Clase 11. C1 Unidad 8. Comunicación/destrezas/Reflexión y evaluación

¡Bienvenidos chicos y chicas!
Jueves, 12 de octubre de 2023
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

¡Bienvenidos chicos y chicas!
Jueves, 12 de octubre de 2023

Slide 1 - Tekstslide

¿Qué vamos a hacer hoy?
  1. Somtoday.
  2. Objetivos de la unidad 8
  3. Seguimos con la unidad 8. Comunicación/destrezas/Reflex.
  4.  ¡A trabajar!
  5. Final de la clase. ¿Qué has aprendido hoy?

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van dit hoofdstuk:
Leerdoelen
- Ik kan beschrijven hoe iemand eruitziet.
- Ik kan zeggen wie iemand is.



Slide 3 - Tekstslide

Aan het einde van dit hoofdstuk:
Succescriteria's
- Ik ken de woorden over het menselijk lichaam in het Spaans.
- Ik kan het werkwoord doler  vervoegen.
- Ik weet al hoe ik het werkwoord doler en gustar moet vervoegen.
- Ik weet hoe ik muy+bijvoegelijk n.w moet gebruiken in het Spaans.
- Ik weet hoe ik muy+bijwoord moet gebruiken in het Spaans.
- Ik week hoe ik mucho/-a/-os/-as+ zelfstandig naamwoord moet gebruiken in het Spaans.
- Ik ken alle woorden van de woordenlijst unidad 8
- Ik ken alle frases claves van unidad 8.







Slide 4 - Tekstslide

Vocabulario  unidad 8
timer
8:00
A: Pregunta
B: Responde

Slide 5 - Tekstslide

Unidad 8 Comunic./Destrezas/Refl. y evaluación
1. Descripción física.

Slide 6 - Tekstslide

Beschrijven uiterlijk
Zoals jullie net hebben kunnen zien gebruiken we voor vaste eigenschappen ser en voor tijdelijke eigenschappen estar. Daarnaast gebruiken we bij de beschrijvingen van karakter en uiterlijk ook vaak het ww tener
Let op: tener + het lidwoord (el/la/los/las) + zelfstandig naamwoord + bijvoeglijk naamwoord (beschrijving)

Voorbeeld: Tiene los ojos azules. - Hij heeft blauwe ogen.

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeelden:
1. Soy alta y tengo el pelo castaño y largo
Ik ben lang (meisje) en ik heb bruin en lang haar.
2. Soy simpática y tengo los ojos verdes.
Ik ben aardig en ik heb groene ogen.
3. Él es guapo pero tiene la nariz bastante grande.
Hij is knap maar hij heeft een vrij grote neus.

Slide 8 - Tekstslide

Bijwoorden
1. muy - heel of erg
Tiene los ojos muy grandes. - Hij heeft heel grote ogen.

2. bastante - tamelijk / vrij / behoorlijk / nogal
Tiene la nariz bastante grande. - Hij heeft een tamelijk grote neus. 

3. un poco - een beetje / redelijk
Es un poco grande - Hij is een beetje / redelijk groot. 

Slide 9 - Tekstslide

Describimos a un compañero de clase

Slide 10 - Tekstslide

¿Quién es?

Slide 11 - Open vraag

¿Quién es?

Slide 12 - Open vraag

¿Quién es?

Slide 13 - Open vraag

Verplichte opdrachten:
TB Unidad 8. Comunicación
Opdracht 1 t/m 5
TB Unidad 8. Destrezas
Opdracht 1 t/m 3 en 7
WB Unidad 8. Reflex. y evaluación
Opdracht 1 t/m 6

Si terminas/Als je klaar bent?
Estudia: Vocabulario unidad 8 
                  Frases claves unidad 8

Optionele opdrachten:
(verdieping / verbreding)
TB Unidad 8 Comunicación
Opdracht 7
WB Unidad 8 Comunicación
Opdracht 1, 2 en 4
WB Unidad 8 Destrezas
Opdracht 1 t/m 3


Slide 14 - Tekstslide


¿Cómo has trabajado hoy en clase?
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll

Slide 16 - Tekstslide

0

Slide 17 - Video