3.2 de kracht van rivieren

De kracht van rivieren
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

De kracht van rivieren

Slide 1 - Tekstslide

3.2 de kracht van rivieren, deze les: 
  • klassenlijst 
  • Vorige les? 
  • lezen 
  • Theorie + pauze 
  • Lezen stroomgebied en waterkringloop
  • quiz  
  • samenwerkingsopdracht

Slide 2 - Tekstslide

Vorige les?

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoel vandaag: 

Aan het einde van de les weet je hoe rivieren zorgen voor erosie en sedimentatie.

Slide 4 - Tekstslide

Waar denk jij aan bij het woord rivier?

Slide 5 - Woordweb

Kennis opdoen
Open op je Ipad de GEO. We lezen het eerste deel van de tekst gezamenlijk 3.2 de kracht van rivieren

Slide 6 - Tekstslide

Het U-dal
Een U-dal ontstaat door de schurende kracht van een gletsjer.
De gletsjer duwt de grond voor zich uit en schuurt zo een dal uit.

Slide 7 - Tekstslide

Het V-dal
Een V-dal ontstaat door de slijtende kracht van het water in een rivier.
De rivier slijt het gesteente uit op de plek waar de rivier doorheen loopt.

Deze kracht noemen we erosie.
Erosie vindt alleen plaats als de stroomsnelheid hoog genoeg is.

Slide 8 - Tekstslide

Sedimentatie
Wanneer de stroomsnelheid in een rivier afneemt, dan treed er sedimentatie op.

Kleinere deeltjes zoals grind, zand en klei zakken naar de bodem van de rivier

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

De loop van een rivier

Slide 11 - Tekstslide

De bovenloop
Een rivier begint met de bovenloop, hier ligt de bron van een rivier. Vaak is dit in de bergen.

De stroomsnelheid is hoog.
Hierdoor heb je veel erosie, het water stroomt snel.
Dit komt door het hoge reliëf in de bergen

Slide 12 - Tekstslide

De middenloop
In de middenloop neemt de stroomsnelheid van de rivier af.

Toch kan er nog steeds erosie plaatsvinden, op de plekken waar de stroomsnelheid erg laag is sedimenteert er grind

Slide 13 - Tekstslide

De benedenloop
In de benedenloop is de stroomsnelheid het laagst, dit komt doordat er vrijwel geen reliëf meer is.

Hierdoor vindt er alleen sedimentatie plaats, er sedimenteert zand en klei.

De rivier is hier op zijn breedst.

Slide 14 - Tekstslide

Stroomgebied
Het gebied waar de rivier zijn water vandaan haalt noemen we het stroomgebied.

Het stroomgebied word gescheiden van een ander stroomgebied door een waterscheiding. Dit is bijvoorbeeld een gebergte

Slide 15 - Tekstslide



Het stroomgebied van de Rijn.

Slide 16 - Tekstslide

Zou Nederland in de bovenloop, de middenloop of de benedenloop liggen? Leg je antwoord uit.

Slide 17 - Open vraag

timer
5:00

Slide 18 - Tekstslide

Nu lezen: 
gezamelijk lezen Stroomgebied en Waterkringloop 

Slide 19 - Tekstslide

De regenrivier
Een regenrivier is een rivier  regenwater afvoert.

Deze rivieren zijn minder goed te bevaren voor binnenvaartschepen met name in de zomer kan het waterpeil laag staan

De Maas is een regenrivier

Slide 20 - Tekstslide

De gemengde rivier
Een gemengde rivier is een rivier die zowel water van gletsjers als regenwater afvoert.

Deze rivieren zijn goed te bevaren voor binnenvaartschepen (handel)

De Rijn is een gemengde rivier

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

De waterkringloop
Water kent drie vormen waarin het kan bestaan: -vloeibaar(water), -gasvormig(waterdamp)
- en een vaste vorm (ijs)

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Tekstslide

Hoe heet het middelste gedeelte van een rivier ?
A
Stroomgebied
B
Middenloop
C
Rivier monding
D
Oorsprong

Slide 26 - Quizvraag

Door welke landen loopt de rivier de Rijn ?
A
Zwitserland Duitsland Nederland
B
Oostenrijk Zwitserland Frankrijk
C
Duitsland Frankrijk Nederland
D
Zwitserland, Liechtenstein Oostenrijk, Duitsland. Frankrijk, Nederland

Slide 27 - Quizvraag

Is de Rijn een .........
A
Regen rivier
B
Gletsjer rivier
C
Smeltwater rivier
D
Gemengde rivier

Slide 28 - Quizvraag


A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop

Slide 29 - Quizvraag


A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop

Slide 30 - Quizvraag


A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop

Slide 31 - Quizvraag

Een rivier stroomt in de bovenloop...
A
Langzaam
B
Snel

Slide 32 - Quizvraag

Welke woorden horen bij de bovenloop van een rivier?
A
Sedimentatie
B
Erosie
C
V-dalen

Slide 33 - Quizvraag

De waterkringloop begint met.......
A
Condenseren
B
Verdampen
C
Infiltratie
D
Erosie

Slide 34 - Quizvraag

maken: 
  • Samenwerkingsopdracht
  • maken opdrachten 2 t/m 5 p 3.2 

Slide 35 - Tekstslide