Profielkeuze verschil NASK1 en NASK 2

• LOB
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

waar staat NASK voor?

NASK staat voor:

Natuurkunde (NA)

en 

Scheikunde (SK)

waarom een combinatie vak?

In klas 2 wordt NASK gegeven, dit is een combinatie van natuurkunde en scheikunde. Deze vakken hebben veel overlap, dat wil zeggen dat sommige onderwerpen of hoofdstukken bij beide vakken terug komen. Dit maakt het vak geschikt om in klas 2 gezamenlijk te onderwijzen. Je krijgt zo van beide vakken een beetje kennis mee. In de bovenbouw wordt er dieper in gegaan op de onderwerpen.

hoofdstukken mavo 2

H2 stoffen (beide, maar meerendeels scheikunde)

H3 water (beide, maar merendeels natuurkunde)

H4 elektriciteit (natuurkunde)

H5 licht (natuurkunde)

H7 beweging (natuurkunde)

H8 geluid (natuurkunde)

NASK 1

NASK 1 staat voor natuurkunde, het gaat hier om de verschijnselen die je dagelijks kunt waarnemen zoals warmte, elektriciteit, licht en kleuren, geluid, krachten zoals zwaartekracht, een regenboog of bliksem, etc. (macroniveau = op grotere schaal)

Filmpje: wat er gebeurd als je tijdens natuurkunde even niet oplet ;)

klas 3 en 4 onderwerpen 

NASK1 (natuurkunde)

Kracht, beweging en snelheid

elektriciteit en schakelingen

licht

 het weer

geluid

Materie en straling

Energie

vereisten NaSk1 (natuurkunde)

voor NASK1 moet je kunnen rekenen en tekenen! 

je moet met formules, grafieken en getallen overweg kunnen. goed zijn in wiskunde helpt!

je moet nauwkeurig en precies zijn om goed te kunnen tekenen.

Nieuwsgierig zijn naar hoe iets werkt helpt!

Op een röntgenfoto zijn nooit weke delen, zoals organen zichtbaar. Kan de foto hiernaast een röntgenfoto zijn?

1. Ja
2. Nee
3. Dat kun je niet zeggen

Ieder apparaat heeft een typeplaatje hierop staan de specificaties van dit product. Bekijk het typeplaatje hiernaast. Hoe groot is de spanning van dit apparaat? Spanning meet je in volt.

1. 10
2. 2200
3. 230
4. 59

Tim laadt zijn telefoon op. De accu van zijn telefoon krijgt een spanning (U) van 230V. De stroomsterkte (I) die dan door de telefoon gaat is 2,3A. Hoe groot is de weerstand (R) van de telefoon?

R = U / I

Waar zou dit symbool op kunnen staan? (Meerdere antwoorden mogelijk)

1. Appel
2. Papiertje
3. Plastic fles
4. Elektrisch apparaat

Op aarde werkt zwaartekracht. Hoe groot deze kracht is kun je berekenen met Fz = m x g
m = massa in kg
g = aantrekkingskracht van de aarde = 10
Minke heeft een massa van 45kg Hoe groot is de zwaartekracht op Minke?

Er werkt een zwaartekracht van 300N. De krachtenschaal is als volgt:

1cm = 50N

Hoe groot moet de pijl worden om een kracht van 300N weer te geven?

1. 6,0 cm
2. 6,5 cm
3. 7,0 cm
4. 7,5 cm

beroepen NASK 1

beroepen NASK 1

beroepen NASK 1

beroepen NASK 1

- licht en/of geluidstechnicus

-architect

- opticien

- elektricien

- radioloog (rontgenstraling, mri, echo)

- programmeur / robotica / ICT

- automonteur / vliegtuig-  of scheepsbouwer

beroepen NASK 1

- fotografie/film/media/ict

- procestechniek

- productontwikkelaar

- bouwkunde

- timmerman

- CV-monteur

- energiebranche —>zonnecellen, windmolens

beroepen NASK 1

- logistiek (transport)

- Robotica

- (verloskunde)

- astronoom (sterrenkundige)

