Periode 3- Les 1 - Anatomie van mond tot kont

Het spijsverteringsstelsel
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Het spijsverteringsstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Start koolhydraatvertering
In de mond, door het speeksel
1
Onderkaakspeekselklier
Ondertongspeekselklier
Oorspeekselklier
  • Enzymen werken alleen in op buitenkant van het voedsel
  • Oppervlaktevergroting

Speeksel:  Slijm
                    Water 
                    Amylase 
De Mond

Slide 3 - Tekstslide

Van boven naar beneden:
Oorspeekselklier
Ondertongspeekselklier
Onderkaakspeekselklier
Een enzym is een eiwit

Slide 4 - Tekstslide

Amylase = enzym
Waar: speeksel en pancreassap
functie:
breekt zetmeel/koolhydraten af in suikers
Keelholte (farynx)

Slide 5 - Tekstslide

Slikken is een reflex. Zodra er voedsel of speeksel in de keel komt, slik je.

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Farynx
keelholte
-neus-keelholte
-mondkeelholte
-strottenhoofd-keelholte

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De slokdarm zit ......... de luchtpijp
A
voor
B
achter

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slokdarm
(25 cm)

Oesofagus
Door te slikken komt voedsel in de slokdarm

Neusholte wordt afgesloten met de huig
Luchtpijp wordt afgesloten met het strotklepje

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Maagsap
(2-3 liter per dag)
  • Water
  • Slijm
  • Zoutzuur
  • Enzym:pepsinogeen-> pepsine- >
       eiwitvertering
  • Intrinsieke factor->
       resorptie Vit B12 in dunne darm

Slide 11 - Tekstslide

Vit B12:
belangrijke stof voor de aanmaak van rode bloedcellen en zenuwcellen in het lichaam. Bij een vitamine B12 tekort heeft het lichaam een te lage concentratie van de stof in het bloed. Dat kan (op termijn) zorgen voor verschillende klachten:
  • Bleekheid
  • Slap, moe gevoel
  • Licht in het hoofd
  • Weinig eetlust
Als het lichaam van de patiënt niet goed in staat is om vitamine B12 op te nemen in het bloed, worden soms injecties voorgeschreven. Deze injecties moeten meestal levenslang worden gebruikt om het vitamine B12-gehalte op peil te houden.

Enkele mogelijke oorzaken:
  • alcoholisme
  • ziekte van Crohn
  • gastric bypass
  • veganisme
Hoe wordt je maag beschermd tegen het zoutzuur in het maagsap?
A
slijmlaag
B
enzymen
C
vitaminen
D
spoorelementen

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet de de kringspier die de overgang vormt van maag naar dunne darm?
A
Coecum
B
Chylus
C
Pyelum
D
Pylorus

Slide 13 - Quizvraag

chylus = lymfevocht
coecum =blinde darm
pyelum = nierbekken
Alvleesklier
Pancreas
  • endocrien: eilandjes van Langerhans: insuline en glucagon (hormonen)
  • exocrien:  verteringssappen: - natriumcarbonaat (pH 5,5 naar 8-9)
                                                                     - enzymen

De alvleesklierbuis mondt, samen met de galbuis, uit in de Papil van Vater (sfincter van Odi) in de twaalfvingerige darm (duodenum).

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Papil van Vater
daar waar de galbuis en alvleesklier uitmonden in het duodenum

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pancreassap
(1 liter)

belangrijkste enzymen:

  • trypsinogeen -> eiwitten
  • lipase -> vetten
  • amylase -> zetmeel/koolhydraten


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lever en galwegen
(1,5 kg)
  • ontgiften (alcohol, medicijnen)
  • opslagplaats bloed en energie (glycogeen)
  • opname eiwitten, vetten
  • aanmaak plasma-eiwitten  (oa protrombine)
  • vetstofwisseling (cholesterol)
  • produceert gal (galzouten, afvoer bilirubine)

Slide 17 - Tekstslide

protrombine: stollingsfactor
bilirubine: afbraakproduct van hemoglobine (milt) 

