Wiskunde minitoets kader hst 6

Oefenen hst 6
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Oefenen hst 6

Slide 1 - Tekstslide

Bereken de
vergrotingsfactor
ABCD is het origineel
A
200
B
2,5
C
0,4
D
32

Slide 2 - Quizvraag

Als de vergrotingsfactor 0,8 is.
Wordt het beeld dan groter of kleiner?
A
groter
B
omgedraaid
C
blijft gelijk
D
kleiner

Slide 3 - Quizvraag

De foto is 10 bij 15 cm.
De vergrotingsfactor is 3,5.

Wat worden de maten van de vergroting?
A
35 bij 52,5 cm.
B
35 bij 45 cm.
C
30 bij 52,5 cm.
D
30 bij 45 cm.

Slide 4 - Quizvraag

Schaal 1 : 30
Schaalmodel is 3 cm.

Bereken de werkelijkheid
A
90
B
120
C
10
D
30

Slide 5 - Quizvraag

Schaal 1: 50 betekent

1 cm op de tekening is 50 km in werkelijkheid
A
klopt
B
klopt niet

Slide 6 - Quizvraag

Schaalmodel: 10 cm.
In werkelijkheid: 50 cm.

Wat is de schaal?
A
1:5
B
1:50
C
1:4
D
10:50

Slide 7 - Quizvraag

De modelauto heeft een schaal van 1 : 25.
Het model is 15 cm lang.

Hoe groot is de auto in het echt?
A
2,75 m
B
375 m
C
2,75 cm
D
3,75 m

Slide 8 - Quizvraag

Driehoek KLM is de vergroting van driehoek ABC. Bereken de vergrotingsfactor

Slide 9 - Open vraag

De kleine rechthoek heeft een oppervlakte van 8 cm2. De figuur wordt vergroot met factor 2,5. Bereken de oppervlakte van de vergroting.

Slide 10 - Open vraag

Bereken de vergrotingsfactor die hoort bij de dino.

Slide 11 - Open vraag

Welke schaal hoort bij deze schaallijn? Leg uit hoe je aan je antwoord komt.

Slide 12 - Open vraag

Schaal: 1:50
Schaal 1:100
Schaal 1:25
400 mm in het echt is 8 mm op schaal
5 mm op schaal is 500 mm in het echt
50 mm in het echt is 2 mm op schaal

Slide 13 - Sleepvraag

Aan de slag:
Blz 98
Opdracht 78 t/m 82

Slide 14 - Tekstslide