- metereoloog (weerkundige)

etc

Licht en beweging 

Sportanalyse, fotografie, lichttechnicus, etc

NASK 2

NASK2 staat voor scheikunde (chemie) bij chemie wordt er naar de structuur/opbouw van stoffen gekeken en naar de reacties die stoffen met elkaar aangaan. (microniveau = het gaat om erg kleine deeltjes)

onderwerpen NASK2

stoffen scheiden

concentratie

metalen en niet metalen

aardoliefracties

reactievergelijkingen

neerslagreacties

structuur en molecuulformules

vereisten NASK2

nauwkeurig kunnen werken i.v.m. practica

Uit je hoofd leren van stofnamen en afkortingen

rekenen met verhoudingstabellen

Welk gas ontstaat er NIET bij een volledige verbranding?

1. Waterdamp
2. Koolstofdioxide
3. Koolstofmonoxide
4. Stikstof

Bekijk de afbeelding.Hoe korten we in de scheikunde stikstof af?

1. O
2. C
3. S
4. N

Water noemt men hydrofiel. Stoffen die niet goed mengen met water, zoals slaolie, noemt men hydrofoob. Wasbenzine is een vettige stof. Wat is waar over wasbenzine? Meerdere antwoorden mogelijk.

1. Wasbenzine is hydrofiel
2. Wasbenzine is hydrofoob
3. Was benzine mengt goed met slaolie
4. Wasbenzine mengt goed met water

De reactievergelijking voor een volledige verbranding is als volgt:

CH4 + 2 O2 —> CO2 + ? H2O

Wat komt er op de plaats van het ?-teken om de reactie kloppend te maken? (Tel aantal H’tjes voor en na de pijl)

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

De concentratie zout die is opgelost in water is 0,3g/L. Hier staat letterlijk dat in 1L water 0,3 gram zout zit opgelost. Hoeveel gram zout moet ik in 3,0L water oplossen om dezelfde concentratie te krijgen?

1. 0,3g
2. 0,6g
3. 0,9g
4. 1,2g

beroepen NASK2 (scheikunde)

       scheikunde (chemie) = NASK2

beroepen NASK2 (scheikunde)

u       scheikunde (chemie) = NASK2

beroepen NASK2 (scheikunde)

       scheikunde (chemie) = NASK2

beroepen nask 2 (scheikunde)

- tandartsassistente

- dierenartsassistente

- apothekersassistente

- chemisch analist (bijv. cosmetica, voedsel, brandstof, etc)

- forensisch analist 

- dietist

- goudsmidt / edelsmidt (sieraden)

- etc

Beroepen zonder NASK

Beroepen zonder NASK

beroepen zonder NASK

- verzorgende (verpleegkunde)

- sportinstructeur

- politie / leger

- docent

- schoonheidsspecialiste / visagiste

- kapster

- leidster kinderdagverblijf

Je hebt geen NASK nodig voor deze beroepen, dus je hoeft geen NASK te kiezen, maar je MAG het uiteraard wel kiezen!

beroepen zonder NASK

- boekhouder

- stewardess

- archeoloog

- horeca

- makelaar

- bakker

- etc

Je hebt geen NASK nodig voor deze beroepen, dus je hoeft geen NASK te kiezen, maar je MAG het uiteraard wel kiezen!

Let op wil je naar havo dan moet je gs of Nask2 kiezen

Bij de volgende 4 dia’s komen er 4 vakken voorbij waarbij je kunt kiezen of je dit vak denkt te gaan kiezen of niet. Let op je moet 2 van de 4 vakken kiezen! Je mag dus maar 2x op nee klikken!

Je kunt kiezen uit:

NaSk1 (natuurkunde)

NaSk2 (scheikunde)

Gs (geschiedenis)

Ak (aardrijkskunde)

Ik denk er over om NASK1 te kiezen.

1. Ja
2. Nee

Ik denk er over om NASK2 te kiezen.

1. Ja
2. Nee

Ik denk er over om Gs te kiezen.

1. Ja
2. Nee

Ik denk er over om Ak te kiezen.

1. Ja
2. Nee