Hemoglobine is eiwit dat zuurstof en CO2 vervoert in het bloed.
Elke rode bloedcel bevat 270 miljoen moleculen Hb. Daardoor kleurt het bloed rood.
opbouw lever
Leverlobjes omgeven door:
  • leverslagader 
  • poortader
  • galtakjes


Centraal adertje→ leveraders →holle ader

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Galblaas
  •  galvloeistof (gal)
  •  lever  -->galwegen--> galblaas 
  • indikken galvloeistof
  • Vetdeeltjes in de maag en dunne darm, een seintje naar de galblaas, deze zal dan samentrekken 
  • Opslagorgaan

Slide 19 - Tekstslide

Vanuit de galblaas wordt de galvloeistof richting dunne darm getransporteerd. In de dunne darm speelt de galvloeistof een belangrijke rol bij de vetvertering.

De galblaas is een opslag orgaan voor gal. deze krijgt een seintje van de duodenum wanneer er vet aanwezig. hierdoor trekt de galblaas samen waardoor het gal uit de galblaas geperst wordt en in de duodenum terecht komt
Dunne darm
(ca 6 meter)
- twaalfvingerige darm (duodenum)
   20-25 cm
- nuchtere darm (jejunum)
   2,5 meter
- kronkeldarm (ileum)
  3,5 meter

Slide 20 - Tekstslide

12-duimbreedtes lang
Dunne darm
Darmplooien, villi (darmvlokken) en 
microvilli-> oppervlaktevergroting
contactoppervlak 150 tot 200 M2

Resorptie (opname)
suikers, vetten, eiwitten, water en zouten

Slide 21 - Tekstslide

darmvlokken=villi
borstelzoom= microvilli

opname/resorptie:
eiwitten
vetten
suikers
zouten
water
oppervlakte vergroting dunne darm

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dunne darmsap
(2-3 liter)
Darmsapklieren produceren darmsap
water
slijm
enzymen: maltase, sacharase en lactase 
                     (2-voudige suikers naar enkelvoudige suikers)
                      verder wat eiwitsplitsende enzymen

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe lang is de dunne darm?
A
1-2 meter
B
4-5 meter
C
6-7 meter
D
10-11 meter

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De dunne darm bestaat uit?
A
Twaalfvingerige darm, dunne darm en endeldarm
B
Twaalfvingerige darm, appendix en endeldarm
C
Twaalfvingerige darm, nuchtere darm en kronkeldarm
D
Twaalfvingerige darm, nuchtere darm en endeldarm

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dikke darm
Colon

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Colon
(80-100 cm)


1. Blinde darm
2. Appendix
3. Dikke darm
4. Endeldarm

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Colon
Resorptie(opname) van: 
  • vocht en zouten (indikken feces)

  • darmwand: geen villi wel microvilli

darmflora: coli-bacteriën (rotting/afbraak eiwitten)

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is amylase?
A
Enzym dat eiwit afbreekt
B
Enzym dat koolhydraten afbreekt
C
Enzym dat vet afbreekt
D
Enzym dat giftige stoffen afbreekt

Slide 32 - Quizvraag

Lipase breekt vet af
Amylase breekt eiwitten af
Wat gebeurt er in je dunne darm?
A
Opname vocht
B
Opname voedingsstoffen
C
Opslagplaats voedsel
D
Helemaal niets

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies




Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

van mond tot kont
mondholte
keelholte (farynx)
slokdarm (oesophagus)
maag 
dunne darm:
■ twaalfvingerige darm (duodenum)
■ nuchtere darm (jejunum)
■ kronkeldarm (ileum)
dikke darm (colon):
■ blindedarm met wormvormig aanhangsel (appendix)
■ karteldarm
■ endeldarm (rectum)

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk:
Voorbereiding:
Lees:* VVT-2: Hfst 6 en hfst 7
           * A&F: Hfst 8, par. 8.14 (blz. 176 t/m 180)
Bekijk: * https://youtu.be/FftHnFBodWI (Crohn)
Oefen: https://www.anatomie-online.nl/spijsvertering.html


Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende week
aandoeningen aan slokdarm, maag, 
dunne darm



Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies