Les 1

2H3 - martes
  • Telefoon thuis of in de kluis.
  • Meteen spullen pakken: libros, cuaderno, device
  • Als er een code op het bord staat, meteen inloggen in
      LessonUp. Geen code? Geen laptop/tablet nodig.
  • Tijdens de uitleg zijn we stil en maken we aantekeningen.
  • We luisteren naar elkaar: als iemand praat zijn we stil.
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

2H3 - martes
  • Telefoon thuis of in de kluis.
  • Meteen spullen pakken: libros, cuaderno, device
  • Als er een code op het bord staat, meteen inloggen in
      LessonUp. Geen code? Geen laptop/tablet nodig.
  • Tijdens de uitleg zijn we stil en maken we aantekeningen.
  • We luisteren naar elkaar: als iemand praat zijn we stil.

Slide 1 - Tekstslide

Planificación: martes
1. Presencia + planificación
5 min
2. Lección 1: La familia de Óscar
12 min
3. Gramática: bezittelijk voornaamwoord
10 min
4. ¡En marcha!
13 min
5. Evaluación & la próxima clase & deberes
10 min
Después de esta clase...
... kan je een video begrijpen waarin iemand over zijn familie verteld.
... ken je de bezittelijk voornaamwoorden en kan je deze toepassen.
... ken je woorden die te maken hebben met familie.

Slide 2 - Tekstslide

Lección 1: La familia de Óscar
Libro de texto: página 52, ejercicio 1
Lee las palabras / Lees de woorden naast de afbeelding.

Libro de trabajo: página 47, ejercicio 1 / 2
We kijken de video 2 keer.

Slide 3 - Tekstslide

Lección 1: La familia de Óscar
Libro de trabajo: página 48, ejercicio 3
Kijk in TB página 61 voor woordenschat.

Slide 4 - Tekstslide

Gramática: bezittelijk voornaamwoorden
Luister in stilte naar de uitleg en schrijf mee in je schrift!
  1. Wat zijn bezittelijk voornaamwoorden?
  2. Waar moeten we rekening mee houden in het Spaans bij zelfstandig naamwoorden?

Slide 5 - Tekstslide

Gramática: bezittelijk voornaamwoorden
Practicar:
1. ¿Cuál es _______ número de teléfono? (tú)
2. _______ gata se llama Bonita. (ella)
3. _______ casa es muy grande. (nosotros)
4. ¿Dónde viven _______ padres? (vosotros)
5. _______ madre es profesora. (él)

Slide 6 - Tekstslide

¡En marcha!
Tip: kijk in TB página 58
Libro de trabajo: página 49 - ejercicio 6

Hoja de trabajo (werkblad) sobre 
los posesivos (de bezittelijk
voornaamwoorden)

¿List@s? Leer de vocabulario sobre la familia.



Slide 7 - Tekstslide

Corregir

Slide 8 - Tekstslide

Evaluación
Schrijf de antwoorden op in je schrift:
  1. ¿Qué significa el nieto?
  2. ¿Qué significa la media hermana?
  3. ¿Qué significa los abuelos?
  4. ¿Qué significa la hija?
  5. ¿Qué significa nuestros?

Slide 9 - Tekstslide

La próxima clase
- Lección 1: La familia de la chica vampiro
- herhaling: lidwoorden en zelfstandig
   naamwoorden in meervoud
- woorden die met familie te maken 
    hebben

Slide 10 - Tekstslide