Natuurkunde hoofdstuk 7 - 2KB
1 / 29
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
De zon is een.....
A
planeet
B
ster
C
maan
D
zwart gat
Slide 3 - Quizvraag
Wat is de omlooptijd van Mercurius?
A
gelijk aan die van de aarde.
B
langer dan die van de aarde.
C
korter dan die van de aarde.
Slide 4 - Quizvraag
De omlooptijd van Mars is .... dan de omlooptijd van de aarde?
A
Langer
B
Korter
Slide 5 - Quizvraag
De omlooptijd van de aarde rondom de zon is
A
365 dagen en een beetje
B
24 uur
C
30 of 31 dagen
D
12 maanden
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de aardas?
A
De lijn die de aarde verdeeld in noordelijk en een zuidelijk halfrond.
B
De lijn die de aarde verdeeld in een westelijk en een zuidelijk halfrond
C
De lijn de aarde maakt als hij om de zon draait.
D
De lijn dwars door de aarde waar de aarde in 24 uur omheen draait.
Slide 7 - Quizvraag
Wat is een gevolg van de schuine stand van de aardas?
A
Dag en nacht.
B
Zomer en winter.
C
Eb en vloed.
D
Aanlandige en aflandige wind.
Slide 8 - Quizvraag
Wat is de astronomische eenheid?
Slide 9 - Open vraag
De planeet Uranus staat 2.870.972.200 Km van de aarde af, hoeveel AE is dit? Rond af tot een heel getal.
Slide 10 - Open vraag
Vul planeet of ster in.
De zon is een de aarde een
Een draait om een
Een is groter dan een
Een weerkaatst het licht van een
planeet
planeet
planeet
planeet
ster
ster
ster
ster
Slide 11 - Sleepvraag
Welke maanfase zie je hier?
A
Nieuwe maan
B
Volle maan
C
Wassende maan
D
afnemende maan
Slide 12 - Quizvraag
Welke maanfase zie je hier?
A
Eerste kwartier
B
Laatste kwartier
C
Wassende maan
D
afnemende maan
Slide 13 - Quizvraag
Zet de planeten in de goede volgorde
Aarde
Jupiter
Mercurius
Neptunus
Saturnus
Mars
Venus
Uranus
Slide 14 - Sleepvraag
Wat is een vacuüm?
A
Uitgezonden licht of warmte
B
Een ruimte zonder lucht erin
C
De lucht in schieten
D
De cabine voor de bemanning van een raket
Slide 15 - Quizvraag
De miljoenen rotsblokken die tussen de banen van Mars en Jupiter in een baan om de zon draaien heten …
A
planetoïden
B
kometen
C
meteorieten
D
astroïden
Slide 16 - Quizvraag
Wat zijn de verschillen tussen een planeet een dwergplaneet en een planetoïde?
Slide 17 - Open vraag
Op welke manier kan je de beste informatie over een planeet verzamelen?
A
Orbiter
B
Fly-by
C
Lander
D
Telescoop
Slide 18 - Quizvraag
Wat is het verschil tussen het onderzoek doen naar een planeet door een orbiter of een fly-by (scheervlucht)?
Slide 19 - Open vraag
Hoe noemen we zo'n afbeelding?
A
Sterrenbeeld
B
Sterrenhemel
C
Sterrenkaart
D
Sterrenplaat
Slide 20 - Quizvraag
Wat betekenen de grotere stippen op deze sterrenkaart?
A
Hoe groter de stip, hoe groter de ster
B
Hoe groter de stip, hoe dichterbij de ster bij aarde staat
C
Hoe groter de stip hoe meer licht we zien van de ster
D
Hoe groter de stip hoe langer we de ster al ontdekt hebben
Slide 21 - Quizvraag
Bij welk sterrenbeeld hoort de poolster?
Slide 22 - Open vraag
Wat is het heelal (de ruimte)?
A
B
C
D
Slide 23 - Quizvraag
Welk begrip past bij deze afbeelding?
A
zonnestelsel
B
Oerknal
C
Sterrenstelsel
D
Materie
Slide 24 - Quizvraag
Hoeveel sterrenstelsels zijn er in
het heelal?
het heelal?
A
20 duizend
B
20 Miljoen
C
100 miljard
D
200 miljard
