 9 - Quizvraag

Dichten is fietsen op de Mont Ventoux,
waar Tommy Simpson nog is overleden.
onder zo tragiese omstandigeden
werd hier de wereldkampioen doodmoe.
A
asyndetische vergelijking
B
homerische vergelijking
C
synesthesie

Slide 10 - Quizvraag

Hij sprak bittere woorden, zo teleurgesteld was hij.
A
asyndetische vergelijking
B
homerische vergelijking
C
synesthesie

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Video

Vergelijking: object wordt vergeleken met beeld
- Wij schaatsen op ijs dat zo glad is als een spiegel.


Metafoor: alleen beeld wordt genoemd
- Wij schaatsen op een spiegel.

Synesthesie: twee zintuigen worden gecombineerd
- Zoete klanken

Personificatie: iets levenloos krijgt menselijke eigenschappen
- De verlegen, bleke regen



Metonymie: er is een duidelijke relatie tussen genoemde en object
(groter of kleiner maken)
- even de neuzen tellen
- Nederland wint van Duitsland met 3-0

Slide 13 - Tekstslide

En nu?
  • Benoem: metafoor, vergelijking, metonymie, personificatie en synesthesie 
  • Bedenk zelf een asyndetische en homerische vergelijking

Slide 14 - Tekstslide