4K_Thema 11 | bs. 6 Planteneters, vleeseters en alleseters

Bouw van het gebit
Kroon: bovenste deel van de tand
Wortel: zit vast in het kaakbeen
Glazuur: beschermt het tandbeen 
Tandbeen: is bedekt met een laagje cement


1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bouw van het gebit
Kroon: bovenste deel van de tand
Wortel: zit vast in het kaakbeen
Glazuur: beschermt het tandbeen 
Tandbeen: is bedekt met een laagje cement


Slide 1 - Tekstslide

11.6 Planteneters, vleeseters en alleseters

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
-  Je kunt de delen van tanden en kiezen noemen met hun kenmerken.
- Je kunt omschrijven wat tandplak is en wat tanderosie is.
 
- Je kunt bij zoogdieren het verband aangeven tussen de voedselkeuze, de lengte van het darmkanaal en de kenmerken en functies van de tanden en kiezen.

11.6.3 

Slide 3 - Tekstslide

Het gebit
Bestaat uit snijtanden, hoektanden en kiezen.

Slide 4 - Tekstslide

Bouw van een gebitselement
Uitwendige bouw:
  • Kroon
  • Wortel
Inwendige bouw:
  • Tandbeen
  • Glazuur
  • Cement
  • Zenuwen en bloedvaten

Slide 5 - Tekstslide

Het tandbeen van de wortels is bedekt met een laagje cement.
In het tandbeen zit de tandholte, daarin liggen bloedvaten en zenuwen.
Om de wortels zit het wortelvlies, waarmee de tanden en kiezen vastzitten in het kaakbeen. Het kaakbeen is bedenkt met tandvlees.

Slide 6 - Tekstslide

Kauwen belangrijk voor vertering: oppervlakte vergroting. Zie afb 3 (blz 98/103).

Onderdelen gebit, zie afb. 2
Tandformule:



Tandverzorging: tandplak wegpoetsen.
 Tandplak is restant voedsel, speeksel en veel bacteriën.
Te veel suiker: cariës/tandbederf. Bacteriën zetten suiker om in zuur. Dit zuur tast het glazuur aan. Fluoride maakt het tandglazuur sterk.
Andere gebitsproblemen: tandvleesontsteking, tandsteen, stand van gebit (gebitscorrectie nodig)

Kauwen belangrijk voor vertering: oppervlakte vergroting. 

Tandverzorging = tandplak wegpoetsen (restant voedsel, speeksel en veel bacteriën)

Te veel suiker: cariës/tandbederf
Bacteriën zetten suiker om in zuur. 
Dit zuur tast het glazuur aan. 
Fluoride maakt het tandglazuur sterk.

Andere gebitsproblemen: tandvleesontsteking, tandsteen, stand van gebit (gebitscorrectie nodig)

Slide 7 - Tekstslide

0

Slide 8 - Video

Verzorging van je tanden
Tandbederf = aantasting van het gebit door tandplak

Tandplak = dun laagje aanslag dat bestaat uit bacteriën, etensresten en speeksel

Tanderosie = aantasting van het gebit door zure voedingsstoffen

Slide 9 - Tekstslide

Planteneters (herbivoren)

Plooikiezen
Lang darmkanaal
Meestal geen hoektanden

Slide 10 - Tekstslide

Vleeseters (carnivoren)

Knipkiezen
Kort darmkanaal
Grote hoektanden

Slide 11 - Tekstslide

Alleseters (omnivoren)

Knobbelkiezen
Middellang darmkanaal
Kleine of grote hoektanden

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide