bespreken oefeningen etc

• Klassieke Talen
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Heb je het huiswerk gemaakt?

ja

nee

werkwoordsoefening

tijd = 

praesens / imperfectum / perfectum / plusquamperfectum

(of imperativus = praesens)

persoon = 

1e/2e/3e ev/mv

(of imperativus = ev/mv)

dixit

3e ev

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

respondit

3e ev

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

est

3e ev

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

fecerunt

3e mv

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

protexerant

3e mv

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

familia

patrem

Laribus

parentum

gaudio

nominativus

genitivus

dativus

accusativus

ablativus

familia

patrem

Laribus

parentum

gaudio

aanvulling

meew. voorw.

bijv. bepaling

onderwerp

bijw. bepaling

NIEUWE GRAMMATICA

trappen van vergelijking

stellende trap

vergrotende trap

overtreffende trap

geef een voorbeeld van een Nederlandse stellende trap - vergrotende trap - overtreffende trap

gebruik

Je kan een bijvoeglijk naamwoord op 2 manieren gebruiken:

- bijvoeglijk gebruikt

- bijwoordelijk gebruikt

vb:

bijv: het mooie meisje zingt

bijw: het meisje zingt mooi

het mooie meisje zingt

'hoe ziet dan de overtreffende trap van deze zin eruit?'

1. het mooiere meisje zingt
2. het mooiste meisje zingt
3. het meisje zingt mooier
4. het meisje zingt het mooist

het meisje zingt mooi

'hoe ziet dan de overtreffende trap van deze zin eruit?'

1. het mooiere meisje zingt
2. het mooiste meisje zingt
3. het meisje zingt mooier
4. het meisje zingt het mooist

het meisje zingt mooi

'hoe ziet dan de vergrotende trap van deze zin eruit?'

1. het mooiere meisje zingt
2. het mooiste meisje zingt
3. het meisje zingt mooier
4. het meisje zingt het mooist

leeuw - woest - aanvallen
*maak een zin met een bijvoeglijk naamwoord én een overtreffende trap*

leeuw - woest - aanvallen
*maak een zin met een bijwoord én een vergrotende trap*