9. Te gek

TE GEK
De redenen waarom en de manier waarop kunstenaars met bijzondere en/of vernieuwende materialen werken.
De redenen waarom en de manier waarop kunstenaars met hun werk de beschouwer op het verkeerde been zetten: hun ontwerpen of voorstellingen zo maken dat de beschouwer onder de indruk raakt of niet weet wat hij of zij ziet of meemaakt.
Kunst waarin het dagelijks leven op een bijzondere manier onder de aandacht wordt gebracht, als onderwerp of vertrekpunt van een manier van leven.
EXAMENTRAINING
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

TE GEK
De redenen waarom en de manier waarop kunstenaars met bijzondere en/of vernieuwende materialen werken.
De redenen waarom en de manier waarop kunstenaars met hun werk de beschouwer op het verkeerde been zetten: hun ontwerpen of voorstellingen zo maken dat de beschouwer onder de indruk raakt of niet weet wat hij of zij ziet of meemaakt.
Kunst waarin het dagelijks leven op een bijzondere manier onder de aandacht wordt gebracht, als onderwerp of vertrekpunt van een manier van leven.
EXAMENTRAINING

Slide 1 - Tekstslide

Christo weigerde altijd subsidies of sponsoring. 
Het wordt volledig gefinancierd door schetsen, schaalmodellen en collages die Christo in de loop van de jaren van het plan heeft gemaakt en verkocht.

Slide 2 - Tekstslide

Het werk van nouveaux réaliste 
Christo wordt door kunstcritici ook 
wel ‘neo-dada’ genoemd.

Leg uit waarom dit werk van 
Christo aan dada doet denken. 
Geef twee argumenten.

Slide 3 - Tekstslide

− Dada maakte de alledaagse werkelijkheid tot kunst en/of maakte gebruik van readymades of ‘objets trouvées’. 
− Net als bij dada zijn materiaal en werkwijze hier tegendraads en experimenteel en/of is vakmanschap onbelangrijk.
− Het werk heeft net als bij dada een anarchistisch of provocerend karakter of daagt het publiek uit: een wegversperring van olievaten.
− Sommige dada-kunstenaars (met name in Berlijn) waren politiek geëngageerd;  en/of neemt met dit werk een politiek standpunt in.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

STILLEVEN
Waarom stilleven?
Aspecten voorst?
Vormg. realistisch?

Slide 8 - Tekstslide

Jean Dubuffet 'Jardin d'émail'
Dubuffets droedeltuin 

Slide 9 - Tekstslide

Het museum voor de natuur. 
Eliasson heeft mensen, dieren, insecten en micro-organismen uitgenodigd om zijn tentoonstelling te bezoeken!

Slide 10 - Tekstslide

Eliasson heeft het luxemuseum vol moderne kunst teruggegeven aan de natuur.

Slide 11 - Tekstslide

In de avond wordt het museum verlicht met blauwe lampen en het water is gekleurd met fluoresceïne, een groene kleurstof. 

Deze artificiële kleuren vergroten het contrast tussen de vrije natuur en de aanpassingen van de mens.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Plafond met spiegels.

Waar zitten de spiegels? 

Slide 14 - Tekstslide

De spiegels op het plafond zorgen ervoor dat de lampen een cirkel vormen, maar hebben nog meer effecten, die van cruciaal belang zijn voor wat de kunstenaar wilde bereiken.

Bespreek nog twee effecten van de spiegels.

Slide 15 - Tekstslide

• De toch al grote ruimte van de hal wordt weerspiegeld, waardoor deze nu eindeloos hoog lijkt.
 
• De bezoekers zien zichzelf weerspiegeld in het plafond, waardoor zij opgenomen lijken in het kunstwerk of onderdeel worden van het kunstwerk

Slide 16 - Tekstslide

De kunstenaar gebruikte voor zijn installatie een speciaal soort lampen, die een warm, oranjegeel licht verspreiden. Door dit licht vallen alle andere kleuren in
deze ruimte weg.

Leg uit welke sfeer hierdoor ontstaat.

Slide 17 - Tekstslide

− Er ontstaat een ‘romantische’ avondsfeer omdat het warme licht lijkt op dat van een ondergaande zon.
− Er ontstaat een sfeer / gevoel van verbondenheid of van een
gezamenlijke totaalervaring omdat de mensen door het wegvallen van kleuren op elkaar gaan lijken.

Slide 18 - Tekstslide

Eliasson gaat voor zijn werken altijd uit van de plaats waar ze worden tentoongesteld. Het museumgebouw was vroeger een energiecentrale met enorme turbines, machines die heel Londen van elektriciteit voorzagen.

Leg uit op welke manier de kunstenaar dit gegeven symbolisch heeft gebruikt in
zijn Weather Project.

Slide 19 - Tekstslide

De onzichtbare energie, vroeger opgewekt door de machines in de
turbinehal, wordt door de kunstenaar gematerialiseerd of gesymboliseerd
in de vorm van de zon, een energiebron bij uitstek, 

of: hij gebruikt een
grote hoeveelheid lampen: dit zou een symbolische verwijzing naar de
voormalige energiecentrale kunnen zijn.

Slide 20 - Tekstslide

Eliasson ontkent dat zijn werk iets met godsdienst te maken heeft. Maar bij velen riep deze specifieke installatie toch associaties met iets heiligs op.
 

Bespreek twee aspecten waardoor die associaties ontstaan.

Slide 21 - Tekstslide

− De hoge hal doet denken aan een gewijde ruimte zoals het interieur van een kathedraal of andere hoge gebedsruimte.
− De ‘zon’ kan ervaren worden als een oerkracht of de bron van het leven, die ‘aanbeden’ kan worden.
− De kunstmatige mist die aan de zijkanten binnensijpelt, creëert een mystieke sfeer, of: door het niet-materiële karakter van de installatie
wordt een sfeer opgeroepen die uitnodigt tot meditatie of overpeinzing.

Slide 22 - Tekstslide

Het multinationale
bedrijf Unilever is opdrachtgever voor de  'Weather project' serie.

Musea laten tegenwoordig wel vaker grote kunstprojecten ‘sponsoren’ door het
bedrijfsleven.

Ben je van mening dat dit een goede ontwikkeling is? 
Geef een argument voor je standpunt.

Slide 23 - Tekstslide

Ja, want:
Hierdoor zijn musea niet meer alleen afhankelijk van overheidssubsidies.

Nee, want:
Bedrijven kunnen zich bij de keuze van kunstenaars en/of projecten eerder
laten leiden door commerciële of propagandistische motieven dan door
inhoudelijke / artistieke motieven.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video