H4.3 Waterproblemen in Nederland

Wat gaan we doen?
  • Ga naar Lesson Up 
  • Herhalen begrippen paragraaf 2
  • Wat zijn STUWEN - SLUIZEN?
  • Hoe werken deze "KUNSTWERKEN?"
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?
  • Ga naar Lesson Up 
  • Herhalen begrippen paragraaf 2
  • Wat zijn STUWEN - SLUIZEN?
  • Hoe werken deze "KUNSTWERKEN?"

Slide 1 - Tekstslide

Welk begrip hoort bij de volgende definitie:

de hoeveelheid water die een rivier afvoert gemeten in m3/s
A
Regiem
B
Debiet
C
Verval
D
Verhang

Slide 2 - Quizvraag

Het geheel van hoofdstroom en zijtakken noem je het ........ van een rivier.
A
regiem
B
stroomgebied
C
verval
D
stroomstelsel

Slide 3 - Quizvraag

Stroomgebied
en 
waterscheiding

Slide 4 - Tekstslide

Bron
Benedenloop
Bovenloop
Monding 
Groot verhang
Vooral sedimentatie
v-dal
Meanders
Vooral erosie
klein verhang

Slide 5 - Sleepvraag

Welke rivier heeft het onregelmatigste regiem?
A
Maas
B
Rijn

Slide 6 - Quizvraag

Hoe valt het debietverloop van de Rijn te verklaren?

Slide 7 - Open vraag

Vlechtende rivieren

Slide 8 - Tekstslide

Dwarsprofiel: ongetemde rivier

Slide 9 - Tekstslide

Dwarsprofiel: getemde rivier

Slide 10 - Tekstslide

▪️ winterdijk —> ligt op de verder van de rivier af, hoog
▪️ zomerdijk —> ligt dichtbij de rivier, lager
▪️ Uiterwaarde —> stroomt onder bij hoog water.

Slide 11 - Tekstslide

Zomerdijk
Winterdijk
Uiterwaarde
Zomerbed
Kribben
Binnendijks

Slide 12 - Sleepvraag

Kanalisatie
1 Het rechttrekken van de meanders om de bevaarbaarheid van de rivier te verbeteren.

Slide 13 - Tekstslide

Kanalisatie
1 Bochten afsnijden: hogere stroomsnelheid

2 Stuwen en sluizen: regelen waterstand

Maar: Water sneller van A naar B
(kortere vertragingstijd  dus meer piekafvoer stroomafwaarts )

Slide 14 - Tekstslide

Stuwen
Deze regelen de waterstand in de rivier om de rivier bevaarbaar te houden voor de scheepvaart en waterhuishouding.

Zowel in de Maas als de Rijn.

Slide 15 - Tekstslide

3

Slide 16 - Video

00:10
De Maas is een:
A
gletsjerrivier
B
gemengde rivier
C
regenrivier

Slide 17 - Quizvraag

00:38
De Maas daalt in Nederland ongeveer 45 meter, maar hoeveel daalt de Rijn eigenlijk?
A
100 meter
B
50 meter
C
25 meter
D
10 meter

Slide 18 - Quizvraag

01:35
De Maas is een deels gekanaliseerde rivier. Wat houdt dat in?

Slide 19 - Open vraag

Waarom zijn stuwen nodig om de Maas bevaarbaar te houden?
A
Het regiem van de Maas is onregelmatig omdat het een regenrivier is.
B
Het debiet van de Maas is erg klein omdat het een regenrivier is.
C
Het regiem van de Maas is onregelmatig omdat het een gemengde rivier is.
D
Het debiet van de Maas is erg klein omdat het een gemengde rivier is.

Slide 20 - Quizvraag

Rest van de les:
Paragraaf 3 (nogmaals) lezen en beginnen 
met het maken van de opgaven 1 t/m 6.

Huiswerk woe 18 mei
herhalen begrippen paragraaf 2 en 3, opgaven par. 3 af tot en met opgave 3, zie ook studieplanner in MagisterMe.

Slide 21 - Tekstslide

Rest van de les:
Paragraaf 3 (nogmaals) lezen en beginnen 
met het maken van de opgaven 1 t/m 6.

Huiswerk do 19 mei
herhalen begrippen paragraaf 2 en 3, opgaven par. 3 af tot en met opgave 3, zie ook studieplanner in MagisterMe.

Slide 22 - Tekstslide