Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Haben + Sein + der,die,das, ein(e), kein(e) Wiederholung
DEUTSCH
Wiederholung: haben + sein
&
der, die, das, ein(e), kein(e)
1 / 23
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
In deze les zitten
23 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
DEUTSCH
Wiederholung: haben + sein
&
der, die, das, ein(e), kein(e)
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
van, waar, waar vandaan
A
wie
B
wo
C
was
D
woher
Slide 5 - Quizvraag
zeven + zeventien = 24
A
sieben + siebzehn
B
seben + sebenzehn
C
sieben + siebenzehn
D
sieben + siebtseen
Slide 6 - Quizvraag
Schrijf de volgende getallen op in het Duits: nul, vijf, negen, twaalf, zestien
Slide 7 - Open vraag
Übersetze: Ik ben veertien jaar oud.
Slide 8 - Open vraag
De Nederlandsen wonen in Duitsland.
A
Der Niederländer wohnt in Deutschland.
B
Die Niederländerinnen wohnen in Deutschland.
C
Die Niederländerinnen wonen in Deutschland.
D
Die niederländer wohnen in deutschland.
Slide 9 - Quizvraag
Waar kom jij vandaan?
A
Woher kommst du?
B
Wo kommst du?
C
Wer kommst du?
D
Wie kommst du?
Slide 10 - Quizvraag
ein, ein
e
, kein, kein
e
??
een
/ geen:
Mannelijk
: ein Mann, ein Stier, ein Niederländer, kein Junge
Vrouwelijk
: ein
e
Frau, ein
e
Katze, kein
e
Stadt
Onzijdig
: ein Kind, ein Bett, kein Papier
Meervoud
: kein
e
Männer, kein
e
Frauen, kein
e
Kinder,
kein
e
Städte
Slide 11 - Tekstslide
ENKELVOUD:
der Herr
die Adresse
das Dorf
der Geburtstag
MEERVOUD:
die Söhne
die Länder
die E-Mails
ENKELVOUD:
ein Herr
ein
e
Adresse
ein Dorf
kein Geburtstag
MEERVOUD:
keine Söhne
keine Länder
keine E-mails
Slide 12 - Tekstslide
een / geen
=
Mannelijk: ein / kein
Vrouwelijk: ein
e
/ kein
e
Onzijdig: ein / kein
geen =
Meervoud: kein
e
de/het =
Mannelijk: der
Vrouwelijk: die
Onzijdig: das
de =
Meervoud:
die
Slide 13 - Tekstslide
Hoe vertaal je de / het in het Duits?
A
der, die, das
B
der, ein, kein
C
ein, eine, kein
D
der, die, keine
Slide 14 - Quizvraag
Vul het juiste lidwoord in: d..... Mann
A
die
B
das
C
der
D
eine
Slide 15 - Quizvraag
Vul het juiste lidwoord in: d.... Länder
A
der
B
das
C
die
D
kein
Slide 16 - Quizvraag
Vul het juiste lidwoord in: d.... Name
A
die
B
der
C
das
D
keine
Slide 17 - Quizvraag
wanneer gebruik je eine / keine?
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Tekstslide
Schrijf het juiste lidwoord bij de volgende woorden:
d.... Bruder, d... Jungen, d... Auge, d... Freundinnen, d... Haar.
Slide 20 - Open vraag
het meisje, de meisjes
A
die Mädchen, die Mädchen
B
der Mädchen, die Mädchen
C
das Mädchen, die Mädchen
Slide 21 - Quizvraag
De zus, de zussen
A
die Schwester, die Schwestern
B
die Schwester, das Schwestern
C
die Schwester, die Schwester
Slide 22 - Quizvraag
de lerares, de leraressen
A
der Lehrer, die Lehrer
B
die Lehrerin, die Lehrerinen
C
die Lehrer, die Lehrerinnen
D
die Lehrerin, die Lehrerinnen
Slide 23 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
1HV, Kapitel 1, haben und sein
Juni 2020
- Les met
27 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
K T 1 Lidwoord 'een' / haben & sein
November 2021
- Les met
19 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k, t, mavo
Leerjaar 1
22-3
Maart 2022
- Les met
11 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 2
21-3
Maart 2022
- Les met
10 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
2jf (20-11-23)
November 2023
- Les met
24 slides
Duits
Secondary Education
Age 12,13
21-3
Maart 2022
- Les met
11 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
21-3
Maart 2022
- Les met
11 slides
Duits
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
Vwo 2 - Woche 3 - Stunde 1
Januari 2021
- Les met
14 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2