21-04 grammatica herhaling hfd5

  • Wij luisteren aandachtig naar elkaar 
  • Mobiel staat op stil en blijft in je tas
  • Bij vragen hand opsteken
  • Rode kaart in de lucht? Dan is iedereen stil

Lessonup code: 


1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

  • Wij luisteren aandachtig naar elkaar 
  • Mobiel staat op stil en blijft in je tas
  • Bij vragen hand opsteken
  • Rode kaart in de lucht? Dan is iedereen stil

Lessonup code: 


Slide 1 - Tekstslide

By the end of this class:
  1. You will better understand grammar of chapter 5
  2. You practiced writing skills.

Slide 2 - Tekstslide

Lesson plan
  • Chapter 5 grammar repeat
  • Grammar practice
  • Blooket game
  • My body writing exercise
  • Independent time

Slide 3 - Tekstslide

Past simple (regular): verleden tijd
Vorm: Regelmatige werkwoord + ed
Example: I talked to Jim this morning.
Uitzondering op spelling

worden eindigen op:
Voorbeeld:
- e
d
We baked a delicious cake.
 -y, met een medeklinker ervoor
ied
The monkey tried to climb the tree.
-y, met een klinker ervoor
ed
The kids played outdoor.
klinker en medeklinker
medeklinker + ed
They swapped their Ipods.

Slide 4 - Tekstslide

What is the past simple for:
carry

Slide 5 - Open vraag

What is the past simple for:
drop

Slide 6 - Open vraag

What is the past simple for:
stay

Slide 7 - Open vraag

1. 's
- singular (enekelvoud)
- names 
- plural (meervoud) without    s
- expression indicating time
The dog's tail is short.
That is Thomas's/ Thomas' bike.
This is the children's favorite book.

Today's newspaper.
2. (apostrof)
- plural ending in s                    (meervoud)
The giraffes' neck.
3. Of
- aangeven dat iets ergens       bij hoort. 
 geografische namen en     voorwerpen.
 
The capital of The Netherlands is Amsterdam.

The legs of the table.

Possessive: 's / ' / of
Rule:
Example:

Slide 8 - Tekstslide

Make the word possessive:
The ______ collar is green. (dog)

Slide 9 - Open vraag

Make the word possessive:
My ______ house. (parents)

Slide 10 - Open vraag

Make the sentence possessive:
The _______ (corner-street).

Slide 11 - Open vraag

Many & Much
          Many
        Much
Noun (zelfstandignaam-
woord)
Countable
(telbaar)
Uncountable
(niet telbaar)
Example
many coins
much money
Example
many assigenments
much homework

Slide 12 - Tekstslide

There are _____ options.
A
much
B
many

Slide 13 - Quizvraag

How ___ salt do you cook with?
A
many
B
much

Slide 14 - Quizvraag

Grammar game
Booklet:
  • Login with your real name
  • Library tone: no shouting

Slide 15 - Tekstslide

Writing exercise
What: my body writing exercise (100 words)
How: individually (librarytone) 
Time: 15 min
Finish?: make ex. GS 3&4 pg59. B 12 &15 pg63, Ⅰ vanaf pg 91
                  mini so

Slide 16 - Tekstslide


Wat: PO, mini so, opg. GS 3&4 pg59. B 12 &15 pg63, vanaf pg 91
Hoe: Individueel (mini so) (opgaven) --> stil 
           Groepjes van 2 (PO) ---------------> fluistertoon
            Check in partner (opgaven) ------> fluistertoon
Hulp: docent


Slide 17 - Tekstslide

What have you learned?
  • Memory game: what do you remember?
  • Volgende les:
     na vakantie: hfd 6
  • Vragen?

                               




Slide 18 - Tekstslide