In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Krachten
Slide 1 - Tekstslide
Aangrijpingspunt
Het aangrijpingspunt is de plaats
waar de kracht werkt .
Slide 2 - Tekstslide
massamiddelpunt
Het aangrijpingspunt van de
zwaartekracht (Fz) ligt midden in het voorwerp.
Dit noem je het massamiddelpunt
Slide 3 - Tekstslide
Aangrijpingspunt
Het aangrijpingspunt van de spankracht (Fspan)is de plaats waar het touw vast zit .
Slide 4 - Tekstslide
Aangrijpingspunt
Het aangrijpingspunt is de plek waar de kracht werkt.
Slide 5 - Tekstslide
Bij welke kracht zit het aangrijpingspunt in het midden van een voorwerp
A
Fz en Fs
B
Fz
C
Fs
D
Fv
Slide 6 - Quizvraag
De krachtmeter
De krachtmeter of veerunster
Met een krachtmeter kun je de kracht meten.
De eenheid van kracht is
Newton (N).
Slide 7 - Tekstslide
Hoe meet je kracht
Slide 8 - Tekstslide
De eenheid van kracht is
A
meter
B
F
C
Newton
D
power
Slide 9 - Quizvraag
Krachten kan je meten met een
A
weegschaal
B
veerunster
C
thermometer
D
schuifmaat
Slide 10 - Quizvraag
Lees de grootte van de kracht op de krachtmeter af. De kracht is...
A
2,5N
B
2,2N
C
2,6N
D
2,8N
Slide 11 - Quizvraag
Melvin gebruikt bij een practicum over krachten een krachtmeter. Hij hangt zijn etui aan de krachtmeter. Je ziet een afbeelding van de schaalverdeling van de krachtmeter. Welke kracht geeft de krachtmeter aan?
A
0,70N
B
0,85N
C
1,00N
D
1,15N
Slide 12 - Quizvraag
krachtenpijl
De lengte van de pijl geeft aan
hoe groot de kracht is.
De richting van de pijl geeft aan
In welke richting de kracht werkt.
Een kracht wordt getekend als
een pijl dat begint in het
aangrijpingspunt .
Slide 13 - Tekstslide
krachtenpijl
Als de kist stil hangt zijn de zwaartekracht en spankracht even groot.
Slide 14 - Tekstslide
krachten tekenen
Slide 15 - Tekstslide
In welke tekening is de zwaartekracht juist getekend.
A
A
B
B
C
C
D
D
Slide 16 - Quizvraag
Welke kracht is hier de zwaartekracht
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 17 - Quizvraag
Krachtenschaal
Bij een kracht van 150 N zou je een pijl van 3 cm moeten tekenen.
In de afbeelding is een krachtenschaal
Gebruikt van 1cm per 50N.
Kies een krachtenschaal zodanig dat je de grootste kracht nog op papier kan tekenen.
Kracht tekenen op schaal.
Slide 18 - Tekstslide
Krachtenschaal
In de rechter figuur wordt met een kracht van 10 N een dop van een fles gehaald.
De krachtenschaal is 5N= 1cm.
De pijl moet nu dus 10/5 = 2cm lang zijn.
De kracht werkt hier naar boven.
Slide 19 - Tekstslide
Wat is bij het TEKENEN van krachten het allerbelangrijkst?
A
Grootte
B
Richting
C
Aangrijpingspunt
D
Allemaal even belangrijk.
Slide 20 - Quizvraag
Welk onderdeel hoort niet bij het tekenen van een kracht?
A
Aangrijpingspunt
B
Lengte van pijl
C
Richting van pijl
D
Dikte van pijl
Slide 21 - Quizvraag
Deze pijl geeft een kracht weer van
A
1 N
B
8 N
C
13 N
D
104 N
Slide 22 - Quizvraag
Hoe groot is de kracht die op de bal wordt uitgeoefend.
A
50N
B
2,6 cm
C
19,2N
D
130N
Slide 23 - Quizvraag
De schaal van een getekende pijl is 1 cm = 3,5N. De getekende pijl is 7 cm lang. Hoe groot is de kracht?
A
24.5N
B
2N
C
0,5N
D
30,5N
Slide 24 - Quizvraag
Je tekent een kracht van 5N. Hoe lang moet de pijl dan zijn bij een krachtenschaal van
1N=^3cm
A
5 cm
B
15 cm
C
0,6 cm
D
2,67 cm
Slide 25 - Quizvraag
Een krachtenpijl Fz is 10 cm lang. Bij het plaatje staat 1cm=5 Newton. Hoe groot is de kracht?
A
5N
B
1N
C
10N
D
50N
Slide 26 - Quizvraag
De rode pijl geeft de zwaartekracht van van het bankje aan. Het bankje heeft een massa van 35 kg. De krachtenschaal is 1cm = 50N Hoe lang moet de pijl zijn.